Mark de Graaf is een optimist. Want hoewel hij de manier waarop de mens nu binnen zijn natuurlijke omgeving functioneert onomwonden als een ‘mismatch’ typeert, is hij er ook van overtuigd dat de technologie uiteindelijk zorgt voor een beter leven. “Maar daarvoor hebben we mensen nodig die zowel hoopvol als kritisch zijn.” Mark de Graaf hield vrijdag zijn intreerede als lector Interaction Design aan de Fontys Hogeschool voor ICT. De titel: ‘Technologie als Tweede Natuur’.
De mens had 250.000 generaties nodig om een homo sapiens te worden. Hij functioneerde goed in kleine groepen en was vooral alert op gevaren die hij met eigen ogen kon waarnemen. Het hier en nu was belangrijk. De Graaf: “De savanne was de omgeving waarvoor we evolutionair zijn geoptimaliseerd. Maar sindsdien is onze hardware – ons lichaam en brein – niet meer ingrijpend veranderd.” Dus zorgden de grote veranderingen die later kwamen (maar elkaar wel sneller opvolgden) voor een mismatch. “Eerst zijn we dorpen en steden gaan bouwen. Maar door de industriële revolutie van de 18e eeuw en de digitale revolutie van een generatie geleden zijn we helemaal terechtgekomen in een omgeving waarin we niet thuishoren. We horen in de savanne.”
Onze problemen zijn niet op de korte termijn gericht, zoals ons brein eigenlijk verlangt. De opwarming van de aarde, welvaartsziektes, we kunnen het allemaal niet bevatten. De Graaf: “Technologie maakte vele successen mogelijk maar zorgde ook voor die mismatch. En biedt gelukkig eveneens kansen voor de toekomst.”
Want hoe groot de mismatch ook is, Mark de Graaf is ervan overtuigd dat technologie ons uiteindelijk uit de put gaat trekken. En juist daar ziet hij een rol voor een HBO-instelling als Fontys. “Voor ons is de toepassingslaag interessant. Wat komt uit de laboratoria en hoe kunnen wij dat toepasbaar maken?” Voorbeelden heeft de nieuwe lector genoeg. De Graaf denkt aan het gebruik van de hololens in het onderwijs of in gezinstherapieën, aan simultaan vertalingen van woorden en emoties, betere medische diagnoses op basis van deep learning of het beoordelen van werkstukken van een docent via een bot of een algoritme. “Mijn stelling: technologie kan bij uitstek de jager-verzamelaar die we in ons brein nog steeds zijn in verbinding brengen met de moderne tijd.”
Om technologie echt als tweede natuur te kunnen omarmen en een betekenisvolle rol tussen mens en technosfeer te laten ontstaan, moeten we volgens De Graaf opnieuw naar omgangsvormen kijken. “Denk aan een polsbandje dat aangeeft of je links of rechts af moet, alsof een mens je hand vast houdt. Maar we werken hier bij Fontys ook aan een gebouw dat een persoonlijkheid moet krijgen: wantrouwig, gestresst, verdrietig, we zijn het nu aan het bouwen.”
Machines blinken uit in veel voorkomende taken, zegt De Graaf. “Maar ze zijn veel minder goed in nieuwe situaties. Onze studenten moeten dus vooral voorbereid worden op nieuwe situaties. Onderwijs gaat dan ook om innoveren. Verspil je tijd niet aan zaken die al 1000 keer gedaan zijn, dat kan de robot beter.”