Op kantoor bij studententeam VIRTU/e aan de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e) is het een drukke bedoeling. Studenten overleggen, ontwerpen en berekenen. Zij werken aan een concept om steden te verdichten door bestaande rijtjeshuizen te voorzien van extra woonlagen, ook wel optoppen genoemd. Zo wil het team een bijdrage leveren aan het oplossen van de woningcrisis. “Er is maar beperkt ruimte in Nederland om extra woonwijken te bouwen. Bovendien liggen deze wijken steeds verder van het centrum van steden af, terwijl veel mensen juist graag dicht bij het centrum willen wonen”, vertelt Yorne Hermans, teammanager van VIRTU/e. Extra huizen bouwen bovenop bestaande huizen kan een oplossing zijn.
“Rijtjeshuizen zijn een van de meest voorkomende woningen in Nederland. Door deze huizen te voorzien van extra woonlagen, creëren we ruimte voor nieuwe bewoners”, gaat Hermans verder. Het klinkt simpel, maar dat is het allerminst. Er zijn veel kansen, maar ook grote obstakels. Want is de fundering van de bestaande woningen wel sterk genoeg? Hoe bereiken mensen hun hooggelegen voordeur? Hoe gaat het met parkeren in de wijk? En zijn er wel genoeg voorzieningen in de buurt voor alle nieuwe inwoners? Allemaal aspecten die VIRTU/e meeneemt in hun compleet nieuwe woonconcept.
Waarom is dit belangrijk?
We hebben te maken met een groot tekort aan woningen. Daarnaast moeten ook de duurzaamheidsdoelen gehaald worden. Dat brengt grote uitdagingen met zich mee. Studenten denken buiten de gebaande paden en komen met nieuwe, interessante invalshoeken en plannen.
Het waterprobleem oplossen
Bij de TU Delft werken studenten ook aan een nieuw concept rondom woningbouw en de gebouwde omgeving. Zo is studententeam Flow Delft bezig met een nieuwe woning die niet meer aangesloten hoeft te worden op het energie- en waternet. Teammanager Noor van Everdingen en Eva Egelmeers, verantwoordelijk voor de strategie, vertellen over hun plannen met studenten Flow Delft. “Het is algemeen bekend dat het energienet overbelast raakt, maar bijna niemand weet dat de problemen rond de drinkwatervoorziening net zo urgent zijn”, stelt Van Everdingen.
Ze geeft aan dat nieuwe woonwijken soms niet meer aangesloten kunnen worden op het waternet. Daarom wil het team een huis bouwen dat zo min mogelijk water verbruikt. Daarbij kijken de studenten naar verschillende facetten van water. Door het hergebruiken van ‘grijs water’ – licht verontreinigd afvalwater van huishoudelijke handelingen – willen de studenten al 50% minder drinkwater verbruiken dan nu gebruikelijk is. Naast het verbruik in het dagelijks leven kijken de studenten ook naar virtueel water. Dit is het water dat nodig is om bouwmaterialen en meubels te produceren. Daarnaast is ook gekeken naar oplossingen voor de steeds hevigere regenval en het steeds groter wordende overstromingsrisico.
Van concept tot creatie
Beide teams zouden oorspronkelijk deelnemen aan de Solar Decathlon Europe volgend jaar. Deze wedstrijd daagt studenten uit verschillende landen uit om een zo efficiënt en innovatief mogelijk gebouw te ontwerpen. De organisatie heeft besloten voorlopig geen nieuwe editie te houden. Een teleurstelling, maar het geeft de teams ook ruimte om nieuwe dingen te doen.
Studententeams hebben een belangrijke rol binnen universiteiten. Zowel VIRTU/e als Flow Delft zijn onderdeel van de bouwkundefaculteiten van 4TU.Bouw, een samenwerkingsverband tussen de vier technische universiteiten in Nederland. Waar wetenschappers zich voornamelijk richten op onderzoek voor de toekomst, kijken studententeams wat er nu al mogelijk is. Hermans: “Studententeams hebben een unieke positie in de industrie. We hebben ambitieuze plannen en denken buiten de gebaande paden. We zitten aan tafel bij bedrijven, daardoor kunnen we kritische vragen stellen en tegelijkertijd samen kijken naar een oplossing. Zo helpen we de sector vooruit.”
Flow Delft bouwt volgend jaar een paviljoen op de campus van de TU Delft. “Het dient als inspiratie voor wetenschappers, medewerkers, studenten en bezoekers”, vertelt Egelmeers. VIRTU/e gaat samenwerken met de gemeente om een deel van hun concept uiteindelijk te bouwen in een wijk in Eindhoven. Daarbij krijgen zij hulp van bijvoorbeeld architectenbureaus en bouwbedrijven. “We willen gemeenten inspireren. Veel rijtjeshuizen zijn gebouwd tussen 1950 en 1980. Deze zijn nu aan renovatie toe. Dat biedt mogelijkheden om nieuwe concepten te implementeren.”
Opbouwen
Hoe het nieuwe huis van VIRTU/e er precies uit gaat zien, gaan de studenten de komende maanden samen bepalen. “Dat hangt ook heel erg van het gebouw en van de omgeving af. Misschien kunnen we het dak eraf halen en er dan een of twee verdiepingen opzetten met een eigen ingang en dergelijke. Maar als dat niet kan, dan kunnen we mogelijk een extra constructie bouwen die de nieuwe verdiepingen kan dragen”, zegt Hermans. Naast de buitenkant kijken de studenten ook naar de binnenkant van het huis. “We zouden een deel van de ruimtes in een huis gedeeld kunnen maken. Niet iedereen heeft heel veel ruimte nodig. Door bepaalde ruimtes in de woningen te delen, kunnen we zo efficiënt mogelijk omgaan met de ruimte. Dat geldt natuurlijk ook voor de buitenruimten bij de woningen.”
Duurzaam materiaal
Een huis boven op een bestaand huis ontwerpen, was voor de studenten nog niet uitdagend genoeg. “Het huis draait volledig op hernieuwbare energie. Daarnaast willen we ook dat er bij de bouw en het gebruik van het gebouw geen extra koolstof vrijkomt. De koolstof die wel vrijkomt, willen we compenseren met biobased materialen. Op dezelfde manier willen we de grondstoffen die we gebruiken van de aarde ook uitbalanceren. Het idee is dat het materiaal – bijvoorbeeld een houten plank – net zo lang gebruikt wordt in het huis, als dat de aarde erover doet om weer een boom te laten groeien. Dat lukt misschien niet voor alle grondstoffen, maar we doen in ieder geval een poging. Daarmee kunnen we de industrie laten zien wat er allemaal al mogelijk is.”
Bij Flow Delft zijn ze even ambitieus. De studenten willen in hun ultra duurzame huis al het water recyclen, ook sterk verontreinigd afvalwater uit toiletten, ook wel ‘zwart water’. “Dat is in Nederland erg lastig gezien de huidige regelgeving. Wij gaan de uitdaging aan om te kijken of er mogelijkheden zijn om een reinigingssysteem te ontwikkelen dat bruikbaar is in een woning en dat schaalbaar is voor de toekomst”, stelt Van Everdingen.
Samen vooruit
Uiteindelijk moet het paviljoen op de campus van de TU Delft dienen als een plek waar studenten kunnen afspreken na de colleges. En zoals het goede studenten betaamt, wordt er ook aan het bier gedacht. “Een van de ideeën is om een kleine bierbrouwerij op te zetten waar we bier kunnen brouwen van gerecycled water”, vertelt Van Everdingen lachend. Toch hebben zij een bloedserieuze boodschap: het moet anders. “De bouw is een trage sector, veel mensen houden vast aan oude gedachten en er is weinig ruimte voor nieuwe ideeën. Wij willen laten zien wat er allemaal mogelijk is.”