De verpakkingsindustrie neemt een groot deel van de plastic soep voor haar rekening. Verschillende winkels lossen dit probleem op door klanten hun eigen potjes te laten vullen. “Maar dit is maar een deel van het probleem”, legt Mirec Lizec van de Praagse start-up MIWA wat staat voor minimum waste. De start-up bedacht een oplossing voor heel de keten, van voedselproducent tot de consument. “We willen het gebruik van plastic in heel de keten tot een minimum beperken.”
Wat is het probleem?
Producenten verpakken producten in bulk en sturen dit naar een distributiecentrum, daar wordt het product weer uitgepakt en verdeeld over verschillende supermarkten. Ook hier gebruiken ze weer een hoop plastic. Dus nog voordat een consument een product in zijn handen heeft wordt er al een hele hoop afval geproduceerd. En dan heb ik het nog niet eens over de verpakkingsindustrie zelf.
Er zijn wel oplossingen, maar die pakken alleen het verpakkingsprobleem op het einde van de keten, bij de consument aan: winkels waar klanten hun eigen bakjes met producten kunnen vullen. Voor retailers zijn dit soort oplossingen een nachtmerrie omdat je de kwaliteit niet kunt garanderen. Ze moeten verpakkingen openmaken of raken het voedsel aan. Ook moet je werken met losse labels en is het lastig bij te houden wanneer je wat waar in hebt gestopt.
En MIWA lost dit op?
We verminderen het gebruik van wegwerpplastic aan de kant van de producent, we hebben capsules van 20 liter ontwikkeld waar producenten hun goederen in kunnen stoppen, hierdoor hoeven ze niet ieder product los te verpakken. In de winkels staan slimme dispensers waar winkeliers de capsules in klikken. Ze hoeven de goederen niet aan te raken dus er is geen kans op besmetting. Consumenten hebben een app waar ze het product en de hoeveelheid kiezen en als ze hun micro-chipped container voor de dispenser houden, weet deze precies hoeveel erin moet. Als de capsule leeg is, stuurt de winkelier deze terug en wordt die uitgewassen. De capsule kan tot 300 keer hergebruikt worden. Zo is de cirkel weer rond.
Wat bied je allemaal aan?
Ons doel is om een selfservice winkel te ontwikkelen. Waar we het niet alleen zo makkelijk mogelijk maken voor de klanten: geen gedoe met weegschalen en via de app automatisch afrekenen voor wat je hebt opgehaald. Maar we maken het winkeliers ook makkelijker. Via de slimme dispensers weten ze precies wat ze nog in huis hebben. Ook nemen wij de capsules weer in en reinigen ze.
Hoe ver zijn jullie hiermee?
We hebben verschillende tests lopen. We hebben al 200 verschillende producten in de capsule getest. Van cornflakes tot oploskoffie, rijst en pasta. Pasta in gekke vormen kan nog een probleem zijn, het moet wel goed uit de dispenser komen. Net als natte of plakkerige voedingswaren, daar moeten we nog iets op verzinnen.
In Praag gebruikt Country Life onze capsules en dispensers en in Zwitserland testen we met Nestlé. Country Life was de eerste en ook de eerste keer dat consumenten erop konden reageren. Dat zijn interessante processen. Bij Nestlé gaan we al een stap verder. Het is voor ons een hele mooie kans om met hen samen te werken. Wij hebben de technologische kennis om dit te laten werken, zij hebben verstand van voedsel en omdat het zo’n groot merk is kennen ze de keten. Deze samenwerking zorgt ervoor dat we sneller op kunnen schalen naar de hele keten.
Wat kunnen we de komende jaren van je verwachten?
Volgend jaar in maart willen we de consumenten app lanceren en hopen we een pilot te draaien in de grootste supermarkt van Duitsland met meer dan 100 producten. Ook landen als Frankrijk en Nederland zijn interessant, hier staan consumenten open voor dit soort concepten. Via verschillende pilots proberen we aan te tonen dat onze methode werkt.
Gelukkig is er steeds meer aandacht voor het plastic probleem. Grote merken hebben afgesproken om het gebruik van plastic te verminderen. Wij kunnen ze hierbij helpen.
Waar zou je nog wel wat hulp bij kunnen gebruiken?
Qua geld is het nog wel eens lastig. We moeten constant laten zien dat we het kunnen. Maar ik wil niet klagen, dit hoort gewoon bij het runnen van een start-up. We hebben 1 miljoen nodig en hebben hiervan nu 20 procent binnengehaald. We proberen via allerlei kanalen nu bekendheid te krijgen om ervoor te zorgen dat we met investeerders in contact komen.
Waarom doe je dit?
Ik heb negentien jaar lang in de reclame gewerkt. Toen ik kinderen kreeg rond mijn dertigste had ik het gevoel dat ik iets miste, terwijl ik toch een succesvolle carrière had. Ik zag een gat tussen wat grote merken beloofden en deden op het gebied van duurzaamheid. Peter, onze oprichter, zag dit ook. Grote bedrijven moeten verantwoordelijk zijn voor het klimaat en verantwoordelijkheid nemen voor verpakkingen. Ook hij komt uit de reclamewereld. We hebben enthousiaste mensen met kennis om ons heen verzameld om deze frustratie op te lossen. We zijn erop gebrand om samen een belangrijk probleem op te lossen. Die verbondenheid vind ik mooi.
Meer lezen over start-ups? Hier lees je alle afleveringen van deze serie.
Als je dit artikel leuk vindt, lees dan ook:
