Staf Depla was wethouder in Eindhoven tussen 2010 en 2018 – de eerste vier jaar met de portefeuille Financiën en daarna met Economische Zaken. Hij heeft besloten na de verkiezingen van 21 maart niet meer in de actieve lokale politiek terug te keren. De Eindhovense “Startuptafel” – het door Depla in het leven geroepen overleg tussen lokale startups en corporates – neemt op 14 maart afscheid van de wethouder: #stafscheid. Onder meer via interviews met jonge starters die Eindhoven kunnen vergelijken met enkele andere grote startup-communities in de wereld: Silicon Valley, Cambridge en München. Jolan Hulscher studeerde af op de ecosystemen van Cambridge en Eindhoven:
Op basis van een specifieke onderzoeksvraag van de High Tech Campus heeft Jolan Hulscher het onderzoek voor zijn masterscriptie aangepakt. “Cees Admiraal was mijn supervisor, hij wilde vooral weten wat Eindhoven nog zou kunnen leren van de innovatieve ecosystemen van München en Cambridge. Twee zeer innovatieve maar ook zeer verschillende plaatsen.”
Wat Hulscher in Cambridge opviel was de afwezigheid van de overheid en de drijvende kracht van de ondernemers zelf. “En als je die mensen dan vraagt naar hun drijfveren, dan hoor je vaak dat ze ‘iets goeds willen doen’ voor de maatschappij. Dit in tegenstelling tot Silicon Valley, waar een ‘winner-takes-all’-mentaliteit heerst. Er is rond Cambridge ook een opvallend genereuze mentor-cultuur. Iedereen helpt elkaar.”
Wat Cambridge daarnaast bijzonder maakt is de manier waarop disciplines overstegen worden. “Het is niet alleen maar tech. De R&D gaat over alle sectoren heen en tot het moment waarop iets commercieel interessant wordt is er dan ook alle mogelijkheid voor aanpassingen van het concept.”
Probleem in Cambridge is de slechte infrastructuur, zegt Hulscher. “De stad is relatief klein en gesloten, als buitenstaander moet je echt in het netwerk zien te komen. Ook omdat overheidsinvloed gering is, zijn de voorzieningen en verbindingen niet optimaal. Overheid en bedrijfsleven zitten in aparte werelden, de triple helix-structuur zoals we die in Eindhoven kennen is daar ondenkbaar – en tegelijk zou het ze ontzettend kunnen helpen.”
Ook in Eindhoven is het ecosysteem ontstaan vanuit bedrijven – zoals Philips en DAF. “Maar op een heel andere manier, veel minder ondernemend. Het ecosysteem is pas opengegaan toen die twee bedrijven in de jaren negentig in grote problemen kwamen, maar die niet-ondernemende mindset zie je nog steeds in Eindhoven. Lokale concurrentie is er wel veel meer dan in Cambridge, waar vooral geconcurreerd wordt met Londen. In München is dat aspect nog sterker aanwezig.”
De experts uit de drie steden die Hulscher inetrviewde, noemden allemaal het gemis van (technisch) talent als een barrière. “Daarnaast is ook overal behoefte aan meer investeringskapitaal, hoewel dat in Cambridge minder zwaar werd gevoeld.”
Elkaars sterke punten overnemen is geen optie, zegt Hulscher. “Dat is een versimpeling van de realiteit. Elk ecosysteem is via een evolutie geworden tot wat het is en onderweg zijn allerlei invloeden van belang geweest. Wat je wel kunt doen is de barrières (zoals talent en geld) proberen om te buigen in ‘enablers’, waardoor er nieuwe kansen ontstaan.”
Eindhoven en Cambridge kunnen wel degelijk van elkaar leren. “Eindhoven heeft moeite met het creëren van succesvolle startups, terwijl verschillende corporates marktleider zijn. Voor Cambridge geldt het tegenovergestelde: daar liggen dus mogelijkheden om goed naar elkaar te kijken.” Ook inhoudelijk ziet Hulscher kansen. “Eindhoven heeft een hardware-oriëntatie, terwijl Cambridge veel meer op software en life sciences zit. De combinatie is dus super: Eindhoven zou de hardware kunnen produceren die in Cambridge hard nodig is.” Voorwaarde daarbij is wel dat er een makkelijke en snelle verbinding komt: een vliegdienst dus. “Dan ben je in een uurtje in Cambridge.”
Hoewel overheid, kennisinstellingen en startups in Eindhoven goed op elkaar zijn aangesloten, ziet Hulscher nog wel een verbeterpunt voor de overheid: “Om kleine startups in staat te stellen sneller te groeien, zou het echt enorm helpen als wetgeving daarvoor ondersteunend is, in plaats van belemmerend.”
Binnenkort meer over het onderzoek van Jolan Hulscher