RIVM en andere partijen, waaronder TNO en Wageningen University & Research, onderzoeken de komende vier jaar wat de toegevoegde waarde van satellietwaarnemingen is bij het berekenen van de stikstofdepositie op Nederlandse natuurgebieden. Dat meldt RIVM in een persbericht.

Waarom we over dit onderwerp schrijven:

Technologie en innovatie helpen bij het monitoren en terugdringen van de stikstofuitstoot. Ook satellieten dragen daar mogelijk aan bij.

Ook onderzoekt het consortium of ‘ensemblemodellering’, het toepassen van meerdere modellen tegelijkertijd, de onzekerheden bij stikstofberekeningen verkleint. Nu gebruikt het RIVM een combinatie van computermodellen en veldmetingen van het Landelijk Meetnet Luchtkwaliteit (LML (Landelijk Meetnet Luchtkwaliteit)).

Stikstofoxiden

Een satelliet meet de luchtconcentratie in de luchtkolom tussen de satelliet en de grond. Deze metingen worden wereldwijd op dagelijkse basis gedaan. Ze kunnen gebruikt worden voor het afleiden van concentraties aan de grond in heel Nederland. Voor stikstofoxiden ( NOx (Stikstofoxiden)) levert het TropOMI-satellietinstrument momenteel al bruikbare gegevens. Ammoniak wordt gemeten met andere satellietinstrumenten, zoals IASI en CriS. Met satellietmetingen kunnen ook rekenmodellen worden geëvalueerd en, bijvoorbeeld in combinatie met de modellen, voor schattingen van de actuele emissies. 

Satellietmetingen verbeteren modellen

Het consortium onderzoekt of, en zo ja hoe, satellietdata een optimale aanvulling op de grondmetingen vormen. Satellieten meten namelijk niet direct de stikstofdepositie op de bodem. Satellieten kunnen de bestaande stikstofmonitoring in Nederland dan ook niet vervangen. Wel kunnen satellieten waardevolle informatie leveren over de bronnen en verspreiding van stikstofverbindingen. Daarmee kunnen de modellen worden verbeterd. 

Meerdere rekenmodellen

Berekeningen uitvoeren met meerdere rekenmodellen heet ensemblemodellering. Door het gebruik van meerdere modellen kan een beter inzicht in de onzekerheden van de berekeningen verkregen worden. Het gecombineerde beeld van een ensemble blijkt vaak een betere luchtkwaliteitsverwachting op te leveren dan  individuele modellen. Door de meest onzekere onderdelen van de modellen te identificeren, kan er gericht gewerkt worden aan de verbetering daarvan. Dat maakt een betere schatting van de depositie waarschijnlijk mogelijk.

Wetenschappelijk onderbouwd

Directe aanleiding voor dit onderzoeksprogramma is het rapport van het Adviescollege Meten en Berekenen Stikstof (commissie Hordijk). Volgens deze commissie kan het gebruik van meerdere modellen en de integratie van satellietmetingen mogelijk de onzekerheden in metingen en berekeningen van stikstofdepositie beter in kaart brengen en verkleinen. Satellietmetingen geven een grotere ruimtelijke dekking van de concentraties van ammoniak en stikstofoxiden en vullen daarmee de stations in het landelijk meetnet goed aan. Met deze extra informatie kunnen depositieschattingen worden verbeterd. 

Geselecteerd voor jou!

Innovation Origins is het Europese platform voor innovatienieuws. Naast de vele berichten van onze eigen redactie in 15 Europese landen, selecteren wij voor jou de belangrijkste persberichten van betrouwbare bronnen. Zo blijf je op de hoogte van alles wat er gebeurt in de wereld van innovatie. Ben jij of ken jij een organisatie die niet in onze lijst met geselecteerde bronnen mag ontbreken? Meld je dan bij onze redactie.

ValutaBedrag