(c) acpress(e)

Nederland is koploper in Europa als het gaat om het aantal inwoners dat in het bezit is van bijvoorbeeld een slimme elektriciteitsmeter, thermostaat of verlichting. 69 procent van de inwoners van 16 tot 75 jaar was in 2020 in het bezit van dergelijke slimme apparaten. Het EU-gemiddelde bedroeg 8 procent. Dat Nederland zo ver voorop staat in de EU komt door de aanwezigheid van slimme water-, gas- of elektriciteitsmeters in veel Nederlandse huishoudens, aldus het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) in een persbericht.

Bijna drie kwart van de Nederlanders van 12 jaar of ouder bezit inmiddels een of meer slimme apparaten die met internet zijn verbonden en onderling gegevens uitwisselen. Vooral slimme meters voor water, gas of stroom worden veel gebruikt. Dat meldt het CBS op basis van het onderzoek ‘ICT-gebruik van huishoudens en personen 2020’, dat onder 6,5 duizend mensen van 12 jaar of ouder gehouden is van april tot juli 2020.

Virtuele assistent

Koelkasten, ovens, speakers, verlichting en nog veel meer kunnen verbonden zijn met internet. Deze apparaten versturen en ontvangen online gegevens. Alles bij elkaar wordt dit ook wel het ‘Internet of Things’ (IoT) genoemd of het ‘Internet of Everything’. Bijna drie kwart (72 procent) van de Nederlandse bevolking van 12 jaar of ouder gaf aan in 2020 zo’n slim apparaat of systeem in huis te hebben. 59 procent had een slimme water-, gas- of elektriciteitsmeter thuis die je op afstand kunt aflezen. Ruim een kwart gebruikte een slimme thermostaat en twee op de tien een virtuele assistent (zoals Siri, Google Home, Amazon Alexa, Bixby) die via een app of smart speaker is te bedienen.

Ook daarmee loopt Nederland in de EU voorop. 20 procent gebruikte in 2020 een virtuele assistent. Het EU-gemiddelde was 11 procent. Slimme rookmelders, beveiligingscamera’s of andere slimme veiligheidssystemen en huishoudelijke apparaten zoals een robotstofzuiger, koelkast of koffiezetapparaat zijn minder in gebruik bij Nederlanders; ons land stond op de zesde en zevende plaats in 2020. Respectievelijk 14 en 11 procent gaf aan zulke systemen thuis te gebruiken. 6 procent had thuis huishoudelijke apparaten, zoals een robotstofzuiger, koelkast of koffiezetapparaat die met internet zijn verbonden.

Geen behoefte

Sommigen beschouwen het internet der dingen als een technische stap vooruit, anderen tonen terughoudendheid. Van mensen die aangaven thuis geen slimme apparaten of systemen te gebruiken, noemde 77 procent als reden dat zij er geen behoefte aan hebben. Hoge kosten of zorgen over de privacy of de beveiliging werden elk door een kwart als (een van de) redenen genoemd. 

Minder vaak genoemd waren onbekendheid met dergelijke apparaten en systemen, onbekendheid met het gebruik ervan, zorg over eigen veiligheid en gezondheid en dat andere apparaten in huis er niet op aangesloten konden worden.

Smartwatch en bewegingsmeter

Naast slimme apparaten en systemen voor het huis, gebruikte bijna 20 procent slimme accessoires, zoals een smartwatch of een bewegingsmeter. 10 procent had een auto met ingebouwde internetverbinding. In 2020 gebruikte 6 procent slimme apparaten voor gezondheid, zoals een weegschaal of bloeddrukmeter. 3 procent had speelgoed dat is verbonden met internet, zoals robots of poppen.

Ook interessant: Met OpenRemote kan iedereen een IoT-toepassing maken



Geselecteerd voor jou!

Innovation Origins is het Europese platform voor innovatienieuws. Naast de vele berichten van onze eigen redactie in 15 Europese landen, selecteren wij voor jou de belangrijkste persberichten van betrouwbare bronnen. Zo blijf je op de hoogte van alles wat er gebeurt in de wereld van innovatie. Ben jij of ken jij een organisatie die niet in onze lijst met geselecteerde bronnen mag ontbreken? Meld je dan bij onze redactie.

ValutaBedrag