Uit de Buurtfabriek is in 2014 ontstaan toen designer Conor Trawinski een verzoek kreeg om meubels te maken tegen een laag tarief. Daarop begon hij een werkplaats met vrijwilligers uit de lokale gemeenschap. Na een aantal succesvolle lokale projecten verhuisde de werkplaats naar een voormalig magazijn waar Play in Town en Pillo Games gehuisvest waren. Uit de Buurtfabriek groeide uit tot een succesvolle meubelwerkplaats en nam deel aan de DDW 2015 als onderdeel van de Circulaire Fabriek.
Nu is Uit de Buurtfabriek bezig om een toekomstbestendig bedrijf te worden. In april dit jaar werd Stichting Uit de Buurtfabriek opgericht, met 5 bestuursleden. Uit de Buurtfabriek is 3 dagen per week open en ontwerpt en produceert meubels samen met 2 project managers, 3 productieleiders en 13 vrijwilligers. Onlangs verhuisde UDB naar voormalig Philips laboratorium op de Hurk, Plan B: het pand wordt herontwikkeld naar een een platform voor creatieve bedrijven.
Ron Krielen en Fanny Griveau vormen de directie van Uit de Buurtfabriek. Ron kijkt terug op een half jaar waarin heel veel gebeurd is.
Uit de Buurtfabriek ontwikkelt zich snel
“Het gaat goed met Uit de Buurtfabriek. In een half jaar tijd is veel gebeurd. Het initiatief is nu officieel een stichting, er is een huurcontract, een bankrekening, een bestuur is geinstalleerd. Het is goed om nu eens rustig te reflecteren op de tijd hiervoor”, zegt Ron. “Want het is allemaal zo hard gegaan. We hebben om te beginnen een businessplan geschreven. Met daarin heel helder uitgewerkt hoe we Uit de Buurtfabriek willen gaan organiseren en wat de ambities zijn en de werkwijzen. Daarin heeft ieder van ons een duidelijke 
rol. Zo heeft Fanny nu officieel de rol van floormanager. Zij zorgt dat ze dagelijks weet wat er moet gebeuren in de projecten. Dat er materialen aanwezig zijn. En dat ontlast de medewerkers in vrijwillige functies. Het moet natuurlijk wel leuk blijven. Daarnaast hebben we het machinepark uitgebreid.”
Hoe werkt het?
“Er komt een klant bij Uit de Buurtfabriek, dan komt de ontwerper aan boord, dan stemmen we af, en vervolgens wordt er geproduceerd. Er is 3 dagen in de week productie. De vragen van klanten zijn vaak heel concreet, zoals Vitalis Berckelhof die 4 kasten en 8 sokkels voor de DDW tentoonstelling nodig had, en die ook duurzaam moesten zijn zodat ze jaren mee konden gaan. Groendomein ’t Wasven had zelfs al een modelletje van hun eigen ontwerp. Wij maakten wat aanpassingen en na wat overleg hadden we een akkoord en hebben we 36 vogelhuisjes geproduceerd (een menukaart en peper en zout houder voor op tafeltjes). Van der Valk Eindhoven had een open vraag: wij gaan nieuwe kamers maken, bedenk maar iets wat er in past. Vervolgens presenteerden wij aan Van der Valk vijf verschillende producten, waar ze één stijl uit selecteerden. Daar zijn we mee aan de slag gegaan en nu ontwikkelen we een prototype.”
Is er een winkel?
“Er is nog geen winkel. We hebben nog geen eigen ontwerplijn. Dat was tot nu toe ook nog niet noodzakelijk. De opdrachten vormden de leidraad voor wat we deden.
Gebruiken jullie duurzame materialen?
“We gebruiken zoveel mogelijk ‘goed’ hout. Zoals bij het Tivoli project, daar gebruikten we hout van oude vloerplanken.”
Hybride model
Uit de Buurtfabriek is een hybride organisatie. Enerzijds is het een fabriek waar meubels ontworpen en geproduceerd worden. Die meubels worden verkocht aan klanten. Anderzijds is het een plek waar kwetsbare doelgroepen een werkplek vinden. “Daardoor is het wel moeilijk om investeerders te vinden”, geeft Ron aan. “Want voor subsidies lijken we al gauw te commercieel, en investeerders vinden ons té kwetsbaar.”
Leren, integreren en vertrouwen creëren
Uit de Buurtfabriek werkt met vrijwilligers. “Vrijwilligers komen bij ons binnen, krijgen begeleiding, training, zelfstandigheid, en wanneer ze uit de Buurtfabriek weer verlaten staan ze stevig in hun schoenen. We werken nu met 15 vrijwilligers. En de saamhorigheid is prachtig om te zien. Er heerst een vriendschappelijke sfeer. Zo hebben we gezien dat Ali en Samuel, die nog niet lang in Nederland zijn, door hun werk hier sneller integreren. Hun opleiding tot kok en marine ingenieur passen ze hier niet toe maar ze leren wel elke dag Nederlands. Eén van hen heeft de ambitie om bij ons stage te komen lopen en wil daarna misschien wel meubelmaker worden. Als ze niet bij ons waren gekomen, hadden ze nooit zo snel geleerd. Bovendien hebben ze vrienden gemaakt. Dat is toch geweldig! Of kijk naar één van de vrijwilligers die uit een heel diep dal kwam. Hij is nu bezig met het opzetten van zijn eigen bedrijf als schilder! Het is zo duidelijk dat het zelfvertrouwen terugkomt. Wij vinden het belangrijk om een gevoel van verantwoordelijkheid bij te brengen bij de vrijwilligers, waardoor ze beter voor zichzelf op kunnen komen. Deze praktijkervaring is, zo denken wij, dé manier om het te leren.”
Waar komen de vrijwilligers vandaan?
“De vrijwilligers komen uit heel Eindhoven, uit elk stadsdeel. Het voelt als een team, de sfeer is heel ‘buurt’, heel informeel. Natuurlijk proberen we structuur aan te brengen. De visie om zoveel mogelijk mensen en sociale initiatieven te helpen slaat over op vrijwilligers. Ze doen samen klussen, ook buiten het werk. Ze helpen elkaar.”
Maakindustrie
De werkplaatsbegeleiders waren design afgestudeerden. En dat betekent: veel kennis kunnen overdragen. Zij zijn een mooie middenweg tussen het uitvoeren van een ambacht en het moderne maken in. We zijn dus echt onderdeel van de maakindustrie.
Wat hebben jullie nu nodig?
“We zijn vooral op zoek naar een ervaren houtbewerker voor de functie van werkplaatsbegeleider.
Daarnaast zijn we nog op zoek naar machines en materiaal. Vooral een materiaalsponsor zou geweldig welkom zijn. We zijn nu bezig met het doen van aanvragen en bekijken de mogelijkheden voor crowdfunding.”
Startende designers
“Voor jonge startende ontwerpers zijn we een interessante plek omdat het ze de kans geeft hun werk te maken en te laten zien. De financiele ‘reward’ is misschien minder hoog, maar ze hebben op zijn minst zichtbaarheid. Ook vinden wij, als designers, het heel belangrijk dat de ontwerper erkenning krijg voor zijn werk.
Plannen
Aan plannen ontbreekt het niet. Fanny volgt momenteel een cursus ambachtelijk meubels maken bij het Ambachtshuis. Ook is Uit de Buurtfabriek te bezoeken tijdens de DDW 2016.
En jijzelf?
“Ik investeer heel veel tijd maar krijg er ook veel voldoening van”, aldus Ron.
Meer lezen over Uit De Buurtfabriek? Bezoek de Facebookpagina.
