Onderzoekers van het Max-Planck Instituut voor ouderdomsziekten in Keulen en het Karolinska Instituut uit Stockholm hebben een nieuwe manier gevonden om ernstige degeneratieve hersenziektes zoals Parkinson en Alzheimer te bestrijden. Het draait daarbij om het samenspel tussen zenuwcellen en mitochondriën, schrijven ze in een studie gepubliceerd in het blad Science Advances.
Mitochondriën gelden als de energiebron voor de zenuwcellen, ook wel neuronen genoemd. Hapert hun werking dan kan dat leiden tot afstervende zenuwcellen en een achteruitgang van de hersenfuncties. De gangbare mening is dat dit een onomkeerbaar proces is omdat mitochondriale disfunctie niet te genezen is en zenuwcellen geen aanpassingsvermogen hebben.
Citroenzuur- of krebscyclus
Maar dat laatste bestrijden de Duitse en Zweedse onderzoekers.
“Er wordt gedacht dat zenuwcellen zich niet of nauwelijks kunnen aanpassen aan veranderingen in hun energievoorziening”, zegt Elisa Motori, een van de wetenschappers die meewerkte aan de studie. “Van de andere kant is er steeds meer bewijs dat mitochondriale disfunctie niet altijd tot snelle achteruitgang van de hersenfuncties leidt. We hebben daarom de vraag gesteld of degenererende zenuwcellen een eigen stofwisselingsprogramma hebben waarmee het gebrek aan energie van de mitochondriën kan worden opgevangen.” En dat blijkt uit onderzoek bij muizen duidelijk zo te zijn.
De onderzoekers vonden bovendien een belangrijke verandering van de stofwisseling. Het gaat daarbij om de zogenoemde citroenzuurcyclus of krebscyclus die zenuwcellen resistent maakt tegen snel voortschrijdende degeneratie.
Nieuwe therapieën
Van deze krebscyclus werd tot nu toe gedacht dat die alleen voorkomt bij ondersteunende cellen in de hersenen (gliacellen), maar niet de zenuwcellen. “Met de kennis dat neuronen een krebscyclus kunnen genereren konden we aantonen dat het een beschermende rol speelt. Toen we de krebscyclus blokkeerden bij muizen stierven de zenuwcellen in een veel sneller tempo en werd de ziekte ernstiger”, legt Motori uit.
De auteurs van de studie denken dat op basis van deze kennis nieuwe therapieën en medicijnen kunnen worden ontwikkeld die mitochondriale aandoeningen deels kunnen opvangen zodat de achteruitgang van hersenfuncties wordt afgeremd.
Hier vindt u het persbericht van het Max-Planck Instituut.