Radionucliden van nucleaire activiteiten blijven lange tijd in ecosystemen aanwezig. Alleen al in de VS is naar schatting tot 80 miljoen kubieke meter grond en 4,7 miljard kubieke meter water besmet door nucleaire activiteiten uit het verleden.
Wanneer reptielen worden blootgesteld aan radioactieve neerslag van kernwapentesten of afval dat per ongeluk vrijkomt, hopen radioactieve uraniumisotopen op in hun schubben. Dat ontdekten onderzoekers uit de Verenigde Staten. Deze ontdekking kan nuttig zijn voor het langdurig monitoren van radionucliden – radioactieve variaties van elementen – in de natuur. Zoals boomringen een kijkje geven in de klimaatgeschiedenis van de aarde, bevatten deze schalen lagen die dienen als tijdstempels van periodes van nucleaire fall-out. Het onderzoek, dat gepubliceerd is in het Nexus-tijdschrift PNAS, belicht de ophoping van uranium in de buitenste schilden van schildpadden.
- Schildpadden bevatten lagen die fungeren als tijdstempels van periodes van nucleaire fall-out;
- Onderzoek toont aan dat uranium zich heeft opgehoopt in schildpaddenschilden uit gebieden met nucleaire besmetting;
- Deze ontdekking creëert een nieuw veld van radio-ecologisch onderzoek, dat metingen van de accumulatie van radionucliden in deze reptielen mogelijk maakt.
De methode
Onderzoekers bestudeerden vijf verschillende schildpadden uit natuurhistorische collecties. Elk dier werd zorgvuldig geselecteerd uit gebieden die bekend staan om nucleaire besmetting. Het onderzoeksteam concentreerde zich voornamelijk op het extraheren en analyseren van de uraniuminhoud die werd aangetroffen in de harde, benige buitenste schaal die meestal uit keratine bestaat. Opmerkelijk genoeg komt elke laag van het schild overeen met één levensjaar van het dier, waardoor een gedetailleerde tijdlijn wordt verkregen van de omgeving van de schildpad tijdens zijn bestaan.
Het schild van deze veerkrachtige wezens fungeert als een levend verslag van hun omgeving en legt tastbaar bewijs vast van nucleaire activiteit in de loop der tijd. Uit dit onderzoek is gebleken dat de schilden van schildpadden inderdaad uraniumisotopen kunnen accumuleren en dus een historisch verslag van nucleaire activiteit zijn. De ontdekking biedt een uniek en effectief hulpmiddel voor het langdurig monitoren van radionucliden in de natuur.
Historische nucleaire sites: Casestudies
Onder de bestudeerde exemplaren bevond zich een zeeschildpad uit het Enewetak Atol, een locatie die berucht is om zijn geschiedenis van kernproeven. Ondanks het feit dat de schildpad niet in leven was ten tijde van de kernproeven, vonden onderzoekers toch uraniumverontreiniging in het schild, twee decennia nadat de proeven waren beëindigd. Deze vondst roept vragen op over de bron van de besmetting, wat suggereert dat de consumptie van met uranium besmette algen of andere vervuiling uit het verleden in het atol kan hebben bijgedragen aan de aanwezigheid van uranium in de schildpad.
Implicaties en toekomstige richtingen
Deze bevindingen ondersteunen het idee dat deze dieren, die vaak lang leven, informatie kunnen vastleggen over menselijke activiteiten met nucleaire landschappen over een langere periode. De ontdekking opent een nieuw veld van radio-ecologisch onderzoek, waarbij zoölogische collecties in musea worden gebruikt om de concentratie van radionucliden in verschillende weefsels te bepalen. Bovendien biedt het mogelijkheden voor niet-invasieve metingen van de accumulatie van radionucliden in levende schildpadden.
In de toekomst hopen de onderzoekers hun onderzoek uit te breiden om te kijken of schildpadden nog steeds radionucliden ophopen en hoe deze dieren bestudeerd kunnen worden om het moderne milieu te begrijpen. Terwijl we blijven worstelen met de uitdagingen en gevolgen van nucleaire activiteit, kunnen deze veerkrachtige reptielen de sleutel zijn tot het ontsluieren van meer nucleaire mysteries die in het verschiet liggen.