Aan het einde van de middelbare school moest ik kiezen wat, en waar, ik wilde studeren. Op de vraag ‘waar’ had ik wel een antwoord maar het ‘wat’ was iets moeilijker om te beantwoorden. Uiteindelijk heb ik gekozen voor de bachelor Technische Innovatiewetenschappen in Eindhoven. Aan de Technische Universiteit dus. Dat laatste bracht wel wat twijfel met zich mee, ik had immers niet de allerbeste papieren om een technische studie te doen (uiteindelijk staat er een 5 voor wiskunde op m’n eindlijst). Maar m’n motivatie was sterk genoeg om het toch te proberen.
Ik wilde iets doen aan het energieprobleem. Maar in m’n eerste jaar was ik bang dat ik de energierichting binnen mijn studie niet zou halen. Daar zaten vakken in van de faculteiten Elektrotechniek en Werktuigbouwkunde dus het schrok me nogal af.
Onbewust gegroeid
Na een jaar architectuur gedaan te hebben besefte ik dat ik daar helemaal niet warm van werd en ben ik toch de energierichting opgegaan. Opnieuw met enige twijfel maar uiteindelijk heb ik het, inclusief enige vertraging door de nodige nevenactiviteiten, toch netjes afgerond en werd ik alleen maar enthousiaster om meer de diepte in te gaan. Vandaar dat ik toen de overstap gemaakt naar de master van Elektrotechniek. Dat leek toen een heel logische keuze.. Pas toen ik een keer terugdacht aan de twijfels die ik had toen ik begon met studeren, besefte ik me dat ik ergens onbewust gegroeid was naar een niveau waarvan ik nooit verwacht had dat ik het zou halen.
Het laatste jaar de master richting viel samen met een jaar bij studententeam Blue Jay. Terugkijkend is dat ook een enorm vormend jaar geweest.
Onmogelijke dingen doen
Toen we begonnen, waren er op de universiteit nog nooit eerder autonome indoor-drones gebouwd. Als eerste stap zijn we toen een hoop mensen om advies gaan vragen. Aan het einde van het jaar begreep ik van een aantal mensen die toen geholpen hadden, dat ze eigenlijk nooit verwacht hadden dat het zou lukken. En ergens heb ik dat gevoel ook wel vaak gehad. Je ziet het gewoon simpelweg nog niet gebeuren. Het heeft me geleerd dat je echt onmogelijke dingen kan doen als je een stel gemotiveerde en getalenteerde mensen achter hetzelfde doelt krijgt.
Datzelfde gevoel van verbazing en inzicht heb ik nu weer als ik terugkijk op de afgelopen periode bij Lightyear. Ik type deze blog op de achterbank van Lightyear One, die geparkeerd staat voor de ingang van de Monaco Yacht Club. Nog geen klein half jaar geleden kon ik het, ondanks alle 3D-modellen, simulaties en renders, nog niet voor me zien dat er ooit een fysieke auto zou zijn om in te zitten.
Terug naar Palo Alto
“If what you are telling us is true, then that is spectaculair. But we just don’t believe you can make a nice looking, comfortable car so efficient”. Dat waren de woorden van een grote VC uit Amerika toen wij daar op gesprek waren 2 jaar geleden. Na de meeting hebben Arjo, Lex en ik elkaar beloofd dat, zodra de Lightyear One rijdt, we terug zouden gaan naar Sand Hill Road in Palo Alto. En dat is precies wat we eind oktober gaan doen.
Over deze column:
In een wekelijkse column, afwisselend geschreven door Floris Beemster, Bert Overlack, Mary Fiers, Peter de Kock, Eveline van Zeeland, Lucien Engelen, Tessie Hartjes, Jan Wouters, Katleen Gabriels en Auke Hoekstra, probeert Innovation Origins in een wekelijkse column te achterhalen hoe de toekomst eruit zal zien. Deze columnisten, soms aangevuld met gastbloggers, werken allemaal op hun eigen manier aan oplossingen voor de problemen van deze tijd. Zodat morgen beter wordt. Hier lees je alle vorige afleveringen.