“Thuis voerde ik de oefeningen van de fysiotherapeut vaak niet goed of zelfs helemaal niet uit. Ik vergat ze of het ontbrak aan motivatie om eraan te beginnen.” Industrial Design student Cas van Grunsven constateerde drie jaar geleden een probleem waar meer mensen tegenaan lopen. Daarom bedacht hij samen met medestudent Stijn Kamp van de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e) een oplossing; sensoren die in de gaten houdt hoe een patiënt revalideert. Inmiddels runnen zij samen een start-up, JimFIT, waarin ze de sensoren en bijbehorende software verkopen aan verschillende klanten.
“Onze klanten zijn nu vooral bewegingswetenschappers die de sensoren gebruiken om metingen te doen in onderzoek naar hardlopers”, vertelt Van Grunsven. “Maar de medische toepassing van de sensoren bij fysiotherapeuten en in het ziekenhuis is ons ultieme doel.” Dat komt ook steeds dichterbij. Over een maand start een pilot in het Maxima Medisch Centrum. “We gaan kijken hoe we de behandelduur en het aantal contactmomenten van patiënten met een polsbreuk kunnen verkleinen.” De verwachting is dat het systeem in het voorjaar van 2020 echt gebruikt gaat worden in het ziekenhuis.
Real-time metingen
De sensor van JimFIT zit vast aan een band. Deze JimNODE, zoals de sensor heet, kan de patiënt op verschillende plekken op het lichaam dragen. “Wanneer een patiënt bijvoorbeeld een polsblessure heeft, draagt hij of zij een sensor op de hand en onderarm”, legt Van Grunsven uit. De sensor meet zijn eigen beweging in de ruimte, in welke hoek het staan en hoe snel het beweegt.
Professionals kunnen de gegevens real-time bekijken in de bijbehorende app. “De software kan verschillende dingen berekenen, bijvoorbeeld de hoek tussen de sensor op de hand en onderarm. Daaruit leidt het programma de stand van de pols af. Mocht de patiënt de pols niet ver genoeg buigen of juist overstrekken, geeft de app dat meteen aan.” Via de app kunnen patiënten zelf en hun artsen goed in de gaten houden hoe de behandeling verloopt. De sensor kan naast de pols ook voor bijvoorbeeld ellebogen en knieën gebruikt worden.
Minder controles
De aankomende pilot is volledig gericht op polsblessures. “Er breken regelmatig mensen hun pols. In veel gevallen gaan zij dan voor een aantal weken in het gips. Daarna moeten ze revalideren om hun pols weer volledig te kunnen gebruiken”, vertelt Van Grunsven. “Tijdens zo’n traject zijn er verschillende contactmomenten met een dokter. De eerste keer zet de arts een plan op, daarna volgt er een aantal controlemomenten en tot slot kijkt hij of de pols goed genoeg hersteld is.” De ondernemer stelt dat de controlemomenten kunnen worden vervangen door de metingen van de sensoren. Hierdoor hoeft de patiënt minder vaak naar het ziekenhuis.
“De arts kan dan in de app de voorgang van de behandeling bekijken en tips geven over de uitvoering van de oefeningen.” Dit zorgt ervoor dat patiënten net zo goed of zelfs beter in de gaten gehouden worden dan tijdens een reguliere controle in het ziekenhuis. “Het zou de revalidatie zelfs kunnen versnellen omdat patiënten de oefeningen altijd uitvoeren en hier bovendien vaker feedback op krijgen.”
Blessures tegen gaan
De metingen kunnen nog een stap verder gaan. “Wanneer je het gewicht en de lengte van een patiënt weet, kun je met een sensor op de enkels bepalen hoeveel klappen iemand op de enkels krijgt”, legt hij uit. “Dat is vooral voor sporters erg handig. Bijvoorbeeld basketballers hebben vaak enkelblessures omdat ze vaak springen op een harde ondergrond.” Na een blessure kan de trainer via de sensoren in de gaten houden of de training niet te zwaar is. Daarnaast kan het ook als preventief middel dienen om te zorgen dat een sporter geen blessure krijgt.
Velen patiënten sneller en beter helpen
Voor van Grunsven is de medische toepassing van de sensoren het belangrijkste. “Ons doel is om patiënten sneller, makkelijker en pijnlozer te laten revalideren”, stelt hij. “Een patiënt ervaart geregeld pijn tijdens de behandeling. Dat heeft vaak tot gevolg dat de patiënt oefeningen niet meer gaat doen. Aan de andere kant gaan patiënten soms juist heel fanatiek bewegen in de hoop dat de blessure dan sneller weg is.” Beide reacties zijn niet goed voor het herstel. De software herkent dit gedrag waardoor de arts kan ingrijpen in de behandeling. “Dit kan veel patiënten met uiteenlopende klachten sneller en beter helpen.”
Naast dit doel blijven de ondernemers zoeken naar nieuwe mogelijkheden met hun sensoren. Zij werken hiervoor samen met TU/e innovation Space en STARTUP/Eindhoven. “We hebben bij TU/e innovation Space een werkruimte en krijgen er advies over verschillende zaken. Zo hebben we bijvoorbeeld ondersteuning gehad bij het opstellen van een financiële planning.” Daarnaast biedt de organisatie hen een groot netwerk van professionals en andere start-ups. “Andere start-ups helpen ons en wij helpen anderen ook met de kennis die wij al op hebben gedaan. Dat is leuk om te zien.” Het ondernemerschap gaat de studenten naar eigen zeggen steeds beter af. Al blijft het ontwikkelen van de techniek voor de beste behandeling van patiënten wel hun passie.