Iedereen kent de geur van munt. De kenners weten ook dat er een heleboel verschillende soorten muntplanten zijn van witte munt tot watermunt en akkermunt tot paardenmunt. Onderzoekers van het Botanische Instituut van de Technische Universiteit van Karlsruhe (KIT) hebben de etherische oliën van een groot aantal van deze muntsoorten verzameld om te kijken of ze kunnen worden ingezet bij de onkruidbestrijding. Eerste testresultaten wijzen op een groot potentieel, zo heeft het KIT bekendgemaakt.
Veel hobbytuiniers zullen het fenomeen kennen dat er in de omgeving van bijvoorbeeld notenbomen weinig planten gedijen. En dat wilde knoflook en munt andere planten verdringen. Deskundigen noemen deze vorm van chemische oorlogsvoering “allelopathie”. ‘In de meeste gevallen gaat het hierbij niet om het uitzenden van giftige stoffen, maar chemische signalen die een effect hebben op andere planten’, legt celbioloog Peter Nick van het KIT uit. Het signaal dat de muntplant uitzendt, blijkt in andere planten te zorgen voor het afsterven van cellen. Het onderzoek van het KIT is erop gericht uit te vinden hoe dit proces precies werkt, en of het valt te controleren.
De grote vraag is of etherische oliën van een bepaalde muntsoort, of een combinatie van soorten, kunnen worden gebruikt om een specifiek onkruid te bestrijden, zonder dat andere planten er last van hebben?
Zuring en akkerwinde
Wat de onderzoekers uitvonden was dat de chemische verbinding “menthone”, verwant aan “menthol”, bij andere planten een proces in werking zet waarbij zogeheten microtubili –dat zijn fijn vertakte buisvorminge eiwitstructuren – zichzelf vernietigen.
‘We hebben bijvoorbeeld kunnen aantonen dat menthone bijzonder effectief is tegen zuring’, zegt Mohammed Sarheed die zijn promotieonderzoek heeft gewijd aan de chemische oorlogsvoering van de muntplant.
Zuring is een plant die ook veel voorkomt op Nederlandse weiden. Hetzelfde geldt voor de akkerwinde, die goed blijkt te kunnen worden bestreden met de geur van paardenmunt, dat bij de akkerwinde leidt tot het afsterven van het eiwit actine.
Onkruid vormt volgens Nick een van de hoofdoorzaken voor tegenvallende oogsten. 30 tot 50% van de oogst gaat verloren als er niks gedaan wordt om onkruid te bestrijden. En aangezien het bekend is dat conventionele bestrijdingsmiddelen en pesticiden kwalijke gevolgen hebben voor het milieu en onkruid bovendien op den duur resistent wordt, moeten volgens Nick de oplossingen sowieso in de natuur worden gezocht.
Het KIT wil daar een bijdrage aan leveren en doet dat samen met het Zwitserse onderzoeksinstituut voor biologische landbouw FiBL en het Max-Planck-instituut voor chemische ecologie in Jena.