Met Abbà komt er muziek in technologische start-ups

Elk jaar schrijven zich in heel Europa duizenden nieuwe ondernemers in bij Kamers van Koophandel die ouder zijn dat zestig. Innovation Origins sprak met een aantal van deze grijze innovatieve starters en vroeg hen naar hun beweegredenen. Deze week portretteren we hen in een speciale senioren-editie van de reeks Start-up of the day. Lees hier alle verhalen rond de ‘zilveren start-ups‘.

Hij heeft de naam van een beroemde popgroep, maar daarmee houdt ogenschijnlijk de vergelijking van Carlo Abbà (70 jaar) met de Zweedse popgroep wel op. Abbà startte in 2020 met een aantal andere ‘dolle’ veteranen in Milaan een nieuw bedrijf onder de naam Foolfarm. Anders dan de naam aanduidt, is dat geen boerderij, maar een fabriek die start-ups in Artificial Intelligence opzet.

Wat hieraan nieuw is, althans in Italië, is dat de start-ups in deze fabriek ontstaan, ontwikkeld en (als het goed is) groot gemaakt worden. Foolfarm neemt dus nieuwe technologische bedrijfjes vanaf het begin onder de hoede. Abbà is een van oprichters en -om met de Zweedse band te spreken- een van de mannen met ‘Money, money, money’.

Maar het is zeker niet alleen geld dat Abbà biedt. De senior ondernemer is geen techneut, meer zo’n typische ‘mensenmanager’ die op hoog niveau in tal van telecomondernemingen heeft gewerkt en niet van ophouden weet. “Toen ik zo’n tien jaar geleden met pensioen ging, peinsde ik er niet over om te stoppen met werken”, vertelt Abbà, die na zijn pensioen wethouder handel & industrie werd in Monza, een belangrijke industriestad bij Milaan (en internationaal bekend van het circuit voor de Formule 1). 

Van idee tot bedrijf

“Het mooie van opnieuw beginnen”, zegt Abbà, “is dat je actief blijft en contacten houdt op niveau”. Er speelt ook een andere motivatie mee, die je vaker hoort bij oudere ondernemers. “Ik wil graag mijn ervaring en kennis beschikbaar stellen. Ik zeg niet dat ik de samenleving iets moet teruggeven, want ik denk niet dat die iets schuldig ben, toch wil ik wel jongeren op de goede weg helpen”. Take a Chance on me, om in ABBA-termen te blijven.

Daarom startte Abbà met anderen het initiatief om deep tech start-ups op te zetten. Daarvoor wordt in de fabriek, die trouwens op hun website ‘garage’ wordt genoemd, start-ups opgezet. Mensen met een idee kunnen daarvoor bij Foolfarm aankloppen, die als het idee bevalt daarin direct 125.000 euro investeert. Dat moet het begin zijn van de omzetting van het idee in een bedrijf. Daarna begeleiden Abbà en de zijnen de start-up zo snel mogelijk richting de eerste ronde van seedfinanciering. 

Een start-up, een patent

Tot dusverre zijn drie start-ups uit de garage gerold, waaronder vorige week Iio (een virtuele assistent) en Fire (een financieel platform on-line). Foolfarm selecteert ideeën vooral op technologie. Het motto is dat achter elke start-up een patent moet steken. Een patent biedt een voorsprong en is daarmee een veelbelovende factor voor toekomstig succes. Vast naar het idee van ‘The winner takes it all’.

Behalve een ecosysteem (kennis, geld, netwerk) heeft Foolfarm advies te bieden. Abbà gebruikt liever niet dat woord. Het is niet zo dat hij eventjes zegt, “zo, jongens, even opletten, ik zal even zeggen hoe het beter kan’. Zijn aanpak bestaat uit het voeren van gesprekken met start-up’ers waarin hij verhalen met een moraal vertelt. Het heeft wel iets weg van storytelling als doorgeefluik van ervaring. “Jonge ondernemers die bij de pinken zijn, nemen de punten die ik vertel over in hun bedrijfsvoering. Zij maken zelf de vertaalslag”.

Storytelling

Als voorbeeld noemt Abbà een start-up die net met zijn dienstverlening op de markt kwam toen de pandemie in maart 2020 toesloeg. “Ik vertelde hem over mijn ervaring van jaren geleden met een toeleverancier die getroffen was door een Chinese handelsblokkade. We hebben toen de leverancier toezeggingen kunnen doen, waardoor het lukte om materiaal in andere landen aan te werven”. Het is om te zeggen dat in het geval van een externe factor waar je niets aan kunt doen, zoals een pandemie en een handelsblokkade, toch oplossingen moet vinden”. 

Abbà vindt dat hij als senior kan bijdragen aan het succes van jonge start-ups. “Een twintiger heeft de drive om vooruit te gaan en om innovatieve ideeën om te zetten, maar hij of zij heeft vaak niet de ervaring. Start-up’ers hebben een idee, vaak technisch van aard, en kunnen niet altijd verder kijken. Ze hebben wel eens een beperkte visie op de bedrijfsvoering”. 

De inwoner van Monza zegt dat de reden dat hij pas op vergevorderde leeftijd is gestart, ligt in het feit dat “als je een hoge managementpositie in een bedrijf hebt, je erg bezig bent met de onderneming en je carrière. Er is geen tijd om je heen te kijken”. Nu heeft Abbà wel het overzicht en hoeft hij niet bewegingsloos “in de tuin met de hond” te zitten, een angstbeeld dat hij had bij pensionering.