Het succes van de high tech maakindustrie in de Brainport regio is grotendeels toe te schrijven aan de toeleveringsbedrijven. Nergens op de wereld hebben die zo’n belangrijke rol gekregen als in en om Eindhoven. Hun omvorming van supply chain in een value chain – van meewerkers in meedenkers – is dan ook de voornaamste reden waarom Eindhoven van een rust belt in een brain belt kon veranderen. Dat schrijven Antoine van Agtmael en Fred Bakker in hun boek “The Smartest Places on Earth“.
De twee auteurs bezochten de afgelopen jaren vele tientallen Brainport-achtige regio’s in de wereld. De tien meest interessante (vijf in Noord-Amerika en vijf in Europa) beschrijven ze in hun boek. Een belangrijke plek in het boek is weggelegd voor Eindhoven, één van de tien smartest places. We spraken Fred Bakker – oud hoofdredacteur en directeur van het Financieele Dagblad – tijdens zijn boektour, die hem deze week langs befaamde oorden als Yale, MIT en Brookings voert. En in de Diana Rehm Show.
Eerst maar eens dat verschil tussen dat oude vertrouwde toeleveringsbedrijf en de manier waarop dat in Eindhoven vorm heeft gekregen. “Normaal gesproken ontwerpt een bedrijf een product, beschrijft de specificaties voor de onderdelen en zoekt de leveranciers uit die dat volgens alle voorwaarden kunnen leveren. Maar in Eindhoven hebben we gezien dat juist die toeleveranciers een belangrijk deel van research & development voor hun rekening nemen. Ze worden veel eerder in het proces betrokken, leveren hun kennis op het gebied van technologie en design en ontwikkelen dus in feite mede het hele productieproces. Kortom, een belangrijk deel van de toegevoegde waarde komt van die toeleveranciers. Vandaar: van een toeleveringsketen naar een waardeketen, van supply chain naar value chain.”
“Brainsharing ecosystem”
ASML is voor Bakker en Van Agtmael een voor de hand liggend bewijs van die stelling; de chipmachinefabrikant dankt een groot deel van zijn succes aan dit fenomeen. Maar minstens zo veel aandacht in het boek gaat ook uit naar Hans Duisters van Sioux – hét voorbeeld van zo’n bedrijf dat vroeger toeleverancier mocht zijn maar inmiddels volwaardig onderdeel is van het brainsharing ecosystem. “Sioux heeft laten zien dat het niet alleen onderdelen in opdracht kon produceren, maar ook compleet nieuwe producten.” Duisters ziet zelfs de grote tech-bedrijven uit Silicon Valley, Israel of Singapore nog wel naar Eindhoven komen, “om te ontdekken of het high-end precisieproduct dat ze willen ontwikkelen daadwerkelijk gebouwd kan worden”.
Bakkers fascinatie met revival-gebieden dateert al van de tijd dat hij nog voor het FD werkte. “Bij ons op de redactie heerste nogal wat cynisme over de ambities in Eindhoven. Maar nadat ik een keer met Gerard Kleisterlee had gesproken, de toenmalige bestuursvoorzitter van Philips, gold dat niet meer voor mij. Hij maakte duidelijk dat hij in kennis wilde investeren, in plaats van alleen naar kosten te kijken. En hij was geloofwaardig. Hij was er als een van de eersten van overtuigd dat een technologiebedrijf, hoe groot ook, het niet meer alleen af kon. En daarom besloot hij in 2002 het NatLab open te stellen voor derden. In feite het begin van de High Tech Campus. Dat was een bepalend moment in de revival van Eindhoven.”
Wat in Eindhoven gebeurde, zie je op meer plekken in de wereld, ontdekte Bakker tijdens zijn onderzoek. In de Verenigde Staten was het vooral gekoppeld aan oude staal- en autogebieden; vandaar de ondertitel “from rustbelt to brainbelt“. Bakker: “In Europa gaat het niet zozeer om rustbelts, maar het fenomeen erachter is hetzelfde. Gebieden die ooit succesvol waren maar op een gegeven moment de productie verplaatst hebben naar lagelonen-landen en daardoor hun kracht verloren.”
Bakker en Van Agtmael bezochten de gebieden die de draad weer oppikten en ontdekten dat samenwerking een terugkerend thema was. “De oude silo’s werden opengebroken, er kwamen horizontale oplossingen voor verticale problemen. Dat zie je in al die steden die we bezochten. Maar nergens gebeurde dat zo intensief en zo uitgebreid als in Eindhoven”, zegt Bakker.
Twee risico’s
Dat het nu goed gaat in Brainport, is geen garantie voor de toekomst. Bakker ziet twee risico’s waar de regio rekening mee moet houden: het ene van morele aard, het andere meer bedrijfsorganisatorisch. Bakker: “Technologie is niet normatief. De mens moet dat toevoegen, maar de neiging is om alles wat technologisch mogelijk is, ook maar te gaan bouwen. Waar dat uiteindelijk toe kan leiden hebben we in de financiële sector gezien. Er moet af en toe iemand opstaan die ho zegt.” Apple-baas Tim Cooke laat zien hoe het wel moet, vindt Bakker. “Heel mooi dat hij zijn poot stijf heeft gehouden in de discussie over het ontgrendelen van iphones voor veiligheidsdiensten. Net zoals het goed is dat een groep celbiologen even pas op de plaats maakt met hun inspanning om genetische modificaties in de celstructuur mogelijk te maken die erfelijk overdraagbaar zijn. Eerst nog maar eens goed over nadenken.”
Van heel andere aard is het risico dat bedrijven als ASML zo specialistisch worden dat dat ten koste gaat van hun ontwikkelkracht. “ASML heeft enorm veel geld gestoken in de ontwikkeling van de EUV-machines. Om daar een succes van te maken moet zo’n beetje iedereen daar zijn energie richten op het verder bouwen aan die ontwikkellijn. Anders gezegd: als ze niet oppassen is al hun talent veroordeeld tot EUV. Je moet als bedrijf de discipline opbouwen om ook het niet voor de hand liggende te blijven doen.”
Aan het einde van het gesprek vraagt Bakker of er nog tijd is voor een anekdote. Om de unieke positie van Eindhoven duidelijk te maken. “Ik was laatst in Aken waar ik op de onderzoekscampus van Ford met Karl Siebertz sprak. Vooraanstaand onderzoeker, met nauwe contacten aan de Technische Universiteit van Aken en zoals alle Duitsers enorm trots op wat ze daar zoal presteren. Maar weet je wat hij zei? Dat er geen betere plek voor toegepast wetenschappelijk onderzoek is dan de Technische Universiteit Eindhoven. De wisselwerking met de High Tech Campus en het bedrijfsleven, de skills die ze daar hebben. Als een Duitser dat zegt, dan weet je zeker dat daar iets unieks gebeurt.”
The Smartest Places on Earth is vorige week in het Engels uitgekomen. In juni komt er een Nederlandse vertaling. Bakker en Van Agtmael komen ook naar Eindhoven voor een presentatie. Op de site Hier Wordt De Toekomst Gebouwd is alvast meer informatie te vinden.