Het zich steeds verder verspreidende Coronavirus beheerst het nieuws. Het lijkt erop dat een pandemie onvermijdelijk is. De wereld is in crisis. Toch heeft de geschiedenis ons geleerd dat juist op die momenten de mensheid tot creatieve oplossingen, innovaties en nieuwe inzichten komt. Innovation Origins inventariseert deze week welke innovaties ons juist door de Corona-crisis staan te wachten op technisch en wetenschappelijk gebied.
China gooit flink wat technologie in de strijd. Zo zagen we eerder deze week dat drones voor allerlei activiteiten worden ingezet. Maar ook robots en een automatische cateraar voor ziekenhuispersoneel. Alles om nieuwe besmettingen te voorkomen.
In Hangzhou, de hoofdstad van de oostelijke provincie Zhejiang waar bijna 10,5 miljoen mensen wonen, is de lockdown sinds een aantal weken voorbij. Inwoners kunnen dankzij een digitaal checkpoint-systeem weer relatief vrij door de stad bewegen. Via een app van data-reuzen als Tencent, het moederbedrijf van WeChat of Alipay kunnen inwoners een QR-health code aanvragen. Hiervoor moeten ze hun naam, telefoonnummer, identiteitsnummer en een vragenlijst invullen. Vragen over of ze in besmet gebied zijn geweest en of ze klachten ervaren. Met deze informatie krijgen ze een kleurcode. Waarin rood betekent dat iemand 14 dagen in thuis quarantaine moet, bij oranje 7 dagen en bij een groene code mag de persoon vrij door de stad bewegen.
Van parken tot metro’s en supermarkten. Overal waar je heengaat moet je deze code laten scannen. In de app worden naast deze check-ins, ook de locatiegegevens van de gebruikers opgeslagen. Is een gebruiker in een besmet gebied geweest? Dan wordt de code rood en moet deze persoon thuis in quarantaine. Voor dit systeem werkt Alipay samen met de Chinese overheid, het systeem is inmiddels al in meer dan 200 steden ingevoerd. Maar hoe het precies werkt daar wil het bedrijf niet te veel over kwijt. (NY Times onderzocht dit.)
Digitale checkpoints in Europa?
Peter de Kock is professor of practice in data science bij JADS en columnist voor IO. Hij volgt de gebeurtenissen op de voet. “Zo’n QR-code systeem is ontzettend interessant. Even los van wat we ervan vinden, want het staat natuurlijk haaks op hoe wij denken over privacy. Dit is wel een effectieve manier hoe je persoonlijke data kunt gebruiken om de verspreiding van dit virus tegen te gaan.”
Of hij het mogelijk acht dat ergens in Europa een systeem zoals dit wordt ingevoerd? “Locatiegegevens en reisbewegingen zijn uiterst persoonlijk. Dit is per definitie terug te brengen tot een persoon. Er moet heel veel gebeuren willen we dat als democratische samenleving onze rechten opzij zetten. Het ligt aan de need of urgency, wanneer zijn deze rechten ondergeschikt aan een grote virusuitbraak? Dat zijn moeilijke discussies. In China is dat een ander verhaal omdat er veel centraal wordt gecontroleerd.”
In Nederland zouden contactonderzoeken wel een stuk sneller kunnen verlopen met het gebruik van locatiedata. Volgens een woordvoerder van de GGD brengen ze via een vragenlijst in kaart waar iemand is geweest en met wie de persoon contact heeft gehad. De Kock: “Ouderwets handwerk eigenlijk. Dat is niet erg als je 24 gevallen en hun contacten moet gaan onderzoeken. Maar het kost ongelooflijk veel meer uren als je 2400 gevallen in kaart moet brengen.”
Veel mogelijk met locatiegegevens
“De welbekende datareuzen als Apple, Google en de rest hebben heel veel relevante data die nuttig zouden kunnen zijn. Google bijvoorbeeld, is met de zoekwoorden die mensen gebruiken, veel beter in staat om te voorspellen wanneer er een griepepidemie aankomt dan het RIVM. In theorie zou het RIVM met locatiegegevens een precies plaatje kunnen maken. Stel ik had carnaval gevierd in Tilburg, dan was precies te zien waar ik was geweest en via welke route ik was terug gereisd. Met locatiegegevens kun je precies zien met welke andere telefoons mijn route is gekruist.”
“Het is interessant om te kijken hoe Google hierop reageert. Het RIVM, zorg -of overheidsinstanties kunnen niet zomaar bij deze gegevens. Maar als het maatschappelijk belang maar hoog genoeg wordt, zou dat best eens kunnen veranderen. Maar dan nog heb je te maken met wet -en regelgeving, dus dat gaat niet zomaar.”
Wat mogelijk is met gegevens van Google laat de opgeloste moordzaak van Tjeerd van Seggeren zien: “Daar leidde de data van Google naar de echtgenote, die volhield er niets mee te maken te hebben. Aan de hand van allerlei gegevens uit de telefoons is er een reconstructie gemaakt en kwam de politie bij de vrouw uit. Zelfs de gyroscoop van het slachtoffer is uitgelezen en hij zou kort voor z’n dood nog seks hebben gehad met zijn vrouw. Dat zegt wel hoe veel je van iemand te weten kan komen met die gegevens.”
Geheim van de oplossing ligt in sociale data
Data is niet alleen nuttig bij het oplossen van moordzaken, maar kan ook cruciale rol spelen bij het indammen van verdere verspreiding van het coronavirus. De Kock: “Iedere materie heeft ook anti-materie en ik denk dat hier het geheim van de oplossing ligt. Je ziet dat het aantal besmettingen in China stabiliseert of zelfs minder wordt, met data kun je een anti-golf maken. Mensen die weer beter worden bijvoorbeeld. Hiermee kun je zien hoe het uitdooft en welke maatregelen hierbij een rol hebben gespeeld.”
Volgens De Kock wordt dit vooral belangrijk als het virus nog een keer de kop opsteekt. “In de warme zomermaanden nemen de besmettingen hoogstwaarschijnlijk af. Maar wat kunnen we volgend jaar doen als besmettingen weer toenemen? Hoe gaan we het containen? In de data die we nu verzamelen, kunnen we terugvinden welke maatregelen effectief zijn. We kunnen in kaart brengen waar dat in zit. De verspreiding van dit virus gaat – zoals we nu denken – via sociale contacten. Veel van die sociale data is beschikbaar en kunnen we gebruiken.”