De Brainportregio is een belangrijke groeimotor van de Nederlandse economie. Het is dan ook, zowel voor de regio zelf als voor het land, van groot belang om die positie verder te verstevigen. Dat daarmee niet alleen het verdienvermogen toeneemt maar ook talrijke maatschappelijke opgaven kunnen worden aangepakt, maakt dat doel alleen maar relevanter. In een serie van 12 artikelen kijkt Innovation Origins naar de meest in het oog springende vraagstukken binnen dit streven. Leidraad daarbij is het onderzoek ‘Brainport aan de top‘ dat Rabobank in samenwerking met Strategy Unit publiceerde. Vandaag het elfde artikel in deze reeks, waarin we naar kijken naar het woon- en leefklimaat en de kwaliteit van de stad.
“De ruimte, een gezonde leefomgeving, relatief betaalbare woningen en een centrale ligging tussen internationale steden als Amsterdam, Antwerpen, Dusseldorf en Luik”: het zijn allemaal aspecten waar Brainport Eindhoven meer voordeel uit zou moeten kunnen halen. Dat zeggen de deelnemers aan het onderzoek dat Rabobank afgelopen zomer uitvoerde. De realiteit is anders: “Het woonklimaat in Brainport is onbekend buiten Brabant. En onbekend maakt onbemind. Als je buiten Brainport vraagt naar de kwaliteit van het woonklimaat hier krijg je een relatief lage score.”
Stationsgebied
Maar ook voor de bewoners van Brainport Eindhoven zelf valt er nog wel wat te verbeteren. De ondervraagden geven het woon- en leefklimaat een nette 7,1, maar wie inzoemt op de groep studenten, krijgt een minder positief beeld: daar valt de waardering niet hoger uit dan een 5,4. De attractiviteit van het woonklimaat is belangrijk bij het aantrekken van talent, waarschuwen de onderzoekers. In vergelijking met de grote steden in en rondom de Randstad heeft de Brainportregio een minder breed en diep voorzieningenpakket, zo wordt aangegeven. En dat kan gevolgen hebben voor veel andere aspecten van het succes van Brainport.
Wethouder Stijn Steenbakkers van Eindhoven herkent het geluid. “We moeten nog veel stappen maken, maar er is ook al heel veel gedaan. Neem het nieuwe Area51 op Strijp-S: een van de grootste urban sportcentra van Europa. Binnenkort gaat ook voor het buitenpark daarvan de eerste schop in de grond: een skatepark waar de hele stad van kan genieten. Ook op het gebied van cultuur zetten we stappen: het Future Lab in het Evoluon gaat er nu definitief komen.”
Om ook voor mensen van buiten de stad wat aantrekkelijker te worden moet de focus nog meer op het stationsgebied, zegt de wethouder. “Er zijn grote plannen daar, onder meer met District E en de hoogbouwvisie van collega Torunoglu. De aanbesteding van het conference center gaat nu ook van start dus ook daar maken we stappen. Maar eerlijk is eerlijk, we missen juist daar nog de iconische dragers van Eindhoven. Rond het station moet het echt gaan gebeuren.”
Een beter verhaal
Ook Eerke Hoven, Directeur Grootzakelijk voor Oost-Brabant bij Rabobank en een van de samenstellers van het onderzoek, mist de iconen. “Iedereen kent de Blob en de Lichttoren, dat zijn echte iconen van de stad. Maar er zijn meer van dit soort landmarks nodig. Kijk naar Amsterdam, Den Haag of Rotterdam: vergeleken met die steden komt Eindhoven er bekaaid van af.”
Hoven, zelf niet afkomstig uit Eindhoven, noemt de prestaties van de regio op economisch gebied “onvergelijkbaar met enige andere regio in Nederland”. Het budget dat vanuit het Rijk deze kant op komt staat volgens hem totaal niet in verhouding met toegevoegde waarde die Eindhoven voor het land heeft. “Dat moet anders, maak het maar zichtbaar in de bouwplannen, cultuurinitiatieven en alle andere voorzieningen.” Wethouder Steenbakkers heeft er een slogan voor: “Ik noem het ‘private rijkdom en publieke armoede’. Wij vervullen een centrumrol voor heel Zuid-Nederland. Dat verdient ook een steun vanuit Den Haag die daarbij past.”
Voor Hoven zit een belangrijk deel van de oplossing in een beter verhaal vanuit de stad. “Overal waar ik kom en het verhaal van Brainport Eindhoven vertel, zijn mensen zwaar onder de indruk. Zodra je het weet, schieten de cijfers omhoog. Het is ook een heel mooi verhaal, waarom vertellen we het dan niet wat beter? Misschien zijn we te bescheiden hier, of te gefocust op onze technische kant. Maar hoe dan ook moeten we iets doen aan het gebrek aan bekendheid buiten de eigen regio. Dat is gewoon onthutsend.”
“Het duurt te lang”
Ook binnen Brainport is er werk aan de winkel. Om de 5,4 die studenten de stad geven omhoog te krijgen moet Eindhoven veel prominenter de ambities laten zien, zegt Steenbakkers. “Bijvoorbeeld rond start-ups. Eindhoven wil de deep-tech hoofdstad van Europa zijn. We bespreken nu met de gemeenteraad welke stappen daarvoor nodig zijn. Als het lukt is dit echt iets dat studenten kan aanspreken.”
Hoven noemt de plannen die de stad heeft ‘hoopgevend’. “De hoogbouw, Knoop XL, het Stationsplein, Strijp-S en T, de Campina, het Stadhuisplein, daar gaan mooie dingen gebeuren. Maar het duurt allemaal veel te lang. Een stad met zo’n bloeiende economie verdient veel beter.”
Buiten de stad
Tweederde van de Brainportbevolking woont niet in Eindhoven en dat lijkt in de in- en externe wensenlijstjes wel eens onder te sneeuwen. Het geheel kan alleen functioneren als de samenhang klopt, benadrukt ook wethouder Marinus Biemans van Deurne. “Als ik hier in de trein stap sta ik 17 minuten later in het centrum van Eindhoven. Wie zo’n reistijd in Londen zou hebben, woont nog steeds in het centrum van die stad. Ik zal niet zeggen dat we daarmee een buitenwijk van Eindhoven zijn maar wel dat we in één daily urban system leven, dat alleen maar kan werken als alles goed op elkaar is afgestemd.”
Biemans weet het als geen ander: als het goed gaat met de stad, hebben De Peel en de Kempen daar ook de voordelen van. Maar omgekeerd geldt het net zozeer. “Het is dus prima als er veel geld gaat naar belangrijke ontwikkelingen zoals AI en ik snap dat die miljoenen dan vooral rond de grote technische centra in de stad vallen. Maar vergeet niet dat investeringen in bijvoorbeeld mobiliteit, onderwijs en cultuur buiten de stad minstens zo belangrijk zijn als erbinnen. En echt niet alleen voor de inwoners van Deurne, óók voor die van Eindhoven zelf. Nee, zelfs voor heel Nederland.”
Dat John Jorritsma als voorzitter van de Metropoolregio Eindhoven onlangs een pleidooi hield voor het belang van het platteland, deed Biemans goed. “Maar hij weet ook dat hij van mij continu de vraag zal blijven krijgen hoe dat dan zichtbaar wordt. Woningbouw, de Regionale Energie Strategie, mobiliteit, het zijn allemaal zaken waarvoor de stad haar omgeving hard nodig heeft. Het is belangrijk dat dat ook in die stad zo gevoeld wordt. je zag ze gelukkig ook terug in de Brainport Nationale Agenda. Als er iets van invloed is op het woon- en leefklimaat binnen Brainport, dan is dit het wel.”