Amsterdam © Pixabay
Author profile picture

De Nederlandse economie groeit dit jaar waarschijnlijk met 0,4 procent. Deze groei verschilt per sector en is naar verwachting het hoogst in de zorg en de informatie & communicatie, met daarbinnen vooral de ICT als sterke groeibranche. Raboresearch, die het onderzoek uitvoerde, verwacht juist krimp in de landbouw, vervoer en opslag, de industrie en vooral de bouw. Het zijn dus vooral de productiesectoren met een negatief vooruitzicht.

De sectorale groeiverschillen werken door in de verwachtingen voor de veertig Nederlandse regio’s, omdat de economische structuur tussen gebieden verschilt. Regio’s met een groot belang van sectoren die dit jaar groeien, kunnen profiteren. Terwijl gebieden waar de sectoren die krimpen relatief groot zijn daar mogelijk hinder van ondervinden. “En omdat de omvang van de industrie, de ICT en de specialistische zakelijke dienstverlening per regio sterk verschilt, verwachten we voor 2024 grotere regionale groeiverschillen dan gebruikelijk”, aldus het rapport.

Groot-Amsterdam groeit door, Brainport onzeker

Groot-Amsterdam is met bijna 2 procent de regio met de hoogste verwachte groei in 2024. De regio heeft bij uitstek een diensteneconomie, met veel ICT en specialistische zakelijke diensten. Denk aan de vele advocatenkantoren, adviesbureaus en notarissen. De regionale economie profiteert van de hoge groei in deze sectoren. Naast Groot-Amsterdam geldt dit ook voor Utrecht. De productiesectoren (landbouw, industrie en bouw) zijn hier juist relatief klein, waardoor het negatieve effect van de verwachte krimp in die sectoren in beide regio’s klein is.

Toch moet Groot-Amsterdam het nóg meer hebben van zijn bijzondere omstandigheden. Factoren als de vele kennis- en opleidingsinstellingen, het grote en goed opgeleide arbeidsaanbod, het uitgebreide voorzieningenaanbod en de internationale allure zorgen ervoor dat de regio sinds 2009 met gemiddeld 1,2 procentpunt per jaar harder groeit dan we op grond van de economische structuur zouden verwachten. Dit nemen we mee in onze verwachtingen voor dit jaar.

Grotere verwachte groeiverschillen in 2024

Grotere verwachte groeiverschillen in 2024
Bron: RaboResearch

Brainport Eindhoven is de enige regio die de hoge groei van Groot-Amsterdam in de afgelopen vijftien jaar kon bijbenen. En ook de Brainport dankt die hoge groei grotendeels aan de specifieke regionale omstandigheden, kort gezegd de hoge groei van ASML en de uitwerking daarvan op de rest van de regionale economie. In onze regionale prognoses van de afgelopen jaren gingen deze twee regio’s daarom meestal samen aan kop.

Ook voor dit jaar verwacht Raboresearch een relatief hoge groei in Zuidoost-Brabant. De regio ondervindt hinder van de verwachte krimp van de industrie, maar de afgelopen vijftien jaar wist Brainport zijn groeiverwachting op basis van de economische structuur meestal te ontstijgen. De hoge groei van ASML en de toeleveranciers van de chipmachinefabrikant hebben daar een groot aandeel in gehad. Maar dat juist ASML verwacht dat 2024 een overgangsjaar zal zijn zonder groei van de omzet maakt de prognose onzeker. Met de goedkeuring van de uitbreidingsplannen krijgt het bedrijf, en daarmee Brainport Eindhoven, echter ruimte voor verdere groei.

Verwachte krimp in half Nederland

Voor 19 van de 40 regio’s wordt een krimp verwacht in 2024. Veel van deze regio’s ondervinden hinder van de productiedaling in de industrie, met name Zuid-Limburg, de Achterhoek, Zeeuws-Vlaanderen, Delfzijl en omgeving, Zuidwest-Friesland en IJmond. In mindere mate speelt ook de krimp in de bouw deze regio’s parten. Ze huisvesten juist minder dienstverleners, waardoor ze ook minder profiteren van de groeiende markt voor ICT- en zakelijke diensten.

Daar komt bij dat de groei in veel van deze regio’s de afgelopen periode lager was dan de verwachting op basis van de economische structuur. Oftewel, de regionale omstandigheden zorgden ervoor dat de sectoren in die regio’s minder hard groeiden dan gemiddeld in Nederland. Vaak is de afstand tot kennis groter, starten minder mensen een nieuw bedrijf en is de arbeidsmarkt krapper door de vergrijzing en het vertrek van jongeren. De gevolgen daarvan voor de economische groei zien we in sterke mate in alle regio’s met een verwachte krimp van meer dan 0,5 procent.

Industrie is bepalend

Door een forse krimp van de industrie in het eerste kwartaal van dit jaar voorziet Raboresearch ook een krimp van de sector in heel 2024. Met een aandeel van 13 procent in de Nederlandse economie werkt dat sterk door in de bescheiden verwachte totale economische groei dit jaar. Het aandeel van de industrie verschilt echter sterk per regio, van slechts 2,5 procent in regio Den Haag tot maar liefst 31 procent in Zuidoost-Brabant. De Brainportregio is overigens niet alleen de regio met het grootste aandeel van de industrie, maar ook samen met Zuid-Limburg, de Kop van Noord-Holland en de Achterhoek een van de vier regio’s waarin dat aandeel sinds 1995 behoorlijk is gestegen.

Grote verschillen in (de ontwikkeling van) het aandeel van de industrie

Grote verschillen in (de ontwikkeling van) het aandeel van de industrie
Noot: het aandeel van de industrie is gebaseerd op de toegevoegde waarde van de sector, waarbij constante prijzen worden gehanteerd (prijsniveau 2015). Bron: CBS, bewerking RaboResearch

Doordat het aandeel van de industrie zo sterk verschilt binnen Nederland en voor deze sector een negatieve groei (-1,6 procent) verwacht wordt die sterk afwijkt van de totale economische groei (+0,4 procent), zijn de verwachte regionale groeiverschillen groter dan in eerdere prognoses. De meeste regio’s met een groot aandeel van de industrie zien hun economie in 2024 waarschijnlijk krimpen. Industriële regio’s die naar verwachting toch groeien, hebben dat te danken aan gunstige regionale factoren. Brainport Eindhoven is daarvan het meest sprekende voorbeeld, hoewel de groeiverwachting vanwege het grote belang en het aangekondigde overgangsjaar van ASML allerminst zeker is.

Groot aandeel van de industrie in regionale groeiverschillen

Groot aandeel van de industrie in regionale groeiverschillen
Bron: RaboResearch