Twee wetenschappers van de TU Eindhoven (TU/e) hebben de Ig Nobelprijs gekregen voor hun onderzoek naar hoe mensen zich in een massa bewegen. Hoogleraar Federico Toschi en universitair onderzoeker Alessandro Corbetta ontdekten onder meer dat mensen gemiddeld minimaal 75 centimeter afstand houden tot elkaar om botsingen te voorkomen.
Daarvoor observeerden de beiden zes maanden lang op perrons van het station Eindhoven 5 miljoen voetgangers. Ze ontdekten dat mensen gemiddeld minimaal 75 centimeter afstand houden van elkaar. Het blijkt dat voetgangers onbewust constant bezig zijn met het vermijden van botsingen met tegenliggers door hun looppad meters van tevoren te veranderen als een aanvaring dreigt.
De alternatieve Nobelprijzen zijn in het leven geroepen voor ‘prestaties die mensen eerst doen lachen, en dan doen nadenken’. De prijs, die sinds 1991 jaarlijks wordt uitgereikt, heeft een cultstatus onder wetenschappers. De Nederlands-Britse natuurkundige Andre Geim is de enige wetenschapper die voor zijn onderzoek zowel de Ig Nobelprijs wist te winnen, als de echte Nobelprijs voor de Natuurkundetien jaar later. Sinds de instelling van de prijs wonnen Nederlandse wetenschappers 15 keer deze onderscheiding.
Voorspellen
De Eindhovense onderzoekers ontwikkelden de onderzoekers met hun ‘big data’ een statistisch model dat voetgangersbewegingen zeer nauwkeurig kan voorspellen. Zo weet je vervolgens van tevoren hoeveel voetgangers zullen rennen, wandelen, ontwijken, omkeren of botsen in een afgebakend gebied, zoals een gang of tunnel.
Corbetta: “Tijdens het bouwen van ons model vonden we twee ‘sociale krachten’: een lange afstandskracht die gebaseerd is op zicht, en een korte afstandskracht om echte aanraking te voorkomen. Deze krachten zorgen ervoor dat mensen hun huidige looppad aanpassen om botsingen te voorkomen.”
Mensenmassa’s spreiden
“Ik droom ervan om uiteindelijk de dynamiek van dichte menigten te begrijpen”, legt Toschi uit. Er lijken namelijk, statistisch gezien, universele eigenschappen van voetgangersbewegingen in een menigte te bestaan, onafhankelijk van de meetlocatie.
Het herkennen van deze patronen kan in de toekomst namelijk essentieel zijn bij het voorspellen en uiteindelijk managen van de natuurlijke bewegingsroutes van voetgangers. Toschi: “Zo kunnen we plekken waar veel voetgangers samenkomen veiliger en efficiënter inrichten, gebaseerd op het natuurlijk loopgedrag van de mens. Denk aan musea, maar ook festivals. Hoe voorkomen we opstoppingen? Hoe kunnen we mensenmassa’s zo veel mogelijk over een gebied spreiden? We proberen als het ware het sociale systeem te manipuleren, maar wel met goede intenties.”
Ook interessant: Nobelprijswinnaar: “Jullie veranderen de toekomst”