Het lijkt alsof wereldleiders op de klimaattop in Glasgow beter hun best doen te luisteren naar jongeren. Zo bemachtigde de Jonge Klimaatbeweging voor het eerst een accreditatie voor de zogenaamde Blue Zone, waar vooral politici, onderhandelaars en lobby-organisaties rondlopen. Hier willen ze ‘de status quo uitdagen en onderhandelaars scherp houden’. Ook Kobe Schoofs, bestuurder van Sail for the Future, dat jongeren op een zeilboot laat samenwerken met bedrijven aan duurzaamheidsvraagstukken, vertelde in Glasgow hoe belangrijk de inbreng van jonge mensen in het klimaatdebat is.
Ook in Nederland nodigde demissionair premier Mark Rutte bezorgde jongeren uit om te praten over het klimaat. Het levert leuke beelden op, maar in hoeverre wordt er echt naar ze geluisterd? Schoofs, in het dagelijks leven werkzaam als duurzaamheidsconsultant bij een bureau in Brussel, denkt lang na voor hij antwoord geeft op de vraag. Het is volgens hem een evenwichtsoefening. “Wat je ter plekke merkt is dat de overheden die druk vanuit de jongere generatie voelen. De boodschap dat het anders moet, komt zeker aan. Tegelijkertijd is er weinig geformaliseerd. Jongeren mogen wel meepraten maar hun invloed is (nog) beperkt. Terwijl politici zich graag laten fotograferen met jongeren of met ze in gesprek gaan. Gebeurt hier iets mee of is het alleen goed voor het imago van politici? Dat leidt soms tot frustratie bij jongeren.”
Meer inspraak voor jongeren via politiek en bedrijven
Toch is hij blij dat jongeren – hoe beperkt ook – meer inspraak krijgen bij de politiek op klimaatcongressen. De volgende stap is dat hier meer regels voor worden opgesteld. Ook voor bedrijven, want daar is volgens Schoofs de input van jongeren nog veel minder. “Waarom zouden de werknemers en consumenten van de toekomst niet mee kunnen denken over de toekomst van een bedrijf? Je hebt natuurlijk wel bedrijven die jongerenverenigingen hebben of iets doen voor young professionals, maar de input in het bedrijfsbeleid is nog veel te gering. Het is interessant om te kijken hoe we jongeren systematisch kunnen laten bijdragen aan het beleid bij bedrijven.”
Volgens Schoofs is de tijd er rijp voor. Steeds meer bedrijven zijn hun business model aan het herdenken. Binnen tien jaar is volgens hem het economisch bestel veranderd. “Je ziet nu dat mensen anders denken over consumeren, ze worden veel bewuster. Ook bedrijven staan veel meer stil bij de gevolgen van productie. Bedrijven willen het anders doen, ze willen een positieve impact maken. Een goed voorbeeld hiervan is Tony’s Chocolonely dat de keten transparanter wil maken om kinderarbeid uit te bannen. Ze willen eerlijke chocolade. Veel bedrijven experimenteren hiermee, want wat betekent dit voor hun product? Zo verkoopt Signify niet langer lampen, maar biedt licht als service aan. Daarmee wordt de essentie van hun business anders.
Sail for the future ‘Zeilboot ideale omgeving om samen te innoveren’
Oorspronkelijk zou Sail for the Future met een groep jongeren en vertegenwoordigers van bedrijven richting Glasgow zeilen. Al zeilend zouden ze samenwerken aan ideeën om een duurzaamheidsvraagstuk van een bedrijf op te lossen. Maar het weer gooide roet in het eten, de Noordzee was te gevaarlijk en de tocht werd afgeblazen. Wel werd er vanuit Nederland aan oplossingen gewerkt die deelnemers in een live-verbinding met Glasgow mochten presenteren.
Eerder werd de klimaattop in Glasgow vanwege corona al uitgesteld. Schoofs: “Toen hebben we besloten: je hebt geen klimaattop nodig om in actie te schieten.” Samen met studenten van het ROC van Amsterdam-Flevoland en Aeres Hogeschool Almere en jonge starters van bouwbedrijven Antea Group en Van Wijnen zeilden ze afgelopen september naar Terschelling. Onderweg bedachten de studenten o.a. een competitieve app om werknemers van de bedrijven duurzamer te laten werken.
Jongeren mogen plannen ook uitvoeren bij bedrijf
Schoofs: “Op een zeilboot is iedereen gelijk. Het maakt niet uit of je 16 of 80, student of CEO bent. Iedereen moet zijn steentje bijdragen. Het is een inspirerende omgeving en haalt de hiërarchie van een boardroom weg. Je bent eerst aan het brainstormen met verschillende mensen. Later draai je een zeilshift en kun je die ideeën verder bespreken terwijl je bijvoorbeeld bezig bent met de mast. Het is een hele andere setting. Wij geloven dat zeilen de ideale manier is om samen tot innovatie te komen.”
Het volgende innovatieprogramma van Sail for the Future staat gepland voor volgend jaar in de lente. Het idee is om de jongeren na de zeiltocht te betrekken bij het uitvoeren van hun plannen bij bedrijven. “Hoe dit er precies uitziet, geven we de komende tijd vorm. Maar het is voor de jongeren leerzaam als ze hun plannen ook daadwerkelijk kunnen uitvoeren. Hiervoor trekken we zo’n 6 maanden uit, dan vindt ook de volgende klimaattop in Egypte plaats. Een mooi moment om de resultaten te presenteren.”
Pamperen of gelijkwaardig behandelen?
“Dus waarom laten deze bedrijven mensen tussen de 16 en 25 jaar niet nu al meedenken?”, gaat Schoofs verder. “Het is enerzijds een kans voor jongeren zelf, maar anderzijds ook voor de bedrijven. De jongeren van nu zijn de klanten en werknemers van morgen. Door nu al die interactie aan te gaan, kun je samen bedrijven heruitvinden. Hiermee vergroot je de kans dat klanten en werknemers van de toekomst hier ook achter staan. Maar deze interactie moet dan wel van gelijkwaardige aard zijn. Ik geloof heel stellig dat als je jongeren pampert ze ook jong zullen blijven. Maar als je ze gelijkwaardig behandelt en stimuleert over hun toekomst na te denken dan komen ze met waardevolle ideeën.”
Maar met alleen praten verandert er nog niets voor het klimaat. Het is een veelgehoord geluid onder jongerenorganisaties. ‘No more bla bla bla”, zoals Greta Thunberg het onlangs nog verwoordde. Hoe denkt Schoofs hierover? “Hier sta ik voor een groot deel achter. We praten ondertussen al bijna dertig jaar over klimaatbeleid. Maar we zijn op een punt beland waar actie nodig is. We kunnen niet langer afwachten. Dus ja, er moet meer actie en doortastender beleid komen. Maar ook de dialoog die plaatsvindt op zo’n klimaatcongres heeft een belangrijke waarde. Het brengt de wereld samen. De dialoog tussen zowel grote landen en kleine eilandstaten als de Marshall Eilanden, die nu al met de gevolgen van klimaatverandering te maken hebben, is heel belangrijk. Iedereen moet zich gehoord voelen en achter afspraken staan, dan pas kan klimaatbeleid straks globaal succesvol zijn.”
Afspraken te vrijblijvend
Afspraken zijn vaak te vrijblijvend, individuele landen mogen zelf regels bepalen die bijdragen aan een minder snelle opwarming van de aarde, volgens Schoofs. “Het VN-milieuprogramma UNEP heeft al die individuele regels doorgerekend voor de klimaattop en kwam tot de conclusie dat met de huidige maatregelen de opwarming uitkomt op 2,7 graden. Dat is echt veel te hoog. Het is heel erg goed dat de ambities nu worden aangescherpt tijdens de top. Zo zijn er al afspraken gemaakt tegen ontbossing, minder methaan uitstoot en geen investeringen meer in buitenlandse fossiele projecten. Maar het zijn beloftes. De afspraken zijn vaak niet bindend en de VN kan geen sancties opleggen, consequenties ontbreken. Dat maakt het ingewikkeld, maar tegelijkertijd zijn mensen er klaar mee en willen verandering.”
Lees ook: Hoe jonge ondernemers niet langer op klimaatbeleid wachten maar zelf in actie komen