Zoals bij elke innovatieve ontwikkeling zijn de meningen over de krachtigste offshore windturbine in de wereld, Haliade-X 12 Megawatt verdeeld. De kwalificaties gaan van ‘ontwerpen, bouwen en testen is op zich een uitdaging’ tot ‘de kosten per kWh zouden verdubbelen als we geen innovaties zouden toepassen’. Anderen vinden ‘het een mooi symbool voor de Rotterdamse haven, maar die megagrote windmolen moet wel op zee geplaatst worden’.
Dat zal voorlopig niet gebeuren. In de komende vijf jaar wordt het voor het samenwerkingsverband van GE, LM Wind Power, en ECN.TNO een uitdaging de grootste energiekrachtpatser Haliade-X op het SIF fabrieksterrein op de Maasvlakte te bouwen en te testen op zijn hoge capaciteit van 12 Megawatt. Met een hoogte van 260 meter, een rotoromvang van 220 meter en een 107 meter lang molenblad is de molen straks de grootste ter wereld. De Maasvlakte is ideaal als testlocatie omdat hier door de ligging vrijwel dezelfde omstandigheden gelden als op zee. Constructeurs en technici de molens kunnen de molens toch over land bereiken.
Doelmatigste offshore windturbine
Behalve de grootste moet de Haliade-X ook de doelmatigste offshore windturbine op de wereldzeeën worden. De turbine zou tot 16.000 huishoudens van stroom kunnen voorzien.
De windmolengigant zal met 63 procent vijf tot zeven punten boven de reguliere industriestandaard scoren. Dat belooft per punt ruim 6,3 miljoen euro extra aan inkomsten voor de klanten op te leveren tijdens de levensduur van een offshore windpark. Die is voor nieuwe windturbines ruim 25 jaar. De productiekosten zouden, afhankelijk van het soort turbine, binnen 3 tot 6 maanden zijn terugverdiend.
De kosten zijn maar een van de aspecten die de 50 experts in het samenwerkingsverband voor Haliade-X hebben onderzocht. ECN.TNO Senior Business Developer dr. Peter Eecen meldt over het rendement: “Als de afmeting van een turbine verdubbeld is, wordt het rotorgedeelte vier keer groter en kan het vier keer meer energie genereren. Het betekent wel dat lineaire schalering een acht keer grotere massa creëert. Dat zou tot dubbele kosten per kWh leiden, als er geen innovaties worden meegenomen in het hele proces.”
De omvang van de turbine speelt minder bij de aanleg van de fundering; daarnaast zijn er voordelen te behalen op het gebied van de operationele werking en het onderhoud.
Stroomkabels flinke kostenpost
De groep onderzoekers keek in de afgelopen jaren intussen verder door mogelijke barrières in kaart te brengen voor de ontwikkeling van windturbines met een vermogen van 20 Megawatt. Het onderzoek van AVATAR voor bij de 12 MW grote turbine passende rotors en verbetering van de ontwerpinstrumenten voor de aerodynamica hebben bijgedragen aan de ontwikkeling van ’s werelds grootste windturbine. Vooralsnog blijft de aanleg van de bijbehorende stroomkabels naar het grid op het vaste land nog een flinke kostenpost; zeker nu de overheid de aanleg van windparken niet meer subsidieert. Boskalis heeft alvast kostenvoorzieningen van ruim € 100 miljoen getroffen voor de divisie die dat aannemerswerk doet.