© Pixabay
Author profile picture

In de wekelijkse rubriek Follow-up geven we een vervolg aan onze best gelezen verhalen.  Deze week was dat de column van Jan Wouters waarin hij veelbelovende ontwikkelingen in de automotive industrie bespreekt. Maar welke invloed heeft corona op deze ontwikkelingen? Gaat onze mobiliteit er anders uitzien? Of sluiten we straks weer braaf achteraan in de file op weg naar kantoor?

Pieter Rahusen, business developer en verantwoordelijk voor de acquisitie op de Automotive Campus in Helmond, hoopt dat die tijd voorbij is. “Mensen zijn anders gaan denken in de afgelopen drie maanden. Wat eerst voor onmogelijk werd gehouden, gebeurt nu gewoon. Kijk hiervoor maar naar het onderwijs. Bijna alles is omgezet naar digitaal. Dat is wennen en vergt aanpassingsvermogen.  Ook in andere bedrijfstakken die vooraf sceptisch waren, zien dat ze hun werk nog net zo efficiënt kunnen doen als voor deze situatie.”

Volgens Rahusen leidt dit ertoe dat zo’n 20 tot 30 procent van de werkenden ook na corona vaker vanuit huis wil blijven werken. “Dit heeft invloed op hoe we mobiliteit gaan indelen. Het zou een oplossing voor het fileprobleem kunnen zijn.” Rahusen legt uit dat dit niet vanzelf gaat en pleit voor een systeem waarin mensen financieel gestimuleerd worden om op drukke momenten van de dag de auto te laten staan.

“We weten en meten ontzettend veel over vervoersbewegingen en drukte op de weg. Dit soort data zijn de nieuwe brandstof voor de automotive industrie. Hiermee kun je adviezen en afspraken maken om het wegennetwerk flexibeler te gebruiken. Voor corona was het helemaal niet gek om drie uur in de auto te zitten voor een gesprek van een uur. Nu we hebben gezien dat een groot gedeelte van meetings ook telefonisch of via Zoom kan, moeten we ons afvragen of we wel terug willen naar die oude situatie.”

Slimmer en duurzamer

Hoe cru het ook klinkt, de coronacrisis heeft ons ook positieve dingen geleerd. Rahusen: “Door niet in de file te staan zijn mensen minder gestresst, houden meer tijd over en beperken een groot deel van de uitstoot. We worden als maatschappij nu met onze neus op de feiten gedrukt over de impact op het milieu. In Venetië zijn de rivieren weer helder bijvoorbeeld. Je hoeft geen wiskunde gestudeerd te hebben om te snappen dat het een goed idee is om het vliegverkeer aan banden te leggen. Deze crisis leert ons dat we op een slimmere en vooral duurzamere manier met mobiliteit om moeten gaan.”

Hierin moet het kantoor dienen als een ontmoetingsplek, waar mensen naartoe komen om bijvoorbeeld te brainstormen over nieuwe projecten. “De hele dag tegen je collega op het scherm praten, werkt ook niet. Soms moet je elkaar gewoon in het echt zien. Kantoren worden in de toekomst meer hotspots om elkaar op een veilige manier te ontmoeten. Dat is waar de Brainportregio traditioneel al erg sterk in is met het campusdenken.  Hier komen bedrijven, kennisinstellingen, opleidingsinstituten en overheid bij elkaar. Op de Automotive Campus zijn dat partijen die schoner en slimmer vervoer nastreven.”

Minder files en lege treinen

Voor de coronacrisis werd aangenomen dat veel verkeer, vervoer en mobiliteit hand in hand gaan met een goedlopende en groeiende economie. Tegelijkertijd heeft dit geleid tot maatschappelijke kosten van vertragingen door files en volle treinen. Volgens Marcel Michon, managing partner van Buck Consultants International uit Nijmegen moeten we nu de economie weer langzaam op gang komt, zoeken naar een mobiliteitssysteem dat de economie niet hindert, maar wel op een slimme en gedoseerde manier met vervoer omgaat. “Corona heeft ons wakker geschud. Voor de economie is het natuurlijk een ramp, heel veel sectoren worden direct in hun portemonnee geraakt. Maar kijk je naar de effecten op mobiliteit dan heeft corona de druk flink verlicht. Treinen zitten minder vol en files zijn nagenoeg verdwenen. Het is van nationaal belang om dit na corona ook zo te houden. De grote vraag is natuurlijk hoe we dat voor elkaar gaan krijgen.”

Dit kan volgens Michon op allerlei manieren, waarvan een deel ook al voor de coronacrisis in beeld was. Zelf is hij lid van de expertgroep Smart Entry to Cities, waar verschillende bedrijven, kennisinstellingen en overheden samenkomen om te werken aan mobiliteitsvraagstukken. “Neem Mobility as a Service (MaaS), waar in veel verschillende schakeringen al wordt gewerkt aan het ontlasten van het mobiliteitsnetwerk. Door corona is dit proces in een versnelling terecht gekomen. Het heeft meer belang gekregen: bedrijven, organisaties en werknemers hadden er last van. Met het Connekt netwerk zoeken we naar oplossingen, maar hoe het er na corona precies uit zal zien, is nog lastig te zeggen.”

Set aan maatregelen

Zo zijn verschillende grote bedrijven bezig met een thuiswerkstrategie. Michon: “Meer op afstand werken gaat een deel van ons nieuwe bestaan worden. Bedrijven kunnen afspreken dat het merendeel van de vergaderingen – waar het niet perse nodig is dat je elkaar kunt aankijken – voortaan digitaal verloopt. Een aantal organisaties  overweegt alleen nog maar in het begin van de middag fysiek te vergaderen. Het is goed als bedrijven in kaart brengen hoe hun vervoersstromen – goederen, personen en bezoekers – lopen. Hiermee kunnen ze via een set aan maatregelen zaken verbeteren. Bijvoorbeeld met telewerken, car-sharing, openbaar vervoer of werknemers flexibel naar kantoor laten komen. Door het huidige patroon in kaart te brengen, kun je ook gericht maatregelen toepassen.”

Maar de effectiviteit van deze maatregelen moet je vooraf goed testen. “In een transitie moet je altijd dingen uitproberen. Iets en masse invoeren heeft geen zin als dat niet breed wordt gedragen. Daarom is het zo belangrijk om goede pilots op te zetten rond haalbare nieuwe businesscase.”