Terwijl gevolgen van klimaatverandering steeds duidelijker worden, is de mode-industrie is de afgelopen vijf jaar alleen maar nóg verslaafder geraakt aan synthetische vezels. Dat blijkt uit het rapport ‘Synthetics Anonymous 2.0: Fashion’s persistent plastic problem’ dat het onderzoeksbureau Changing Markets onlangs publiceerde. Modegigant H&M is het eens met dit statement. “De industrie moet radicaal overstappen op een duurzamere productie”, aldus een woordvoerder.
Maar, in de praktijk blijkt dat nog verre van de realiteit. De focus van het duurzaamheidsrapport ligt op het gebruik van vezels met fossiele brandstoffen als grondstof. Op dit moment bestaat twee derde van al het textiel uit synthetische vezels. De meeste synthetische stoffen zijn niet recyclebaar en worden vaak gebruikt in complexe textielmengsels die circulariteit onmogelijk maken.
Weinig transparant
Modebedrijven zijn voor het maken van hun kleding dus sterk afhankelijk van fossiele brandstoffen, zoals olie. Changing Markets constateert dat veel merken niet transparant zijn over de toeleveringsketens van synthetische olie. 55 globale modemerken kregen een enquête toegestuurd. 31 bedrijven reageerden op de enquête. De overige 22 merken gaven weinig tot geen transparantie over het gebruik en de herkomst van synthetische fibers en belandden in de Red Zone-categorie.
Van de 31 bedrijven die wél reageerden, verstrekten er 27 onvoldoende details over leveranciers van synthetisch textiel. Hieronder vielen onder andere sportmerk Puma en luxemerken Burberry, Gucci en Balenciaga.
Textile-to-textile technologie
Daarnaast investeren weinig bedrijven in recyclingtechnologieën van textiel. Dat is complex, want textiel bestaat vaak uit twee of meer vezelmaterialen, zoals katoen en polyester. De combinatie van verschillende vezels geeft textiel betere toepassingsmogelijkheden. Het probleem met gemengde textielproducten is dat ze moeilijk te scheiden zijn bij recycling.
Met 3,7 miljoen euro investeerde H&M Group in 2021 het meest in textile-to-textile technologie. Dat geld ging naar recyclingbedrijven als Ambercycle, Infinited Fiber en Re:newcell.
Een woordvoerder van H&M Group liet aan Innovation Origins weten in 2030 uitsluitend gerecyclede of andere duurzame materialen voor haar producten te willen gebruiken. “Twintig procent van ons materiaalgebruik bestaat uit polyester, waarvan driekwart gerecycled polyester. We zijn het eens met het rapport: de industrie moet radicaal overschakelen op het gebruik van duurzamere materialen en meer duurzame praktijken. Daarbij hoort natuurlijk een grotere transparantie van de toeleveringsketen in de hele waardeketen.”
H&M werkt daarom samen met het Nederlandse bedrijf TextileGenesis. Dit bedrijf ontwikkelt software voor het traceren van duurzame materialen. Zo kunnen modemerken en textielproducenten de herkomst van hun textiel in kaart brengen en de toeleveringsketen transparanter maken.
Het streven naar transparantie is opvallend, want H&M Group heeft niet bekend gemaakt hoeveel volume synthetische stoffen het in 2021 gebruikt heeft. Hieruit blijkt dus juist dat “het bedrijf terughoudend is om transparant te zijn over de omvang van de inkoop van deze materialen”, aldus het rapport.
Duurzaamheidsstrategie afhankelijk van flessen
In totaal hebben 45 van de 55 merken (81 procent) doelstellingen vastgesteld om hun gerecyclede synthetische inhoud, met name polyester, te verhogen.
Dit geldt onder andere voor sportmerk Puma. Op dit moment bestaat 43 procent van hun kleding uit gerecycled polyester, in 2025 moet dat 75 procent zijn. Het gerecyclede polyester is voornamelijk afkomstig is van PET-flessen, aldus Robert Bartunek, hoofd bedrijfscommunicatie bij Puma. “We hebben daarnaast ook een circulariteitsproject gelanceerd: PUMA RE:JERSEY. Hierbij experimenteren we met het recyclen van kledingstukken.”
‘Valse oplossing’
Het rapport is kritisch op het recyclen van PET-flessen en noemt het een “valse oplossing”. Het maakt de sector afhankelijk van restproducten van andere industrieën, modebedrijven recyclen geen afval uit hun eigen sector terwijl dat juist hard nodig is. “Merken verhullen het gebruik van synthetische vezels onder het mom van toezeggingen om het aandeel ‘duurzame’ materialen, zoals polyester en nylon, te vergroten”, aldus het rapport.
Gelukkig is er ook een bedrijf dat met kop en schouders boven de rest uitsteekt. Modemerk Reformation werd als enige als Frontrunner gecategoriseerd. Het bedrijf wil in 2025 het gebruik van synthetische stoffen reduceren tot één procent, is transparant over toeleveranciers en investeert in recyclingtechnologieën voor textiel.