Na de totale invasie van Rusland in Oekraïne schoten de prijzen voor elektriciteit en aardgas omhoog, maar inmiddels zijn ze aan het dalen. De cijfers van Eurostat laten een grote ongelijkheid tussen energieprijzen in Europese landen zien.
De stijging van de energieprijzen heeft een grote impact op de huishoudens. Sommige landen hebben steunmaatregelen voor de huishoudens bevroren, wat heeft geleid tot hogere consumentenprijzen. Maar de gevolgen zijn niet overal hetzelfde. Hoewel de energievoorzieningstekorten in heel Europa worden gevoeld, varieert de impact op de elektriciteitsprijs van elk land.
- In de eerste helft van 2023 stegen gemiddelde huishoudelijke elektriciteitsprijzen in de EU van €25,3 naar €28,9 per 100 kWh in vergelijking met dezelfde periode in 2022.
- De gemiddelde aardgasprijzen stegen van €8,6 naar €11,9 per 100 kWh in dezelfde periode, de hoogste prijzen ooit geregistreerd door Eurostat.
- België, Roemenië en Duitsland hadden de hoogste elektriciteitsprijzen vóór belastingen in de EU, terwijl Nederland de hoogste elektriciteits- en gasprijzen had.
De achtergrond van de prijsstijgingen
Naast de geopolitieke factoren zijn er ook andere redenen voor de prijsstijgingen. De wereldwijde energiecrisis en de toename van de vraag in het post-pandemische economische herstel hebben bijgedragen aan de stijging van de energieprijzen. Ook de stijging van de prijzen van aardgas en steenkool, en een daling van de productie van hernieuwbare energie door lage windsnelheden en droogte hebben een rol gespeeld.
Hoe de diverse energiemix tot prijsverschillen leidt
In de eerste helft van 2023 stegen de gemiddelde huishoudelijke elektriciteitsprijzen in de EU van €25,3 naar €28,9 per 100 kWh in vergelijking met dezelfde periode in 2022. De gemiddelde aardgasprijzen stegen van €8,6 naar €11,9 per 100 kWh in dezelfde periode, de hoogste prijzen ooit geregistreerd door Eurostat.
Nederland had de hoogste elektriciteits- en gasprijzen in de EU. De aardgasprijzen stegen met meer dan honderd procent in verschillende landen, waaronder Letland, Roemenië en Oostenrijk. De energiemix van elk land speelt een cruciale rol in de energieprijzen. Zo waren de elektriciteitsprijzen in Frankrijk aanzienlijk lager (€23,2 per 100 kWh) door het grote aandeel aan kernenergie. Turkije, een kandidaat-lidstaat van de EU, had de laagste elektriciteitsprijzen (€8,4 per 100 kWh).
In Zweden, waar waterkracht en kernenergie een groot deel van de elektriciteitsproductie uitmaken, was de prijsstijging minder uitgesproken. Daarentegen registreerde Italië, de grootste netto-importeur van elektriciteit in de EU, de hoogste prijs in de regio en overtrof in augustus 2022 zelfs 540 euro per megawattuur.
De toekomst van de energieprijzen in Europa
De prijzen van elektriciteit en aardgas zijn nu aan het dalen, maar ze liggen nog steeds hoger dan in de tweede helft van 2022. De energiemarkt blijft echter onvoorspelbaar. De geopolitieke spanningen en de wereldwijde energiecrisis kunnen verdere prijsschommelingen veroorzaken. Bovendien zal de transitie naar hernieuwbare energiebronnen, die nodig is om de klimaatverandering te bestrijden, ook invloed hebben op de energieprijzen.