Techcafé Mikrocentrum DSPE
Author profile picture

In het grensgebied van Zuid-Limburg staat een wetenschappelijk project op de drempel van een doorbraak. De Einstein Telescoop, een hypergevoelige detector voor zwaartekrachtgolven, wordt gepland op een diepte van 250 tot 300 meter onder de grond. Het apparaat is vernoemd naar de theoretische fysicus Albert Einstein, wiens algemene relativiteitstheorie de fundamentele basis vormt voor het meten van zwaartekrachtgolven. Deze revolutionaire zwaartekrachtgolfdetector belooft de geheimen van het universum verder bloot te leggen dan ooit tevoren. Het project is veelbelovend, maar brengt ook technologische en politieke uitdagingen met zich mee.

Luister hier naar het volledige gesprek

Tijdens het Techcafé op 12 september discussieerden experts over de technische en praktische aspecten van dit project, waarbij Nederland, België en Duitsland gezamenlijk de Einstein Telescoop naar de regio willen halen. Edwin de Zeeuw (Mikrocentrum) leidde het gesprek met Jesse van Dongen (Mechanical Engineer bij Nikhef), Freek Molkenboer (Senior Systems Engineer bij TNO), Wout Broere (Professor bij TU Delft), Ton Peijnenburg (Deputy General Manager bij VDL Enabling Technologies), en Karin van Dalen (Business Development Manager bij LIOF en BOM).

Een telescoop die verder kijkt dan licht

De Einstein Telescoop onderscheidt zich van conventionele telescopen door niet te werken met licht, maar met zwaartekrachtgolven. Deze golven worden opgewekt door catastrofale gebeurtenissen zoals de botsing van zwarte gaten of neutronensterren. De telescoop, die bestaat uit drie ondergrondse tunnels van elk 10 kilometer lang, zal in staat zijn om deze kosmische rimpelingen in de ruimtetijd te detecteren met een precisie die duizend keer groter is dan de huidige technologieën.

Volgens Jesse van Dongen van Nikhef biedt de telescoop een blik verder terug in de tijd dan wat momenteel mogelijk is. “Met huidige telescopen kunnen we slechts het licht van het vroege universum zien. De Einstein Telescoop stelt ons in staat om voorbij het licht te kijken, diep in de tijd van het universum toen zwaartekrachtgolven ontstonden.”

Technologische uitdagingen

De bouw van de Einstein Telescoop onder het drielandenpunt brengt enorme technologische uitdagingen met zich mee. De detector moet uitzonderlijk gevoelig zijn, en dat vereist een omgeving die zo vrij mogelijk is van externe trillingen en andere verstoringen. Het Zuid-Limburgse gebied biedt hiervoor geschikte harde rotslagen, maar het blijft een complexe onderneming.

Wout Broere, professor bij TU Delft en specialist in ondergrondse ruimte, sprak over de technische kant van het project: “We moeten tunnels boren door rotsformaties die we nog nauwelijks onderzocht hebben. De nauwkeurigheid van de tunnels is cruciaal voor de prestaties van de telescoop. Een rechte tunnel van 10 kilometer klinkt eenvoudig, maar het vereist geavanceerde technologie om de structuren perfect uit te lijnen.”

Een vakgebied van pioniers

Naast de technologische vooruitgang biedt de Einstein Telescoop ook kansen voor lokale bedrijven en wetenschappelijke instellingen. Ton Peijnenburg van VDL Enabling Technologies wees erop dat dit project parallellen vertoont met andere hightech projecten. “De vacuümtechnologie die nodig is voor de Einstein Telescoop vraagt om een precisie die verder gaat dan wat we nu kennen in de industrie. Dit biedt ons de kans om nieuwe technologieën te ontwikkelen die ook elders toepasbaar zijn, zoals in de halfgeleiderindustrie.”

Freek Molkenboer van TNO, die verantwoordelijk is voor het vacuümsysteem, benadrukte dat dit een van de grootste uitdagingen is. “De Einstein Telescoop zal het grootste vacuümsysteem op aarde hebben. De eisen aan de luchtdruk in de tunnels zijn vergelijkbaar met die van ruimtesystemen. De kleinste verontreiniging kan de metingen verstoren, dus we moeten uiterst voorzichtig zijn met het ontwerp en de bouw.”

Samenwerking op politiek en industrieel niveau

Karin van Dalen, business development manager bij LIOF en BOM, benadrukte de noodzaak van samenwerking tussen de verschillende landen en instanties. “Nederland, België en Duitsland werken nauw samen om dit project mogelijk te maken. Het is niet alleen een wetenschappelijk project, maar ook een kans voor de industrie. Nieuwe technologieën die hier ontwikkeld worden, kunnen hun weg vinden naar andere sectoren, zoals de halfgeleider- en ruimtevaartindustrie.”

Van Dalen benadrukte ook het belang van politieke samenwerking en financiering. Het project wordt ondersteund door het Nationaal Groeifonds, dat al een reservering van 870 miljoen euro heeft gemaakt. Daarnaast wordt verwacht dat de betrokken landen, waaronder België en Duitsland, ook hun bijdrage leveren. “Dit project is een kans om als regio een technologische voorsprong te nemen en tegelijkertijd bij te dragen aan fundamenteel wetenschappelijk onderzoek,” aldus Van Dalen.

Politieke beslissingen

Hoewel Nederland, België en Duitsland momenteel samenwerken om de Einstein Telescoop naar Limburg te halen, blijft de concurrentie met Italië groot. Dat land heeft een bid uitgebracht om de telescoop op Sardinië te bouwen. De definitieve beslissing wordt pas in 2027 verwacht, en de bouw zal naar schatting ongeveer tien jaar duren.

In de discussie werd ook het belang van politieke besluitvorming benadrukt. “Dit project vereist niet alleen technologische expertise, maar ook sterke politieke samenwerking,” aldus Peijnenburg. “Als de betrokken landen niet de nodige financiering en ondersteuning bieden, kan het zijn dat het project naar Italië gaat. Maar we hebben hier in Nederland een unieke kans om een cruciale rol te spelen in het toekomstige wetenschappelijke landschap.”

Samenwerking

Dit artikel is gemaakt in een samenwerking tussen Mikrocentrum en onze redactie. Innovation Origins is een onafhankelijk journalistiek platform dat zijn partners zorgvuldig uitkiest en uitsluitend samenwerkt met bedrijven en instellingen die achter onze missie staan: het verhaal van innovatie verspreiden. Op die manier kunnen wij onze lezers waardevolle verhalen aanbieden die volgens journalistieke richtlijnen tot stand zijn gekomen. Wil je meer weten over hoe Innovation Origins samenwerkt met andere bedrijven? Klik dan hier