Eindhoven, het Italiaanse Genua en de Finse stad Tampere zijn benoemd tot demonstratiestad voor experimenten van een groot leefbaarheidsonderzoek dat wordt uitgevoerd door het klimaatlab van de Europese Commissie, UNaLab. Dat blijkt uit een deze week gepubliceerd bericht op de website van de Europese Commissie. Daarbij meet het lab de resultaten van allerlei verschillende natuurlijke methodes om de steden bestendig te maken tegen overvloedige regenval, extreme warmte en droogte tijdens de zomers en luchtvervuiling door de uitstoot van industrie en gemotoriseerd verkeer. De eerste resultaten worden volgend jaar al gepresenteerd.
De oplossingen waarmee de drie steden experimenteren zijn allemaal gebaseerd op natuurlijke, biologische processen, zoals het zuiveren van lucht door de beplanting van daken en muren en de aanplant van verschillende soorten bloemen en bomen in de stad. Dat zou de biodiversiteit en het leefklimaat in de stad ten goede moeten komen. Andere toepassingen binnen het onderzoek van de Europese Commissie zijn het zuiveren van de lucht door de aanleg van regentuinen in parkeergarages en verticale tuinen op gebouwen, die extreme regenval moeten gaan opvangen.
Experimenten met planten
Op dit moment rolt UNaLab een serie experimenten uit in Eindhoven, Genua en Tampere, die worden betaald uit het huidige investeringsfonds van de EU voor innovatie, Horizon 2020. “We hopen daarmee te bewijzen dat het mogelijk is om het klimaat in de steden te verbeteren door gebruik te maken van de natuur”, zegt dr. Laura Wendling, die directeur is van het Finse laboratorium dat betrokken is bij het Europese onderzoek. Wendling cöordineert ook het onderzoeksprogramma van UNaLab. Eén van de oplossingen die de samenwerkende steden bedacht hebben is de aanleg van een fietspad door groene gebieden in de stad. Daardoor ademen fietsers schonere lucht in dan als ze over de drukste verkeersaders zouden rijden. Ander experiment betreft het plaatsen van algen in vijvers en plassen in de steden. Die moeten het water op natuurlijke wijze gaan zuiveren van afvalstoffen zoals nitraten.
De projectorganisatie van het Europese stadsklimaatonderzoek zal de impact van de verschillende experimenten gaan monitoren door te meten hoeveel de temperatuur in de stad zakt, hoeveel schoner het water en de lucht er worden en hoeveel overstromingen en watertekorten er voorkomen zijn. Dat gebeurt door het plaatsen van sensoren op bepaalde locaties die dit moeten kunnen registreren.
Druk op stedelijk klimaat neemt toe
Komende jaren wordt de noodzaak om het leefklimaat in steden te verbeteren alleen maar groter, volgens onderzoeksleidster Wendling. Op dit moment woont 70 procent van de Europese bevolking in een stad. In 2050 zal dat 80 procent zijn. De druk op de ruimte in steden neemt daardoor dus behoorlijk toe. Dat betekent volgens de Finse wetenschapster dat er dringend behoefte is aan betrouwbare informatie op basis waarvan de natuur een goede plek in de stad moet kunnen veroveren in plaats van dat deze eruit verdreven wordt. En die natuur mag ook nog eens een keer niet al te veel kosten. Want de bedoeling is wel dat de consumenten ervan deze kunnen betalen.
In de loop van 2020 presenteert UNaLab de eerste onderzoeksresultaten. Dan kunnen alle andere steden in Europa daar gebruik van maken door de beproefde methodes toe te passen in hun eigen gemeente. Ook steden buiten Europa hebben reeds belangstelling getoond, zoals het dichtbevolkte Chengdu in China, Quy Nhon in Vietnam en Medellin in Colombia, zo meldt UNaLab.