Ik kan er niet omheen wat te schrijven over de VW-tragedie die zich momenteel in Duitsland voltrekt. Even in het kort: VW zit in de touwen omdat de verkoop van zijn hoofdmerk is ingestort.
De Groenen geloven dat het komt omdat VW heeft gefaald met elektrische voertuigen en niet snel genoeg betaalbare elektrische auto’s heeft ontwikkeld.
De conservatieven denken dat het komt door het verbod van de EU op verbrandingsmotoren, omdat dit de economische basis van de Duitse auto-industrie volledig ondermijnt.
Beide partijen hebben waarschijnlijk gelijk en ongelijk. De Groenen lijken zich niet te realiseren dat andere onderdelen van de VW Group – namelijk Škoda en SEAT/Cupra – zeer succesvol zijn met elektrische mobiliteit.
De conservatieven lijken te vergeten dat VW nog steeds een rijk en gigantisch portfolio van verbrandingsmotoren heeft dat nauwelijks is veranderd als gevolg van elektromobiliteit. Het aandeel elektrische voertuigen in het portfolio is minder dan 8%.
Veel industrie-experts zien de echte reden hiervoor in de manier waarop VW als bedrijf is georganiseerd. Enerzijds is er het semi-staatkarakter (sleutelwoord VW-wet: de deelstaat Nedersaksen heeft een blokkeringsminderheid van 20% bij belangrijke beslissingen) en anderzijds de grote invloed van de vakbonden. Beide componenten hebben ervoor gezorgd dat het moedermerk behoorlijk inefficiënt produceert. Met andere woorden, er zijn bijna drie keer zoveel mensen nodig om een auto te bouwen als bijvoorbeeld Tesla. Dit vreet aan de return on investment, die vrij laag is.
Omdat hier op korte en middellange termijn nauwelijks iets in zal veranderen, zal staatssteun onvermijdelijk zijn, omdat VW zijn kernkiezers in Nedersaksen, van wie de meesten sociaaldemocratisch stemmen, niet wil verliezen.
O jee. Nu heb ik toch weer over de tragedie geschreven.
Terug naar het onderwerp
In augustus daalden de registraties van elektrische voertuigen met -68,8%, terwijl de verkoop van personenauto’s “slechts” daalde met -27,8%. Dit suggereert dat het momenteel heel slecht gaat met de markt voor elektrische voertuigen in Duitsland. Maar de grafiek is misleidend, want vorig jaar augustus was een uitschieter naar boven door het besluit van de regering, in het bijzonder minister van Economische Zaken Habeck, om de subsidies voor elektrische bedrijfsauto’s, huurauto’s en dergelijke vanaf september 2023 te verlagen. Als dit buiten de cijfers was gehouden, zou dit in het beste geval tot een kleiner verkoopverlies hebben geleid.
Elektrische autobedrijven onder druk
Autoproducenten die zich uitsluitend hebben gericht op elektromobiliteit, zoals Polestar, Smart, Tesla & Co, worstelen in feite met aanzienlijke dalingen die niet kunnen worden gecompenseerd door de verkoop van verbrandingsmotoren.
Paradoxaal genoeg zijn de huidige modellen voor het eerst echt concurrerend. Ze laden snel op, de oplaadinfrastructuur is beter dan zijn reputatie en dankzij steeds grotere accu’s neemt de actieradiusangst van hysterische traditionele autorijders snel af.
Elektrische auto’s uit het topsegment zijn nu niet duurder meer dan hun tegenhangers met verbrandingsmotor, zelfs niet in Duitsland.
De gewone auto’s hebben nog steeds luchtsuperioriteit
Toch zijn de zaken met elektrische auto’s moeilijker geworden, vooral in Duitsland. Aan de stamtafel van de vaste klanten, die de afgelopen jaren voorzichtiger waren geworden door het aanvankelijke succes van elektromobiliteit, heeft het gesprek over de superioriteit van verbrandingsmotoren het alweer gewonnen. Het verbod van de EU op verbrandingsmotoren wordt gezien als een gigantische vergissing en elektromobiliteit wordt afgedaan als een nichetechnologie die nauwelijks als duurzaam wordt beschouwd.
Dit is een typisch Duitse houding, aangezien de auto met verbrandingsmotor in Duitsland is “uitgevonden” en tot absolute topkwaliteit is ontwikkeld. Veel mensen willen deze voorsprong niet opgeven. Misschien terecht.
Wat ons terugbrengt bij VW
De Duitse automarkt is een speciale markt. De afwijzing van een snelheidslimiet op snelwegen is slechts één facet hiervan. Duitsers identificeren zich met hun auto-industrie en iedereen die deze industrie probeert te schaden krijgt te maken met harde tegenstand. Geen wonder, want de industrie biedt rechtstreeks werk aan 770.000 mensen.
VW heeft hierbinnen een speciale positie. Ooit was het bedrijf de grootste autofabrikant (groep) ter wereld en toonde het de superioriteit van de Duitse techniek. Dit is echter duidelijk aan het afnemen, nu digitalisering, elektrotechniek en batterijtechnologieën steeds belangrijker worden. Deze nieuwe eisen, die vooral belangrijk zijn in de grootste automarkt ter wereld, China, lijken echter nog steeds niet te zijn onderkend op de radar van de Duitsers.
Toch heeft elektromobiliteit in landen als China en Noorwegen bewezen dat het de toekomst is. Toegegeven, de randvoorwaarden zijn daar veel slimmer vastgesteld dan hier in Duitsland. En dat is het echte probleem; een goed onderwerp voor een volgende column.