Dutch Technology Festival als middel om de pijplijn van tech talent gevuld te houden

By Bart Brouwers

Dat de Brainportregio het iets beter doet dan de rest van het land als het gaat om de keuze voor technische opleidingen is geen reden om achterover te leunen. Het gebrek aan technisch talent is nog steeds een van de grootste uitdagingen voor de continuiteit van het succes van de regio. Vandaar ook dat de bedrijven die afhankelijk zijn van technisch geschoold personeel er alles aan doen om de trend te keren. 

De afgelopen tien jaar gebeurde dat onder meer met een jaarlijkse Dutch Technology Week. Voor de nieuwe editie van dit feest der techniek – gepland op 11 en van 15 tot en met 18 juni – zijn niet alleen enkele inhoudelijke wijzigingen doorgevoerd, maar is ook een nieuwe naam gekozen: Dutch Technology Festival. De rode draad blijft echter ongewijzigd: techniekpromotie. “Want dat is nog steeds hard nodig”, zegt Monique de Wit, die evenals afgelopen jaren met haar team de kar van het festival trekt. “Het grootste verschil in vergelijking met voorgaande jaren zit ‘m in de focus; waar we voorheen zo’n zestig events in die week hadden, op vele tientallen verschillende locaties, is het nu allemaal veel compacter en geconcentreerd op één plek: het Klokgebouw in Eindhoven.”

De succesnummers van afgelopen jaren blijven bestaan: de High Tech Ontdekkingsroute (als pre-event op zes hotspots in de Brainpotregio op 11 juni), Night of the Nerds, Quiz Night XL en Mission Tech gaan we ook dit jaar terugzien. “Dat zijn de paradepaardjes waarvan we zeker weten dat ze ook dit jaar weer op grote belangstelling kunnen rekenen. Maar daar bovenop komen we met een event dat minstens zo succesvol gaat worden: een dag vol gaming en e-sports. En dat is niet alleen omdat dat op zichzelf populair is, maar ook om te laten zien hoezeer de software die achter veel games zit ook binnen de high tech industrie wordt toegepast om als digital twins simulaties te maken van machines die in ontwikkeling zijn of al in het veld draaien. Met andere woorden: we kunnen op een speelse manier laten zien hoe gaaf het is om de technische vaardigheden op te bouwen die nodig zijn in deze sector.”

Tijdens het festival zal het Klokgebouw in alles plezier in technologie moeten gaan uitstralen. Naast de genoemde gaming en e-sports mogelijkheden zijn er experience areas waar iedereen naar hartelust kan spelen met technologie. Robots doen de bediening in de catering. Er is een Arena waar voortdurend interessante gesprekken plaatsvinden met studenten en ervaren vertegenwoordigers uit de tech-sector. Alles bedoeld om jonge mensen duidelijk te maken hoe gaaf het is om in de techsector te gaan werken, zegt Monique de Wit. “Er zijn volop mogelijkheden voor een relevante en interessante studie en een baan in de tech. Die boodschap staat dan ook centraal tijdens Dutch Tech Fest. Hier laten we festivalgangers zien en beleven dat technologie fun is en oplossingen biedt voor vraagstukken in belangrijke sectoren als de gezondheidszorg, mobiliteit en duurzame energie. Als je ziet dat je daar een bijdrage aan kunt leveren, kun je twee zaken gaan combineren: leuk en uitdagend werk én zinvolle resultaten.”

In een ideale wereld zouden vier op de tien kinderen een technische opleiding moeten kiezen, vult Lucas van Grinsven haar aan. “Daarmee krijgen we een gezonde balans in onze kennisgedreven samenleving. Maar helaas halen we momenteel maar twee op de tien over alle niveaus van het onderwijs. En als je gaat inzoemen zie je dat het echte grote tekort vooral in het vakonderwijs zit: vmbo en mbo. Daar zit de echte oorzaak van het schreeuwende tekort aan technisch geschoolde vakmensen waar we nu mee te maken hebben.”

Van Grinsven, in het dagelijks leven Head of Communications & Community Engagement bij ASML, heeft vorig jaar het stokje overgenomen van Frits van Hout als boegbeeld van de klankbordgroep achter het Dutch Technology Festival. Zijn hoofdtaak: technologie onder de aandacht brengen van jongeren. “Het meest urgente probleem, zeker in onze regio, is het vullen van de pijplijn aan technologisch talent. We moeten er dus alles aan blijven doen om jonge mensen te wijzen op de mogelijkheden van zinvol, gewaardeerd en baanzeker werk in deze sector. De behoefte aan meer talent is ook niet iets dat morgen verdwenen zal zijn: onze sector groeit nog steeds en dat zal voorlopig niet veranderen.”

Techniekpromotie is ook niet iets voor een weekje per jaar. Van Grinsvens collega Marjolein de Hooge is er binnen ASML op dagelijks niveau mee bezig. “We hebben techniekpromotielessen voor het basisonderwijs, collega’s van ons geven bijles in de exacte vakken en hele schoolklassen komen naar ons experience center. We doen er alles aan om kinderen met techniek in contact te laten komen. Daarnaast zorgen we, bijvoorbeeld voor de gezinnen die dat niet kunnen betalen, voor laptops of zelfs bureaustoelen. Alles wat kan helpen om hier beweging in te krijgen pakken we op.”

De vraag blijft dan wel of het allemaal genoeg is. Van Grinsven: “We doen het hier in Brainport iets beter dan in de rest van het land, dus je zou kunnen concluderen dat die jarenlange techniekpromotie wel enig effect heeft gehad. Maar het is nog lang niet genoeg. Eigenlijk zouden we een landelijk deltaplan voor techniek moeten krijgen; alleen door structureel naar oplossingen te zoeken kunnen we uiteindelijk die pijplijn aan talent gevuld krijgen. En andersom geredeneerd: als het ons niet lukt zal de schade voor de maatschappij enorm zijn.”

Waar de Dutch Technology Week jaar na jaar probeerde om door het hele land events mogelijk te maken, richt de opvolger zich toch weer primair op Brainport. “Laten we onze impact eerst hier maar eens bewijzen. Als dat lukt, kunnen we dat vanzelf weer verder opschalen. De kans dat je hier als leerling of student iets ervaart rond technologie moet eigenlijk 100% zijn. Alle Brainportkinderen moeten gewoon kennis maken met techniek. Niemand uitgezonderd. Het is extreem belangrijk dat iedereen kan meedoen. Techniek is niet alleen voor witte twintigers. Sterker nog, techniek heeft alleen toekomst als het inclusief is.”

Net als Monique de Wit verwacht ook Marjolein de Hooge op dat vlak veel van de gaming area in het Klokgebouw. “Hier zou wel eens de sleutel kunnen liggen, want we beseffen met z’n allen nog maar amper hoe aantrekkelijk en impactvol games zijn voor de huidige generatie jongeren. En wat belangrijk is: door te gamen ontwikkelen kinderen kwaliteiten die we hard nodig hebben in de techniek. Spelers van Minecraft krijgen behendigheid maar leren ook vooruit kijken. Daarnaast zorgt het voor veel onderling contact, je leert er dus ook mee samenwerken. Niet voor niets staat Minecraft op het programma van het Dutch Tech Fest. Immers, als we duidelijk kunnen maken dat plezier in gaming misschien ook wel betekent dat je plezier in een technische studie krijgt, drukken we op het juiste knopje.”

Van Grinsven kan het alleen maar beamen. “Maar dan nog ligt er voor ons wel een taak om dat verband duidelijk te maken. Ik was laatst bij een groep scholieren en vroeg ze wat ze wilden gaan studeren, waarop er eentje zei dat het bedenken van games hem wel mooi leek omdat dat niet zo technisch was. Kijk, als we dit soort kinderen duidelijk kunnen maken dat een talent voor gaming misschien ook wel op een talent voor techniek kan wijzen, dan komen we vooruit.”