In Duitsland zorgde een basisschool in Magdeburg voor krantenkoppen omdat deze ouders had aangeraden kinderen uit groep 1 niet op de fiets te laten komen. Het probleem: de zogenaamde oudertaxi’s veroorzaken gevaarlijke verkeerssituaties voor de school. In Nederland, waar we volgens de laatste tellingen 22,5 miljoen fietsen hebben, gingen de wenkbrauwen omhoog. Vooral vanwege het onderliggende argument. De jonge scholiertjes passen niet goed op in die smalle straat waar al die ouders rijden. En dat leidt tot ongelukken. De Fietsersbond in Nederland onderzoekt momenteel ook deze situaties. Eind februari worden de resultaten daarvan openbaar gemaakt.
Het schoolhoofd, Gabriele Krappatsch, legde in de Magdeburger Volksstimme uit dat aanwijzingen van de politie en de ADAC tot de beslissing hadden geleid. De zaak leidde tot verhitte publieke discussies. In een artikel in Die Zeit verdedigde Martin Kraft van de Deutsche Verkehrswacht de opstelling van de school. Hij meent zelfs dat kinderen boven de acht jaar niet op de fiets naar school mogen, ook al fietsen ze veilig.
Op Twitter leidde het artikel tot cynische commentaren. Een lezer vroeg bijvoorbeeld of het niet wenselijk was om de infrastructuur aan te passen zodat kinderen veilig op de fiets naar school kunnen gaan. Andere lezers beschuldigden de vereniging ervan een autogerichte visie te hebben die niet verenigbaar is met de mobiliteitsrevolutie.
‘De meeste kinderen krijgen ongelukken door hun eigen fouten’
Volgens het artikel in Die Zeit registreerde het Statistische Bundesamt (Federaal Bureau voor de Statistiek) in 2018 precies 9.629 ongevallen met kinderen van zes tot vijftien jaar die fietsten. Volgens de cijfers werd 73 procent van deze ongevallen veroorzaakt door het wangedrag van kinderen. Veel voorkomende fouten zijn:
- rijdend op de verkeerde weghelft;
- problemen met afslaan, keren en bij het wegrijden.
Geen wettelijke leeftijdsregeling voor kinderen
In Duitsland is er geen wettelijke leeftijdsregeling voor kinderen die in het verkeer fietsen. De enige wettelijke regeling gaat over waar ze mogen rijden. Kinderen onder de acht jaar mogen op de stoep rijden. Ze mogen alleen op een fietspad rijden als dat structureel gescheiden is van de weg. Onder begeleiding van een volwassene mogen zij ook gebruik maken van gemarkeerde fietsstroken. Kinderen tussen acht en tien jaar mogen zowel de weg als het voet- en fietspad gebruiken. Alle fietsers ouder dan tien jaar moeten ofwel op het fietspad ofwel op de weg rijden.
Toezicht is de verantwoordelijkheid van de ouders
De school kan geen verbod uitvaardigen, maar kan alleen adviseren of en wanneer kinderen op de fiets naar school moeten. De ouders zijn verantwoordelijk voor de begeleiding van de kinderen op weg naar school. In deze discussie waren ADAC en Deutsche Verkehrswacht het erover eens dat de ouders de aanbevelingen van de school toch moeten opvolgen. De school zou de verkeerssituatie ter plaatse beter zouden kunnen inschatten. De fietsclub ADFC ziet het anders en is van mening dat het de ouders zijn die het beste kunnen beoordelen wanneer hun kind klaar is voor het verkeer.
Volgens Kraft van de Duitse Traffic Watch hangt het af van de fysieke en mentale capaciteiten van het kind, wanneer het veilig op de fiets aan het verkeer kan deelnemen. Fietslessen moeten worden gegeven vanaf groep 5 en 6 van de basisschool. Dit is ook de periode waarin de fietsexamens in de Duitse deelstaten plaatsvinden.
Maar zelfs dan zijn de kinderen nog niet klaar voor deelname aan het verkeer, zo stelt het Bundesanstalt für Straßenwesen. Dit verkeersinstituut deed onderzoek naar het fietsonderwijs op scholen en de motorische vaardigheden van kinderen. In een enquête gaf tot 14 procent van de vierde klassers aan dat ze niet rechtdoor konden rijden zonder te wiebelen, of zich niet te kunnen concentreren op de weg.
Hier vindt u de link naar het artikel in Die Zeit.
Ook interessant:
Nederland fietsland, hoe zit dat in de rest van Europa?