Zeeland is niet de eerste provincie waar je aan denkt als het om innovatie gaat. Reden te meer voor Innovation Origins om dat beeld bij te stellen. In zes afleveringen laten we een dwarsdoorsnede zien van de Zeeuwse organisaties die vernieuwing een gezicht geven.
Het verhaal van Dockwize is er een van tegenstellingen. Van klein tegen groot, van versnipperd tegen samen, van trots tegen twijfel en van behouden versus loslaten. Concreet: Hoe kun je de grote buitenwereld overtuigen van de innovatieve kwaliteit van het kleine en diverse Zeeland? Wat kun je doen om de hele provincie ervan te doordringen dat de steun voor start-ups echt verder gaat dan Walcheren? Wanneer zijn er genoeg prestaties om te kunnen spreken van een succesvolle ontwikkeling? En moeten we blij zijn met de start-ups die het Zeeuwse nest verlaten om (ver) buiten de provincie hun vervolgstappen te zetten, of is het juist van belang ze binnen te houden?
Het zijn behoorlijke dilemma’s waar directeur Matthijs Lugtenburg en zijn team bij Dockwize elke dag voor staan. Om zijn incubator ooit bovenaan de zoekopdrachten bij Google te krijgen (“nu zijn we daar helaas nog niet te vinden”) werkt hij keihard aan de verdere professionalisering van zowel zijn eigen club als van het complete Zeeuwse innovatieklimaat. Wat het eerste betreft: vanaf januari 2020 staan de tien mensen in zijn organisatie formeel op de payroll van Dockwize, waarmee een periode van 9 jaar wordt afgesloten waarin Dockwize als project moest opereren. En wat dat innovatieklimaat betreft? Daar heeft Dockwize nu al aantoonbaar een belangrijke rol in gespeeld: tientallen bedrijven zijn succesvol uitgestroomd, aan meer dan 100 start-ups werd huisvesting geboden, 300 bedrijven zijn door een van de innovatie- en groeiprogramma’s gegaan en meer dan duizend studenten hebben op een of andere manier steun gehad bij hun eerste stappen op weg naar ondernemerschap.
Directeur Lugtenburg heeft inderdaad reden genoeg voor trots. Aan de rand van Vlissingen, in een deel van de oude gebouwen van de Provinciale Zeeuwse Energie Maatschappij PZEM, legt hij uit hoe hij de rol van Dockwize ziet. Lugtenberg is een realist (“Het is hier geen Amsterdam of Eindhoven”), maar dat weerhoudt hem er niet van ambitieus te zijn. “Er zijn talenten genoeg in de provincie, maar ze moeten wel een beetje geholpen worden.” Daarbij gaat het vooral om ondernemerschap, zegt hij. “En om een betere profilering. Als wij maar een klein beetje van de zelfverzekerde uitstraling zouden hebben als die je in Brabant overal tegenkomt, dan zouden we veel zichtbaarder zijn.”
De vernieuwing coördineren
Er zijn ook voordelen van de kleine schaal. Waar in de Randstad en Brabant veel verschillende organisaties nodig zijn voor een combinatie van functies, zijn die in Zeeland allemaal samengebald bij Dockwize. Studenten, start-ups, individuele innovator, grotere bedrijven en zelfs bedijfssectoren kunnen er terecht voor programma’s, huisvesting, matching events, financiering en kennis: Dockwize coördineert de vernieuwing in Zeeland. “Het is hier bouwen en uitvoeren tegelijk. Wij zijn de regisseur van de verbinding”, stelt Lugtenburg, de geboren Vlissinger die na na een studie in Brabant en een carrière als marketeer in de energie bij de Zeeuwse incubator landde. “Het is belangrijk dat er een verbinder is die de kortste route biedt naar de juiste connecties, kennis en mogelijkheden. Degene die een broedplaats creëert voor ideeën, waar je een succesvolle start kunt maken, waar onderwijs en bedrijfsleven samenkomen, innovatief ondernemerschap wordt aangejaagd en waar bedrijven worden klaargestoomd voor de toekomst. Om al die redenen bieden wij niet alleen programma’s aan voor studenten en start-ups, maar ook voor ervaren ondernemers. We zorgen voor huisvesting, zodat ze in de beste omstandigheden kunnen groeien, en bieden daarnaast de momenten waarop de juiste netwerken elkaar kunnen treffen.”
Daar heeft Lugtenburg ook nog wel een mooi voorbeeld van: “Laatst kregen we een vraag van een start-up uit de food-hoek. We zetten zo’n team dan samen met een ICT-club in één kamer – zeker weten dat daar dan een oplossing uit voortkomt. In dit geval zelfs drie! Dan blijkt hoe belangrijk wij zijn als verbinder.”
Lugtenburg weet dat er nog tijd nodig is voordat Dockwize in één adem genoemd zal worden met Yesdelft of Brainport Development. “Onze kracht is onze betrouwbaarheid. Onze programma-methodieken zijn uniek tot aan Breda en Rotterdam, dat durf ik wel te stellen. Maar om dat ook buiten de provincie tussen de oren te krijgen, zullen we eerst in Zeeland zelf alles op orde moeten hebben.” Wat betekent dat voor de komende tijd? “Focus aanbrengen en deze goed uitdragen”, zegt Lugtenberg resoluut. “Zowel in methodieken en programma’s als meer thematisch. Water & energie zal belangrijk blijven, net als industrie & maintenance. De biobased en circularity sector pakken we samen met West-Brabant op. En let ook op agrifood, dat is een sector die we ook in Zeeland zien opkomen.”
Focus betekent ook dat niet iedereen zonder meer welkom is. “We zoeken start-ups en innovators die technisch, creatief en vernieuwend zijn. Hun product moet schaalbaar zijn en je moet hier wel een beetje willen samenwerken, anders heeft het sowieso geen zin.” Maar dat sluit niet uit dat ook een taartenbakster en een jurist gebruik maken van de huisvestingsdiensten van Dockwize. “Ook die zijn onderdeel van ons innovatieve ecosysteem, uit zichzelf én als dienstverlener voor de rest.”
“is essentieel voor Zeeland om een aantrekkelijke werkomgeving te zijn en om een duurzame economie te realiseren.”
Voor de start-ups die de eerste succesvolle stappen hebben weten te zetten, is er hulp richting financiering. Lugtenburg: “Dat begint al met vouchers ter waarde van bedragen tot ongeveer 5000 euro, maar het gaat verder dan dat: we helpen bij het verkrijgen van leningen tot zo’n 100.000 euro en er is zelfs een optie om daadwerkelijk te participeren in bepaalde start-ups. Denk daarbij aan bedragen tot meer dan een miljoen.”
Dat alles gebeurt in nauwe samenspraak met het bestaande Zeeuwse bedrijfsleven, de lokale en provinciale overheden en onderwijsinstellingen. De funding van Dockwize is 50% publiek en 50% privaat. Het bestuur van de stichting is daar een afspiegeling van. Bestuurslid Evelien de Visser, HR-manager bij Yara, benadrukt het belang van een initiatief als Dockwize: “Innovatie is essentieel voor Zeeland om een aantrekkelijke werkomgeving te zijn en om een duurzame economie te realiseren. Dockwize geeft mensen de mogelijkheid om innovatieve ideeën om te zetten in start-ups.” Dat dat hard nodig is, ziet ook collega Alex de Fauw, directeur Klantsupport bij Rabobank: “Iedere euro die in innovatie wordt geïnvesteerd levert het dubbele aan economische groei op. Dockwize laat start- en scale-ups zien hoe ze hiervoor een businessmodel op kunnen zetten.”
Volop steun dus binnen de provincie. Maar er zijn ook lijntjes die over de provinciegrenzen en zelfs over de landsgrenzen heen reiken, zegt Lugtenburg. Hij laat een tekening zien met daarop zo’n beetje alle Nederlandse en Vlaamse innovatieclusters en economic boards. “We zoeken actief verbinding met dit netwerk van incubators en andere hubs die zich richten op innovatie en ondernemerschap. Uit ervaring weten we inmiddels dat er wel degelijk uitwisseling van kennis mogelijk is, als je daarbij maar beseft dat dit nooit een 1-op-1 vertaling kan zijn. We zullen altijd moeten kijken naar de lokale omstandigheden en op zoek moeten naar vertalingen die recht doen aan de Zeeuwse karakteristieken.”
Lees ook: startups in Zeeland – stil is het zeker niet