De productie van vlees, kaas en boter is energie-intensief en veroorzaakt aanzienlijk meer broeikasgassen dan de productie van fruit en groenten. Bovendien is het verbruik van landbouwgrond voor diervoeder enorm. Dit brengt op zijn beurt de biodiversiteit in gevaar. Niet in de laatste plaats heeft een verminderde consumptie van melk en rundvlees ook een positief effect op de gezondheid van de mensheid. Met andere woorden, een meer plantaardig dieet zou veel problemen oplossen. Maar het is onwaarschijnlijk dat een hele samenleving zich daaraan houdt.
Toeleveringsketen voor melk en rundvlees niet duurzaam
“Wij mensen kunnen geen gras eten. Daarom gebruiken we vee dat gras voor ons om in hoogwaardige eiwitten omzet. Maar de vraag is hoe de productie op lange termijn vorm te geven, zegt Professor Marianne Penker, van het Institut für Nachhaltige Wirtschaftsentwicklung aan de Universität für Bodenkultur in Wien. “Want de Green Deal van de Europese Unie maakt duidelijk dat de huidige bevoorradingsketen voor melk en rundvlees niet duurzaam is”.
Bovenal is er de uitdaging om de klimaatverandering te beperken en een intact cultuurlandschap met een grote biodiversiteit in stand te houden. Tegelijk kunnen de gevolgen van de klimaatverandering niet langer worden genegeerd en moet de bevoorradingsketen voor melk en rundvlees worden aangepast. Daarnaast is er de sociale opdracht om te zorgen voor een gezonde voeding van de bevolking en voor het welzijn van de landbouwhuisdieren en de landbouwgezinnen.
De vraag is hoe de productie op lange termijn vorm kan krijgen. De Green Deal van de Europese Unie maakt duidelijk dat het huidige voedselsysteem niet duurzaam is.
Prof. Marianne Penker, BOKU Wien
Verschillende percepties
Er bestaat consensus over de definitie van het probleem, Maar het vinden van oplossingen is zeer moeilijk door de verschillende percepties van de actoren. De belangen van de afzonderlijke schakels in de toeleveringsketen zijn de laatste tijd alleen duidelijk geworden door schuldigen aan te wijzen. Dit heeft geleid tot een blokkade. Dat moet worden overwonnen door het zogenoemde COwLEARNING-project, zegt hoogleraar duurzame ontwikkeling Penker.
Ook interessant: de Lely melkrobot
Het project gaat uit van een holistisch perspectief. Dit betekent dat de ecologische, economische en sociale belangen in de bevoorradingsketen voor melk en rundvlees gelijk worden behandeld. Dit vereist de samenwerking van dierenartsen en landbouwwetenschappers met mensen uit de praktijk. Om een gemeenschappelijke kennisbasis tot stand te brengen, zijn vertegenwoordigers van alle stadia van de bevoorradingsketen betrokken; inclusief consumentenverenigingen en de cateringindustrie.
Gezamenlijke leerprocessen
“De betrokkenen zien de druk om te veranderen in hun eigen gebied. Maar ze vragen zich af waarom de anderen niets veranderen. Zo hebben de boeren hun stallen al verbouwd (let wel: ten gunste van het dierenwelzijn). Ze vragen zich nu af wat de consument nog meer wil. De dingen veranderen zo snel, dat de boeren het niet kunnen bijhouden. Maar de afzonderlijke stadia in de voorzieningsketen zijn ook onderling afhankelijk. Daarom zijn de handelaren geïnteresseerd in de manier waarop de landbouwers op de wensen van de consumenten reageren. Wat de zuivelfabrieken doen, heeft ook gevolgen voor de handel, enzovoort”, legt Penker uit.
De betrokkenen zien de druk om te veranderen op hun eigen gebied en vragen zich af waarom de anderen niets veranderen.
Prof. Marianne Penker, BOKU Wien
Om de verschillende standpunten begrijpelijk te maken en haalbare overgangsoplossingen te creëren, wordt gebruik gemaakt van transdisciplinaire methoden en een serious game. Dit laatste stelt individuele betrokkene uit de keten in staat het perspectief van anderen over te nemen en leidt zo tot leereffecten.
Holistische duurzaamheidsbeoordelingen
Daarnaast worden de drijvende krachten achter de verandering in het rundvleessysteem geïdentificeerd, evenals de remmende factoren voor de implementatie van duurzame innovaties. Dit laatste wordt onderzocht uit een oogpunt van dieren-, mensen- en milieuwelzijn, alsmede vanuit een sociaal-economisch perspectief. Het project wil nieuwe productiemethoden voor melk en rundvlees vinden en scenario’s ontwikkelen om deze aan een holistische duurzaamheidsbeoordeling te onderwerpen. Van boerderij tot tafel.
Technische en sociale systemen
Oplossingen liggen in een coëxistentie van technische en sociale systemen, aldus Penker. Een voorbeeld is direct marketing, een gebied waarop Oostenrijk al ver gevorderd is. Een ander aantrekkelijk model is cow-sharing, waarbij consumenten aandelen in een koe kunnen kopen. Ze krijgen dan niet alleen melk of vlees. Maar ze hebben ook inspraak in wat er met de koe gebeurt. Een voorbeeld van cow-sharing vind je hier. Ook in Nederland zijn zulke initiatieven, zoals Samen een koe kopen.
Het project werd ontwikkeld tijdens haar laatste onderzoeksverblijf in Japan. Daar bestaat al een soortgelijke aanpak voor de rijstbouw. Stadsbewoners pachten rijstvelden en dragen bij aan het bewerken en oogsten van het land om daarvoor beloond te worden met rijst. Ook in steden als Tokyo en Nagoya is een cultuur van stadslandbouw tot stand gekomen. In een land dat voortdurend door aardbevingen wordt bedreigd, moet dit de voedselvoorziening moeten veiligstellen, zelfs in geval van een ramp. Bovendien hebben deze buurtprojecten met vrijwilligers ook een sociale functie van sociale uitwisseling in de buurt.
Ook interessant: Project Boerderij van de Toekomst voor kringlooplandbouw heeft zijn eerste vier deelnemers