Kiki Bertens heeft het prestigieuze tennistoernooi van Madrid op haar naam geschreven!
Is de corona in de bol van de columnist geslagen? Bertens won toch vorig jaar in La Caja Magica? Of heb ik iets gemist. Ik hoor het u allemaal denken.
Nee, het coronavirus heeft nog geen grip op mij weten te krijgen. Ja, Bertens zegevierde in 2019 op het gravel van Madrid. En ja. U heeft iets gemist. Bertens heeft vorige week wel degelijk haar titel met succes verdedigd!
Het enige verschil met een jaar geleden: Bertens is dit keer virtual champion. Ze versloeg dit keer haar tegenstanders niet met een racket in haar handen, maar rekende zonder een zweetdruppeltje te laten met een joystick thuis op bank af met Kerber, Bouchard, Vekic, Wozniacki, Bencic en Ferro. Zo bewijst de 28-jarige Nederlandse dat ze eveneens talent heeft als gamer op de Playstation.
Het virtuele tennistoernooi geldt tijdens de coronacrisis als een innovatief alternatief voor het afgelaste echte werk. Bertens mag de anderhalve ton aan prijzengeld schenken aan collega-tennissers in geldnood en storten in een fonds voor economische slachtoffers van covid-19.
The Mutua Madrid Virtual Open bereikte volgens de organisatie circa vijftien miljoen mensen wereldwijd die via Facebook mee keken naar de gamende tennisprofs. Zo kent het initiatief alleen maar winnaars. En toch hoopt niemand dat het virtuele toernooi in 2021 weer op het programma staat.
De echte tenniswereld ligt voorlopig tot 13 juli plat. Het is nu nog moeilijk te voorspellen wanneer het profcircuit weer gaat draaien, maar tot die tijd zal de Playstation niet lang blijven gelden als alternatief. Op de weg terug naar hoe het ooit was, zal er op korte termijn zonder publiek worden gespeeld. En daarna zal stapje voor stapje geprobeerd worden de aloude ambiance van een vol Centre Court terug te laten keren. Als dat in mei 2021 in Madrid lukt, zou dat een enorme overwinning op het coronavirus zijn.
Vrijwel alle professionele sporten worstelen tijdens deze crisis met de omstandigheden. Na anderhalve maand gamen op de bank hebben de voetballers een enorme honger naar de bal. Voor de profs uit Nederland en Frankrijk lijkt de hervatting van de competitie nog ver weg. In beide landen ligt het voetbal waarschijnlijk tot september stil. Hoe anders is dat in Spanje waar de spelers vanaf vandaag aan individuele trainingen beginnen, volgende week weer als team aan de slag gaan om in juni achter gesloten deuren weer wedstrijden te gaan spelen. Althans dat is het plan.
Dat gaat natuurlijk zomaar niet. Daar is wel wat improvisatie voor nodig. Laten we Real Madrid als voorbeeld nemen. Om verspreiding van covid-19 tegen te gaan zullen de voetballers eerst allemaal worden getest. Gezonde spelers kunnen over enkele weken worden opgenomen in de van de buitenwereld afgezonderde selecties. Real Madrid zal dan voorlopig het enorme Estadio Santiago Bernabéu verruilen voor het veel kleinere Estadio Alfredo Di Stéfano op het trainingscomplex van de club.
Spelen zonder publiek is uiteraard veel minder aantrekkelijk en zorgt voor een enorme inkomstenderving, maar deze tijdelijke verhuizing heeft ook voordelen. Zo worden niet alleen kosten voor het stadiongebruik bespaard maar ontstaat er opeens een laboratorium voor innovatie. Meer dan ooit is het voetbal aangewezen om ingenieuze techniek waarbij het spelen in een vol stadion zo goed mogelijk wordt nagebootst. Misschien is het gewoon zaak om de rollen voorlopig om te draaien. En moeten de echte voetballers voorlopig maar even in het decor van Playstation voetballen. Brood en spelen in tijden van corona.
Lees hier de eerdere columns van Koen Greven uit Spanje.