Dat Brainport twee keer zoveel mensen met autisme telt, is voor wetenschappers een constante bron voor verder onderzoek. Inmiddels is wel duidelijk dat het bovengemiddeld hoge aantal technici in deze regio een rol speelt, maar helemaal helder is het verhaal nog steeds niet. Vandaar ook dat Eindhoven vorige week het decor was voor een groot congres waarin zowel onderzoekers als ervaringsdeskundigen hun opwachting maakten om te praten over de specifieke talenten van autisten. e52 was erbij.
“Wat zie jij als je een bibliotheek binnen loopt”, vraagt Rob Seinstra, spreker op het symposium, aan zijn tafelgenoten Willem van Spaendonck, ook ervaringsdeskundige, en de Britse professor Simon Baron-Cohen, autoriteit in het onderzoek naar autisme. “Jij ziet waarschijnlijk de totale bibliotheek en dan de rijen met boeken. Ik zie eerst alle boeken en alle patronen van die boeken: staan ze op alfabet, op onderwerp, op genre, enzovoort.” De Stichting Autisme Research (SAR) organiseerde het symposium.
Bekijk hier wat wethouder Staf Depla onlangs zei over autisme in de Brainport regio: “zeker voor startups zouden mensen met bepaalde vorm van autisme heel goed op hun plek kunnen zitten”.
Zowel Seinstra (52) als Van Spaendonck (46) hebben een vorm van autisme. Bij Seinstra waren het zijn kinderen die hem een spiegel voorhielden. Alle drie, een meisje van 14 en twee jongens van 18 en 21 jaar, kregen de diagnose. “En ze doen het alle drie heel goed, ze doen het goed op school en ze voelen zich goed.”
Hijzelf heeft nooit de diagnose laten stellen, hij vond zijn weg “the hardway”; door steeds uit zijn comfortzone te gaan en te leren van wat er gebeurde. Soms zei hij iets dat “feitelijk wel klopte maar het was niet gepast om dat botweg te zeggen”. Die ongeschreven regels voelde hij niet aan. “Ik zag wel in dat anderen beter dan ik een boodschap konden overbrengen. En hen ben ik om tips gaan vragen. Ik leerde bijvoorbeeld geen emotionele en directe e-mails te versturen.” Seinstra werkt als Enterprise Architect, strategic sales bij Fujitsu en reist hij de hele wereld over om problemen op te lossen. Door zijn oog voor detail, het ‘out of the box’ kunnen denken, afstand te nemen van de situatie, kan hij snel analyseren wat er aan de hand is.
Boze e-mails versturen is ook iets dat Van Spaendonck herkent. Hij heeft dertig banen gehad voor hij als senior beleidsmedewerker terecht kwam bij U-Stal, een organisatie voor het beheer van fietsenstallingen in Utrecht. Telkens gebeurde er wel iets in de relationele sfeer waardoor hij werd ontslagen. Het is acht jaar geleden dat hij de diagnose autisme kreeg. Sinds die tijd krijgt hij een kwartier tot een half uur in de week begeleiding van een jobcoach. Via haar leerde hij omgaan met mensen, iets dat voor hem heel lastig was. “Op de lagere school stond ik met mijn rug naar de klas als ik iets moest voorlezen.” Tijdens het symposium sprak hij voor een zaal met vierhonderd man.
Professor Cohen luistert aandachtig naar de verhalen van de beide heren. Als Seinstra zegt dat zijn ‘brain sometimes feels like a planet’, is de professor gespitst en wil hij graag meer weten. Er gebeurt soms zoveel in Seinstra’s hoofd, hij onthoudt alle informatie en maakt daarmee continue dwarsverbanden. “Dat is soms doodvermoeiend.” Cohen ontdekte in zijn onderzoek dat er een verschil is in de hersenen van iemand met een vorm van autisme en iemand zonder. “Waar iemand anders informatie laat gaan, doet iemand met een vorm van autisme dat niet”, legt hij uit.
In 2011 verscheen een onderzoek waarin Cohen het aantal mensen met autisme binnen de Brainport-regio vergeleek met het aantal binnen de regio’s Utrecht en Haarlem. Dat het hier dubbel zo vaak voorkomt, verklaart hij onder meer door de aanwezigheid van Philips. Philips heeft zowel nationaal als internationaal veel techneuten aangetrokken. En die mensen vertonen vaak kenmerken autisme, aldus Cohen. Een verband dat de Britse wetenschapper graag nader wil onderzoeken.
De talenten van autisten zijn voor deze regio met veel maakindustrie erg belangrijk. Dit herkennen ook hightech bedrijven. “Na afloop werd ik zowel door Philips als Sioux benaderd om meer te gaan samenwerken”, aan het woord is Marlou Heskes, coördinator & studieloopbaanbegeleider bij Fontys Hogescholen ICT. Heskes werkt als vrijwilliger voor de Stichting Autisme Research (SAR) en was zodoende betrokken bij de organisatie van het symposium.
“Het gaat om de talenten van mensen en die staan helaas niet altijd centraal”, gaat Heskes verder. Daarom paste het symposium goed binnen het Kennisfestival over toekomstig onderwijs dat tegelijkertijd werd georganiseerd. “Meer begrip voor elkaar en de ruimte om anders te kunnen zijn”, zijn volgens haar de sleutels om talent te laten groeien.
Het zou dus zomaar zo kunnen zijn dat Brainport zich gelukkig mag prijzen met zoveel autistisch talent.