Openbaar en particulier vervoer op afroep en een lossere invulling van de openbare ruimte in steden: met wat experimenteerruimte is Brabant de ideale plek voor de ontwikkeling van een flexibelere en meer samenhangende manier van mobiliteit. Althans, dat zeggen de auteurs van “Het Nieuwste Cahier #03: Mobiliteit in Brabant, de weg vooruit”, onder wie Carlo van de Weijer (TU Eindhoven) en Bram Hendrix (AutomotiveNL en Brainport Development).
Het cahier is uitgegeven door BrabantKennis en vandaag aangeboden aan Christophe van der Maat, gedeputeerde Mobiliteit en Samenwerking, provincie Noord-Brabant.
Met een innovatief ecosysteem voor coöperatieve mobiliteit, experimenteerruimte voor vraaggestuurd openbaar vervoer en een meer flexibele inrichting van de openbare ruimte in steden, moet dat allemaal kunnen lukken, aldus de auteurs. Een en ander wordt gefaciliteerd door de opkomst van zelfrijdende auto’s, e-bikes en nieuwe deeldiensten: die gaan er sowieso voor zorgen dat we ons in de nabije toekomst anders gaan verplaatsen.
Technologische ontwikkelingen zetten de wereld van mobiliteit op zijn kop. “De verwachting is nu dat rond 2025 het omslagpunt komt; elektrische auto’s worden dan even duur als conventionele auto’s en daarna zelfs goedkoper. De slimme auto met zelfrijdende functies gaat voor de nodige disruptie zorgen. Datzelfde geldt voor de opkomst van nieuwe deeldiensten en de snelle elektrificatie van het auto- en fietsverkeer.”
In de mobiliteitsmix van de toekomst vormen de slimme auto en de elektrische fiets het koningskoppel, terwijl het openbaar vervoer zich steeds meer zal beperken tot de (grote) steden in Brabant, zo verwachten Van de Weijer en zijn mede-auteurs. Het cahier is een gezamenlijk initiatief van TU Eindhoven, AutomotiveNL, Brainport Development en BrabantKennis en is bedoeld om het debat over de toekomst van het mobiliteitsbeleid in Brabant aan te zwengelen.
Routines doorbreken
Maar waarom is Brabant dan zo geschikt als proefterrein voor deze nieuwe mobiliteitsdiensten? “Alle condities zijn aanwezig in Brabant om de slimme auto optimaal te faciliteren en om hier nieuwe, vraaggestuurde mobiliteitsdiensten te testen die de steden laten opbloeien en het platteland leefbaar houden”, zegt Mijntje Notermans van BrabantKennis. “De regio heeft nationaal en internationaal een enorm competitief voordeel vanwege de sterk gespreide nederzettingenstructuur, de aanwezige kenniscentra en de hier gevestigde automotive industrie. Met de Innovatiecentrale van Rijkswaterstaat op de Automotive Campus in Helmond, heeft de regio ook de beschikking over de noodzakelijke testomgeving voor de nieuwste technologie en diensten.”
Voorwaarde voor de gewenste omslag is dat “bestaande routines in het gedrag van provincie en gemeenten worden doorbroken”, aldus de auteurs. “De tijd dat de overheid de organisatie van mobiliteit eenzijdig bepaalde, is definitief voorbij. De oude denk- en investeringspatronen over mobiliteit moeten worden losgelaten. De overheid zit straks niet langer zelf aan het stuur, maar prikkelt partijen om tot innovatieve oplossingen te komen. Dat kan met een innovatie-ecosysteem voor coöperatieve mobiliteit, met experimenteerruimte voor vraaggestuurd OV en met een flexibele inrichting van de (stedelijke) ruimte.”
Open data
Naast flexibiliteit is ook meer openheid gewenst. Provincie en gemeenten bezitten veel relevante mobliteitsdata (verkeerslichtdata, parkeerdata, data over incidenten, enzovoort) waarmee burgers en bedrijven hun voordeel kunnen doen. “Data die behulpzaam kunnen zijn bij het ontwikkelen van vraaggestuurde mobiliteit en bij het ondersteunen van een systeem van Talking Traffic, auto’s en andere verkeersdeelnemers die met elkaar verbonden zijn en samen een zelfsturend systeem vormen.”
Bron: Carlo van de Weijer, Bram Hendrix, Sjoerd van Dommelen & Joks Janssen, Het Nieuwste Cahier #03: Mobiliteit in Brabant, de weg vooruit (BrabantKennis, 2016). Het Cahier is vandaag – 24 juni 2016 – aangeboden aan Christophe van der Maat, gedeputeerde Mobiliteit en Samenwerking, provincie Noord-Brabant.