Workshop at Yaskawa, Brainport Industries Campus © Avans
Author profile picture

Voor studenten van Avans Hogeschool is werken met de meest vooruitstrevende bedrijven dagelijkse kost. De hogeschool huurt een ruimte op Brainport Industries Campus (BIC) waar studenten van twee minoren – een programma van een half jaar aanvullende op de gekozen opleiding – lessen volgen. Wie de ruimte binnenstapt, voelt het enthousiasme. De twee hoofddocenten Doede Okkema en Martèn Driesser vertellen honderduit. Om hen heen liggen zelfgemaakte drones en andere bouwwerken. In het leslokaal is zelfs een mini-fabriek gebouwd waar studenten simulatiesoftware op los kunnen laten. Het eindproduct van de Avans-fabriek? Ouderwetste skelters.

Waarom dit belangrijk is:

De ontwikkelingen op het gebied van automatisering en robotisering gaan snel. Het is belangrijk dat het onderwijs goed aansluit op het bedrijfsleven zodat jonge mensen de juiste vaardigheden ontwikkelen.

Les uit de praktijk

Een van de minoren van Avans heet Factory of the Future – de naam slaat de spijker op z’n kop – en kijkt naar het optimaliseren van fabrieken. De andere minor is helemaal gericht op Data Science. “We werken hiervoor nauw samen met de bedrijven op BIC. De studenten krijgen les van bedrijven in verschillende projecten en workshops. Als docenten zijn wij vooral een mentor en ondersteunen we de studenten met begeleiding als dat nodig is”, vertelt Doede Okkema, docent technische bedrijfskunde bij Avans Hogeschool.

Het feit dat bedrijven het grootste gedeelte van de lesstof verzorgen, is vrij uniek. “Docenten in het hoger onderwijs hebben zelf vaak ook in het bedrijfsleven gewerkt, of ze doen dat nog steeds. Maar het is voor studenten extra leerzaam als bedrijven de workshops en projecten verzorgen met hun eigen systemen en vraagstukken uit de praktijk”, zegt Martèn Driesser, docent werktuigbouwkunde bij Avans Hogeschool. De minoren richten zich op nieuwe en snel ontwikkelende technologieën, dan is het volgens de docenten ontzettend belangrijk dat de lesstof goed aansluit op de praktijk. “Anders hebben zowel de studenten als de bedrijven er niks aan”, zegt Okkema.

Makkelijke ontmoetingen

Een locatie als BIC zorgt er volgens de docenten voor dat studenten en bedrijven elkaar makkelijk ontmoeten. Okkema: “In de minor Factory of the Future werken studenten in kleine, multidisciplinaire teams aan een opdracht bij een van de bedrijven op de campus. Het is hun taak om een antwoord te vinden op een hulpvraag vanuit het bedrijf. Die vraag is voor iedere groep uniek. Zo wil het ene bedrijf digitaliseren om afscheid te kunnen nemen van de papieren administratie, terwijl een ander bedrijf al stappen verder is en kijkt naar de inzet van drones of robots.”

In de minor komen studenten van verschillende opleidingen – werktuigbouwkunde, technische bedrijfskunde, mechatronica, informatica en elektrotechniek – bij elkaar. “Door deze studenten samen te laten werken aan een opdracht, komen ze tot nieuwe ideeën. Ze kijken naar het grotere plaatje en bedenken oplossingen die ze in hun eentje niet hadden bedacht”, vervolgt hij. Iedere week overleggen de studenten met het bedrijf om de voortgang te bespreken.

Talent spotten

Voor studenten zitten er verschillende voordelen aan deze vorm van onderwijs, maar ook voor bedrijven kan het interessant zijn. Okkema: “Bedrijven denken vaak dat een samenwerking met het onderwijs bestaat uit een stage en een afstudeerproject van een student. Maar er zijn nog veel meer mogelijkheden, bijvoorbeeld met andere lang- of kortlopende projecten of workshops. Dat is een mooie manier om studenten te leren kennen en contacten te leggen met eventuele toekomstige medewerkers.” Daarnaast hebben we de bedrijven ook echt iets aan de producten die studenten tijdens de minor ontwikkelen. Driesser: “Een groep heeft bijvoorbeeld een app ontwikkeld om te kijken hoe lang gereedschap nog bruikbaar is. Dit voorkomt dat het gereedschap onverwacht kapot gaat en een deel van de fabriek stilvalt. Dit is uiteindelijk echt geïmplementeerd bij KMWE, het betrokken bedrijf.”

Ook in de minor Data Science ontwikkelen studenten praktische producten voor bedrijven. “Heel veel bedrijven hebben verschillende machines die data genereren, maar hier wordt vervolgens vaak niks mee gedaan. Door de data inzichtelijk te maken in een dashboard, kunnen bedrijven betere, datagedreven beslissingen nemen. Een volgende stap is het inzetten van machine learning om voorspellingen te doen of beslissingen te automatiseren”, legt Okkema uit.

Persoonlijke ontwikkeling

Driesser is blij dat de minor studenten en bedrijven samenbrengt. “Veel studenten hebben aan het begin van hun opleiding het idee om bij grote spelers als ASML te gaan werken. Tijdens de minor komen sommige studenten erachter dat een kleiner bedrijf – met meer persoonlijk contact en inspraak – beter bij hen past. Het is ontzettend belangrijk dat studenten ook dit soort ervaringen op kunnen doen tijdens hun opleiding.”

Samenwerking

Dit artikel is gemaakt in een samenwerking tussen BIC en onze redactie. Innovation Origins is een onafhankelijk journalistiek platform dat zijn partners zorgvuldig uitkiest en uitsluitend samenwerkt met bedrijven en instellingen die achter onze missie staan: het verhaal van innovatie verspreiden. Op die manier kunnen wij onze lezers waardevolle verhalen aanbieden die volgens journalistieke richtlijnen tot stand zijn gekomen. Wil je meer weten over hoe Innovation Origins samenwerkt met andere bedrijven? Klik dan hier