Je auto komt vanzelf voorrijden. Een kleine als je alleen of met z’n tweeën bent en een grote voor de hele familie. De auto ‘weet’ namelijk dat je een afspraak hebt die met de fiets niet haalbaar is. Eerst nog even een appeltje eten want je kreeg net een bericht dat je fruitniveau wat onder de maat blijft vandaag.
Bussen en treinen bestaan niet meer, iedereen is letterlijk ‘auto’mobiel. Niet alleen in steden maar zelfs in het kleinste dorpje is de voorraad zelfrijdende auto’s zo groot dat een eigen exemplaar geen zin meer heeft. Je stapt in en merkt dat je favoriete muziek op staat, de stoelen goed zijn afgesteld en de accu vol genoeg zit om je reisdoel te bereiken. Omdat de auto op de hoogte is van het overige verkeer, zie je precies hoe laat je op de bestemming bent. Direct na het dichtslaan van het portier rijd je weg. Of eigenlijk: word je weggereden. Het blijft toch een beetje raar, zo’n vervoermiddel zonder stuur, maar voor die 100% veiligheidsgarantie lever je graag wat in. Trouwens, wie zou er überhaupt klagen als, dankzij dit soort smart-city-oplossingen, je gezondheid en kwaliteit van leven zijn toegenomen, je omgeving groener is geworden en je portemonnee vol blijft?
E52 maakt een serie artikelen ter voorbereiding op de Dutch Technology Week (23-29 mei). Dit is het veertiende deel. Hier de eerdere delen
Net zoals we ons tien jaar geleden – ja, nog maar 10 jaar geleden! – niet konden voorstellen dat we in 2016 onze smartphone niet meer zouden kunnen missen, zo zullen we ons in 2025 nauwelijks meer kunnen indenken dat we nog zelf in auto’s reden. Of dat we een schoorsteen op ons huis hadden. Of een rekening kregen voor gas en electra. We realiseren ons niet dat die prachtige parken en stadstuinen ooit parkeergarages waren. Oké, het zal nog een paar jaar duren voordat het openbaar vervoer helemaal verdwenen is, maar de eerste symptomen daarvan zijn al zichtbaar.
Het startsein voor deze “bright new world” is op 24 mei, als een groepje Eindhovenaren 24 uur aan een stuk gaat nadenken over de invulling van de allereerste Slimme Wijk. Het project is onderdeel van de Dutch Technology Week. Direct na de 24-uurs brainstorm worden de voorbereidingen getroffen om ergens in Brainport duizend huizen te gaan neerzetten die de smart society voor het eerst echt gaan vormgeven. Een wijk, volledig smart gebouwd en georganiseerd. Nog voor de zomer moet de exacte locatie bekend zijn. Kortom: het is allemaal geen toekomstmuziek meer – we gaan het allemaal meemaken.
Elphi Nelissen, decaan van de faculteit Bouwkunde en hoogleraar Building Sustainability aan de Technische Universiteit Eindhoven, leidt het Smart Cities Center dat vanuit kennisinstellingen, overheid, bedrijfsleven en inwoners onderzoek doet naar de ideale omstandigheden voor zo’n slimme stad. Ze is realistisch genoeg om te zien dat er nog veel hindernissen overwonnen moeten worden, maar tegelijk vast overtuigd van de uitkomst. “Natuurlijk, er zijn risico’s en er zijn ook emoties te overwinnen – iedereen zal wel eens zorgen hebben over wat er allemaal fout kan gaan – maar uiteindelijk telt elke burger zijn zegeningen. Simpel gezegd: als je gezonder wordt, de veiligheid toeneemt, in een groenere omgeving woont, er nooit meer files zijn en door dat alles langer leeft, wie zal dat dan nog willen tegenhouden?”
Het vrije verkeer van open data is een belangrijke voorwaarde voor de tot standkoming van zo’n slimme samenleving. En juist daar zit nu voor veel mensen een grote barrière. Want: wat gebeurt er met mijn data? Wie beheert die en wie waakt er over mijn privacy? Nelissen kent de zorgen – en erkent deze ook. “Een absolute voorwaarde voor het functioneren van zo’n systeem is dan ook dat iemand die er geen onderdeel van wil zijn, die mogelijkheid moet hebben. Elke burger moet zichzelf letterlijk onzichtbaar kunnen maken.” Dat die persoon dan geen gebruik kan maken van de verworvenheden van de slimme eeuw, tja, dat is dan wel de consequentie van die keuze.
Er is trouwens nog een voorwaarde aan zo’n smart society verbonden, zegt Nelissen. “Het beheer van al die data zouden we niet aan bedrijven moeten overlaten, maar bij de overheid moeten neerleggen, een stad bijvoorbeeld. Ik hoor ook wel dat een partij als Google belooft alle data alleen versleuteld te gebruiken, maar wat versleuteld is kan ook altijd weer ontsleuteld worden. Ja, dat kan bij een gemeente ook gebeuren, maar daar heeft de burger nog controle op, we leven niet voor niets in een democratie.” Om diezelfde reden hoeven we volgens Nelissen in Nederland niet bang te zijn voor “smartcity-spooksteden” als Singapore en Shanghai. “Hier bepalen uiteindelijk de burgers wat wel en niet wenselijk is.”
Dat Amsterdam het anders heeft georganiseerd en binnen AMS (Amsterdam Advanced Metropolitan Solutions) nadrukkelijk delen van het databeheer aan commerciële partijen heeft overgelaten, is haar dan ook een doorn in het oog. “Ze hebben zich daar in feite opgeknoopt aan commerciële bedrijven, nog voordat ze goed en wel begonnen zijn. Dat lijkt me onwenselijk, hoeveel garanties er ook gegeven worden.”
Enig realisme is trouwens wel op zijn plaats voor al die mensen die bang zijn dat hun data worden ‘opgevangen’. “Het gebeurt nu al, alleen we merken het nauwelijks. Maar waar denk je anders dat de filewaarschuwingen vandaan komen? Hoe anders kunnen we politie direct inschakelen als bepaalde bezoekersstromen in een stad reden tot zorg vormen? Juist daarom is transparantie zo belangrijk. Elke burger moet op elk moment kunnen zien wat er met zijn of haar data gebeurt.
Terug naar die slimme wijk, die als het een beetje meezit over vijf jaar is afgebouwd. “Een plek voor de early adopters, de mensen die graag onderdeel willen zijn van deze ontwikkelingen. En met wie we gaan testen of ons optimisme inderdaad terecht is. Een wijk, compleet met winkels, een school en alle normale voorzieningen. Waar het autoverkeer al volledig autonoom is, de huizen energieneutraal zijn en waar ieders gezondheid real time gemonitord wordt.”
Een echt goed voorbeeld van zo’n wijk is er nog niet, Brainport zal het allemaal zelf moeten uitvinden. “Her en der zijn wel onderdelen te vinden van wat we willen bouwen, bijvoorbeeld in de steden van het Morgenstadt-verband. Maar het geheel staat nog nergens. Dat maakt dit project ook zo interessant voor anderen. Eindhoven is het living lab voor de rest van de wereld.”
Waar de slimme wijk precies zal komen, wordt snel duidelijk. Animo is er alvast genoeg, zegt Nelissen. “We hebben al een aantal gemeenten bij ons langs gehad die vonden dat ze de ideale locatie hadden. Het zal in elk geval een plek moeten zijn waar het bestemmingsplan in orde is.” Dat dit alles in Brabant gebeurt is geen toeval. “Onze provincie heeft van het Rijk speelruimte gekregen om te experimenteren. Dat is nodig want soms is wetgeving een belemmering: technologische ontwikkelingen gaan nu eenmaal vele malen sneller dan de wetgever kan bijhouden.”
Nelissen heeft nog een laatste geruststelling voor de twijfelaars: “Onze slimme samenleving is ook een socialere samenleving. De wijk die we gaan bouwen heeft meer logische ontmoetingspunten waar bewoners kunnen samenkomen om bijvoorbeeld producten of diensten uit te wisselen. Wat gedeeld kan worden, zal ook gedeeld worden, waardoor het geheel veel inclusiever is dan onze huidige maatschappij. Zo bouwen we ook gemeenschappelijke logeerkamers – veel handiger dan wanneer ieder voor zich dat heeft en er maar 5% van de tijd gebruik van maakt. En gezelliger ook.”
“Smart Cities” is een van de hoofdthema’s van de Dutch Technology Week. Check de agenda voor de exacte gegevens.
Foto’s Heddy Gijbels