De collectie die Dutch Invertuals in zeven jaar heeft ontwikkeld spreekt tot de verbeelding, in het buitenland misschien nog wel meer dan in Nederland zelf. Dankzij continue deelname aan de Salone in Milaan en de Dutch Design Week in Eindhoven heeft het designerscollectief zich kunnen ontwikkelen tot een platform dat talenten ontdekt en laat doorgroeien, zowel onder de groepsidentiteit als onder hun eigen naam. Het is tijd voor een volgende stap.
Wendy Plomp is vanaf de start in 2009 de grote motivator achter Dutch Invertuals. Aanvankelijk vooral als collega-designer, maar sinds 2010 meer en meer als organisator en curator van het collectief. Sinds vorig jaar is het een full time job geworden. Zij is het nu ook die de logische vervolgstap in gedachten heeft: de sprong van talent ontwikkelen naar een meer bedrijfsmatige aanpak. Het eerste zichtbare resultaat: een gelikt online platform, waar niet alleen heel geordend de halfjaarlijkse output te zien is, maar waar dat alles ook daadwerkelijk te koop is. En waarlangs de nieuwe opdrachtgevers moeten worden binnengehaald.
Een gesprek met Wendy Plomp verraadt direct haar design-afkomst. “Sorry, wacht even, ik pak er een vel papier bij, dat praat wat makkelijker.” Haar woorden lopen vervolgens gelijk op met de ontwerpjes op haar schetsblok, tekst en beeld zijn parallelle werelden. We zitten in de grote ruimte van designbureau edhv aan de Fuutlaan, dat niet alleen dienst doet als hoofdkwartier voor Dutch Invertuals maar ook als de locatie voor de jaarlijkse DDW-expositie.
De groep is internationaal van karakter en wisselend van samenstelling. In de voorbereiding op Salone of DDW wordt er gezamenlijk naar een thematische expositie toegewerkt. Voor de komende DDW zijn ze met 13 leden. Elke twee weken komen die dan uit alle windstreken naar de Fuutlaan om de voortgang te bespreken. Zo vlak voor de DDW gaat de aandacht ook erg uit naar de uiteindelijke inrichting van de tentoonstelling zelf. Alle kantoorplekken van edhv worden dan ontruimd om gedurende 9 dagen plaats te maken voor de Dutch Invertuals.
“Elke keer kiezen we een ander thema, nu is dat Energy Overload”, zegt Plomp. “En de titel van de expositie is ‘Powerplay’. We onderzoeken de gevolgen van een steeds energiezuinigere en efficiënte leefomgeving. De technologie wordt geavanceerder en daarmee worden de toepassingen flink uitgebreid. Ook worden de technologieën betaalbaarder en dus alom vertegenwoordigd.
Een voorbeeld: als het Europese grid zijn energie niet kwijt kan wordt de overtollige energie naar enorme pomphuizen gestuurd die water naar een bassin op een berg pompen. Als er dan een energietekort ontstaat laat men het water weer naar beneden lopen om energie op te wekken. Een inspirerend voorbeeld. Maar hoe gaat dit in de toekomst? Wat als iedereen zelfvoorzienend wordt? Is er dan nog een Europees grid, kan er dan nog wel een economisch belang zijn? Wat gebeurt er als er een overschot aan energie is?”
De thema’s moeten volgens Plomp gezien worden als hoofdstukken in een boek. “Er is altijd samenhang tussen de verschillende exposities. Het is zelfs zo dat een aantal werken van de DDW wordt doorontwikkeld voor Milaan.”
De gezamenlijke visie op design is en blijft de basis waar Plomp als curator de focus op houdt. “Maar soms is dat lastig, juist omdat de groepsleden ook individuele activiteiten hebben. Dat is natuurlijk alleen maar goed, maar het is daarbij wel van belang de balans te blijven vinden. Mede daarom kiezen we nu voor die meer professionele structuur. We hebben zoveel al geïnvesteerd in Dutch Invertuals en tegelijk zien we dat er nog zoveel meer mogelijk is, dat we zijn gaan zoeken naar een manier om dat vast te kunnen houden.”
Met de nieuwe website kan het verhaal van de Dutch Invertuals beter tot zijn recht komen, zegt Plomp. “Het is ons visitekaartje, het laat alle aspecten zien van wat we kunnen leveren. Je ziet nu beter wie we zijn en wat we gedaan hebben. Er is in feite een timeline die per half jaar de ontwikkelingen laat zien. Zodat iemand die echt interesse in ons werk heeft, ook een vervolgstap kan zetten. Door bijvoorbeeld iets te kopen van het aanbod, of ons te benaderen voor een commerciële opdracht.”
Een ander onderdeel van de professionalisering is een verbreding van de expositiemogelijkheden. “Nu is het steevast Milaan en Eindhoven. Maar de collectie is zo sterk dat je best iets van die exposities kunt meenemen naar bijvoorbeeld New York, Basel of Taiwan. Daarmee worden de kansen van onze leden natuurlijk vergroot.”
Op de lange termijn zou er zelfs een vaste locatie kunnen komen voor de Dutch Invertuals. Maar dat is nog slechts een gedachte. “Nu eerst maar eens alle focus op de DDW. Dat wordt vast en zeker weer een mooi nieuw hoofdstuk!”