Dat we in een razend tempo moeten minderen met de uitstoot van koolstofdioxide om een 21ste eeuwse klimaatramp te voorkomen, is inmiddels meer dan duidelijk. Zo aan de macabere nieuwskoppen, alarmerende onderzoeksrapporten en onheilspellende voorspellingen voor de nabije toekomst te zien, lijkt een duurzame toekomst nog heel ver weg. Toch worden er wel degelijk kilometers gemaakt in Europa. Is het genoeg? Vermoedelijk niet.
Maar aan de gegevens van Eurostat is duidelijk te zien dat veel overheden flink hebben geïnvesteerd in duurzamere methoden om aan hun energieconsumptie te voldoen. Toch zijn op continentaal niveau de verschillen aanzienlijk. Het piepkleine IJsland en olierijke Noorwegen waren in 2020 de continentale koplopers. In Luxemburg en Malta was in dat jaar het laagste percentage van de energieconsumptie afkomstig uit hernieuwbare bronnen.
Van fossiel naar groen
Of het nu is voor een schonere planeet, het broeikaseffect tegen te gaan of minder afhankelijk te zijn van Russisch gas. Minderen met fossiele energiebronnen is in heel Europa een topprioriteit. Hoewel het natuurlijk altijd meer kan, betekent dit niet dat er helemaal niets gebeurt. In alle landen steeg het aandeel van de energieconsumptie dat wordt opgewekt met biomassa, waterkracht, wind of zonlicht.
Dit wordt in een oogopslag duidelijk na een blik op de onderstaande landenrace waarin de ‘vergroening’ van de energieconsumptie tussen 2004 en 2020 is gevisualiseerd aan de hand van oplopende percentages. Nederland, dat jarenlang onderaan bungelde in deze lijst, lijkt aan een bescheiden inhaalslag te zijn begonnen. Toch is de achterstand met de kopgroep nog altijd aanzienlijk.
Verwarming, verlichting en vervoer
Dunbevolkte landen met relatief veel hoogteverschillen zoals Albanië, Noorwegen, IJsland en Zweden voeren de lijst aan. Dit is ook niet heel gek, aangezien hier waterkrachtcentrales mogelijk zijn, al sinds jaar en dag de meest efficiënte bron voor duurzame elektriciteit.
Toch betekent dit niet dat ‘lage’ landen helemaal niet in staat zijn om aan hun duurzaamheidsdoelen te voldoen. Een goed voorbeeld hiervan is Denemarken, waar windturbines op dit moment al meer dan de helft van de elektriciteit opwekken. In 2030 moet dit 100 procent van de stroom en 55 procent van de totale consumptie – inclusief warmte – zijn.
Eurostat meet de totale energieconsumptie van een land aan de hand van drie verschillende deelcijfers: elektriciteit, warmte/verkoeling en brandstof voor voertuigen. Op de kaarten hieronder wordt duidelijk hoe op deze vlakken gescoord wordt. In de komende weken zoomt deze rubriek verder op deze gegevens in.
Groene Kampioenen
Wie is de groenste van Europa? Dat hangt er een beetje vanaf waar je exact op let. In het ‘combinatieklassement’ is dit IJsland op nummer 1, Noorwegen op 2 en Zweden op 3. Op het onderdeel binnenklimaat is het goud eveneens voor de eilanders, gevolgd door Zweden en een bronzen plak voor Montenegro, waar meer van airconditioning dan centrale verwarming nodig zal zijn vanwege het klimaat.
Stroom is het vaakst groen in Noorwegen, – opnieuw – IJsland en verrassend Albanië, waar voor meer dan 100 procent van de stroom van een niet-fossiele bron afkomstig is. Landen met een hoger inkomen hebben een aanzienlijke voorsprong in elektrisch rijden. Ook hier is sprake van Scandinavische suprematie met Zweden op kop, gevolgd door Noorwegen. Dit podium kent twee nummers drie: Finland en… Nederland.
Steun ons!
Innovation Origins is een onafhankelijk nieuwsplatform, dat een onconventioneel verdienmodel heeft. Wij worden gesponsord door bedrijven die onze missie steunen: het verhaal van innovatie verspreiden. Lees hier meer.
Op Innovation Origins kan je altijd gratis artikelen lezen. Dat willen we ook zo houden. Heb je nou zo erg genoten van de artikelen dat je ons een bedankje wil geven? Gebruik dan de donatie-knop hieronder: