Tests op antilichamen bij voormalige Covid-19 patiënten tonen soms al na enkele maanden geen positieve resultaten. Dit deed de vraag rijzen in hoeverre mensen die besmet zijn geraakt met het nieuwe coronavirus een langdurige immuniteit opbouwen. Of dat het mogelijk is om meerdere malen besmet te raken. Onderzoekers bij de UK Coronavirus Immunology Consortium (UK-CIC), van Public Health England en de Manchester University NHS Foundation Trust hebben nu een studie uitgevoerd om de rol van T-cellen in de immuniteit voor SARS-CoV-2 zes maanden na de infectie te onderzoeken.
In het kader van deze studie, waarvan een voorpublicatie in bioRxiv verscheen, verzamelden de wetenschappers bloedmonsters van meer dan 2000 klinische en niet-klinische gezondheidswerkers. Onder hen 100 personen die in maart/april 2020 seropositief voor SARS-CoV-2 testten. Alle 100 mensen vertoonden lichte tot matige symptomen, of waren asymptomatisch. Niemand had behandeling in het ziekenhuis nodig.
T-cellen na zes maanden aanwezig
De hoeveelheid antilichamen werden gemeten in serummonsters die maandelijks werden verzameld. Na zes maanden werden er bloedmonsters genomen om de cellulaire (T-cel) respons op SARS-CoV-2 en diverse eiwitten van het virus te beoordelen. De uitvoering van deze cellulaire analyses is veel complexer dan antilichaamstudies. Deze studie is een van de grootste ter wereld op dit gebied tot nu toe, waarbij 100 mensen betrokken zijn.
De onderzoekers ontdekten dat zes maanden na SARS-CoV-2 infectie T-cel reacties aanwezig waren in alle individuen. “De cellulaire immuunrespons was gericht tegen een aantal eiwitten van het virus, waaronder het piekeiwit dat in de meeste vaccinstudies wordt gebruikt”, leggen de wetenschappers uit. “Er was echter een vergelijkbare immuniteit aanwezig tegen andere eiwitten, zoals de nucleoproteïne. Dat suggereert dat deze nuttig kunnen zijn voor opname in toekomstige vaccinatieprotocollen. Dit alles leidt weer tot de suggestie dat een robuust cellulair geheugen tegen het virus minstens zes maanden aanhoudt.
Grote verschillen
Er waren echter aanzienlijke verschillen in de omvang van de T-celreactie tussen individuen. Het was 50 procent hoger bij mensen die zes maanden eerder een symptomatische ziekte hadden ervaren op het moment van de infectie. Verder onderzoek is nodig om de betekenis van deze bevinding te bepalen, benadrukken de onderzoekers. Het is mogelijk dat een verhoogde cellulaire immuniteit bij mensen met een symptomatische initiële infectie een verhoogde bescherming biedt tegen herinfectie. Aan de andere kant kunnen asymptomatische personen in staat zijn om het virus te bestrijden, zonder dat ze een grote immuunrespons hoeven te genereren.
Volgens de wetenschappers wijzen de resultaten niettemin op een robuuste cellulaire (T-cel) immuunrespons tegen SARS-CoV-2 zes maanden na de infectie. “Cellulaire immuniteit is een complex maar potentieel zeer belangrijk stuk van de COVID-19 puzzel. Het is belangrijk dat er meer onderzoek wordt gedaan op dit gebied,” zei Dr Shamez Ladhani, een consultant epidemioloog bij Public Health England en auteur van de studie. “De eerste resultaten tonen echter aan dat de T-celresponsen langer kunnen duren dan de initiële antilichaamrespons. Dat kan een aanzienlijke impact hebben op de ontwikkeling van het COVID-vaccin en op het immunologisch onderzoek.
De wetenschappers wijzen erop dat dit document een voorpublicatie is met voorlopige gegevens die nog niet door vakgenoten zijn beoordeeld.
