About conow
- Founders: Fabian Lukas Goslar (CEO), Adrian Sebastian Frey (CFO) und Simon Molden (CTO), Arne Ruge (COO);
- Founded in: 2022
- Employees: 7
- Money raised: Momentan Bootstrapping, eigenes Geld und eigene Leistung
- Ultimate goal: Durch unsere Engagement Plattform BürgerInnen in den Regionen eine starke Stimme geben;
De Oostenrijkse start-up conow ontwikkelde een platform dat mensen in hun eigen regio in staat stelt duurzame projecten voor te stellen of te ondersteunen. De focus ligt op coworking, mobiliteit en hernieuwbare energie – onderwerpen die de komende jaren steeds relevanter zullen worden om de duurzame doelstellingen (Sustainable Development Goals van de Verenigde Naties) te halen. Daarnaast moet het platform burgers aanmoedigen om zelf ideeën in te brengen. Als die ideeën steun krijgen van medeburgers in de vorm van ‘likes’, neemt de kans op uitvoering toe. In deze aflevering van Start-up-of-the-day legt mede-oprichter Adrian S. Frey legt het idee achter conow uit.
Hoe is het idee voor het conow-platform tot stand gekomen?
“Fabian en ik hebben elkaar ontmoet tijdens een programma voor ondernemend leiderschap voor Oostenrijkse start-ups. Onze eerste benadering was het gebruik van leegstaande ruimtes. Later hebben we ons gericht op coworking space, omdat bijna elke gemeenschap wel een veelbelovende, leegstaande gebouwen heeft – of het nu een verlaten postkantoor of bank is. Zo evolueerde ons idee en werd het, met duurzame mobiliteit en gedecentraliseerde energievoorziening, uiteindelijk een drie-pijlermodel. Wat alle onderwerpen gemeen hebben, is dat ze samenwerking vereisen. Vandaar ook de naam conow, die verwijst naar ‘nu samenwerken’.”
Wat moeten we ons bij die drie pijlers voorstellen?
“Veel mensen pendelen tussen landelijke en stedelijke gebieden. Dit verzwakt de economie in plattelandsgemeenschappen. Het creëert ook particulier vervoer, dat verantwoordelijk is voor het grootste aandeel in de CO2-uitstoot op de Oostenrijkse wegen. Een coworking space kan de gemeenschap nieuw leven inblazen en tegelijkertijd bijdragen aan de verwezenlijking van de SDG-doelstellingen – door het verkeer te verminderen.”
Ook interessant: Triply regelt evenementenvervoer voor jongeren
“Op het gebied van duurzame energie zouden particulieren bijvoorbeeld hun krachten kunnen bundelen door zonne-energie projecten op te zetten en een energiegemeenschap te exploiteren. Of, als we het hebben over mobiliteit, zou conow een oplossing kunnen zijn voor immobiele jonge en oude bevolkingsgroepen, voor mensen die vrijwillig rijden of voor het delen van voertuigen en routes. Dit vereist passende communicatie, coördinatie – en partners die conow willen leveren.”
“Zelfs als een gemeenschap al deze problemen al heeft opgelost, zijn er nog andere uitdagingen – zoals een gebrek aan kinderopvangfaciliteiten of gemeenschapsprojecten. Wij willen dat gebruikers dit onder ogen zien op ons platform en hun ideeën kunnen bijdragen zonder beperkingen.”
Wat zijn jullie drijfveren?
“Wij zijn de best verbonden samenleving aller tijden, maar buiten de steden is daar nog weinig van terechtgekomen. Velen volgen wat er in de wereld gebeurt via sociale media, maar zijn niet op de hoogte over wat er speelt in hun eigen gemeenschap. Ze zeuren alleen over problemen – dat is precies waar wij in geïnteresseerd zijn. Wij luisteren als iets niet heeft gewerkt, of waar iets dat bestaat, niet wordt gebruikt. Wij willen dat veranderen door de debatten te verleggen naar het platform en ons af te vragen: wat is er nodig om het tóch te laten werken? Op die manier kunnen wij projecten tot stand brengen die anders niet of pas na lange tijd van de grond zouden zijn gekomen.”
Hoever zijn jullie op dit moment?
“We testen momenteel een prototype van de software. Het is mogelijk het aan te passen aan de eisen van de respectieve gemeenten. We zijn in gesprek met gemeenten in Oostenrijk en Zuid-Duitsland om te weten te komen wat de aandachtspunten in die regio’s zijn. Zo willen we de markt en onze partners beter leren kennen om te zien wat waar het meest zinvol is. Op dit moment bootstrappen we, maar we werken aan financiering om conow naar het volgende niveau te tillen.”
Wat was het grootste obstakel dat je moest overwinnen?
“In het begin duurde het even voor we wisten welke richting we uit wilden met ons project. Uiteindelijk hebben we besloten samen te werken met gemeenten om een regionaal gericht effect te creëren. Daar hebben we van onze contactpersonene in de regio’s tot dusver zeer positieve feedback op ontvangen.”
Wat zijn de beste momenten tot nu toe?
“Bij het samenstellen van het team merkten we dat veel mensen openstonden voor ons idee. Intussen zijn wij een team van zeven waarin iedereen zijn sterke punten kan inbrengen – ook in een fase waarin nog veel flexibiliteit nodig is. Dat is een goede status quo. Een ander hoogtepunt was dat we bij het Greenstart 2021-initiatief een plaats behaalden in de top tien klimaatrelevante start-ups in Oostenrijk.”
Waar willen jullie met conow over vijf jaar staan?
“Als we erin slagen conow in elke gemeente in Oostenrijk op te richten, kunnen we dat ook in heel Europa doen. Ook voorbij de landsgrenzen is het mogelijk anderen aan boord te krijgen. Wij denken ook dat ons platform een grote impact kan hebben in landen met zwakkere politieke systemen.”
Wat maakt jullie innovatie anders dan bestaande initiatieven?
“Op dit moment verloopt de communicatie tussen gemeenten grotendeels via kranten en websites. Ons platform gaat niet alleen over wanneer het vuilnis wordt opgehaald of wat de openingstijden van de huisartsenpraktijk zijn. Mensen kunnen via ons platform zelf ideeën inbrengen, zo bevorderen we de permanente dialoog tussen de leiders van de gemeenschap en de burgers. Bij ons kunnen mensen op een participatieve manier betrokken raken bij hun gemeenschap. Iedereen wil gehoord worden en de steun van medeburgers helpt om de juiste investeringen in de regio op gang te brengen. Weten wanneer het zin heeft om samen te werken is gunstig voor iedereen. Altijd onder de voorwaarde dat de zaken geschikt zijn om de SDG-doelstellingen te bereiken, nuttig zijn voor de burgers en economisch in kaart kunnen worden gebracht.”