Author profile picture

Hij is fel oranje en maar liefst 75% recyclebaar: Phoenix, de nieuwe wagen van TU/ecomotive. Achter de indrukwekkende vierwieler, die het team recent aan de wereld presenteerde, staat een toegewijd studententeam dat al sinds 2012 bestaat. IO sprak met de huidige teammanager Tim van Grinsven en de teammanager van 2017, Jelle Vonk, over hun ervaringen.

Over deze serie

In de serie Teamcaptains Toen & Nu gaan we in gesprek met een voormalige en de huidige teammanager van studententeams binnen de 4TU.Federation. Studenten van de vier technische universiteiten in Nederland bewijzen elk jaar hun innovatiekracht in diverse studententeams. Hoe kijken zij naar hun deelname? Wat zijn hun belangrijkste lessen? En wat betekent dat voor hun toekomst? Vandaag spreken we met de huidige teammanager Tim van Grinsven, en Jelle Vonk: teammanager uit 2017.

TU/ecomotive staat voor een spannende periode. Een reeks evenementen staat voor de deur: het team gaat de splinternieuwe auto presenteren aan universiteiten en bedrijven. Met Phoenix hebben de studenten een grote stap vooruit gezet in duurzaamheid in vergelijking met de huidige generatie auto’s op de weg, die slechts voor 21% recyclebaar zijn.

© TU/e – Sarp Gürel

Van Grinsven geeft momenteel leiding aan het team. Hij heeft een bachelor werktuigbouwkunde in de pocket en is momenteel, naast de vele uren die hij steekt in zijn team, bezig met zijn master. “Ja, hard werken is het zeker”, geeft hij toe. Zo’n gloednieuwe auto zet je niet zomaar even in elkaar. “Ik volg twee vakken, maar heel eerlijk: af en toe skip ik college. Ik ben niet de enige trouwens. Veel studenten laten hun studie soms even liggen om aan de auto te werken. Dat is niet altijd de verstandigste keuze, maar het laat wel zien hoe gemotiveerd iedereen is. Je hebt er natuurlijk ook heel veel aan, zo’n ervaring bij TU/ecomotive. Juist ook na je studie.” 

Flink aan de slag dus: dat is het lot van een teammanager. Vonk herkent dat als geen ander. Momenteel werkt hij als consultant bij Ricardo Rail, maar in 2017 gaf hij leiding aan het team. “Ik heb toentertijd in het hele jaar maar één vak gevolgd en verder fulltime aan de auto gewerkt, soms wel 50 tot 80 uur per week. In één jaar doe je zo’n beetje vijf jaar werkervaring op.”

De auto van zijn jaar heette Noah. Een compleet ander model dan Phoenix, maar ze hebben het duurzame aspect gemeen. Beide wagens zijn volledig elektrisch. Plus: “het is een biobased auto met composieten van vlasvezels en plastic gemaakt van suikerbiet.” 

Leren van voorgaande jaren

Duurzaamheid is dus het overkoepelende thema van de verschillende generaties wagens. Verschillen zijn er ook zeker. Van Grinsven merkt op dat het grootste verschil tussen de generaties auto’s hun grootte en volwassenheid is. “De voertuigen beginnen steeds meer op échte auto’s te lijken,” vertelt hij. “We leren elk jaar enorm veel van de vorige teams. In de beginjaren hadden de auto’s soms meer weg van een zeepkist, of een onderzeeër”, zegt hij lachend.

Zo kon het team afkijken van een slim elektronica-idee dat werd ontwikkeld in 2017. Vonk: “We kwamen met een concept voor modulaire elektronica. Hierdoor konden we de ‘slimme’ rekencomponenten eenvoudig op de ‘domme’ componenten aansluiten. Als er iets kapot gaat, hoef je alleen het slimme of het domme deel te vervangen. Zo bespaar je op materiaal. Dit systeem is ook geïntegreerd in de Phoenix. Dus, ondanks dat we elk jaar met een nieuw ontwerp komen, leren we van eerdere teams, zodat TU/ecomotive met steeds betere wagens komt.” 

Via de Raad van Advies, dat bestaat uit oud-teamleden, ontvangt het huidige team waardevolle tips, bijvoorbeeld over elektronica en ontwerp. Ook Vonk was actief in deze raad. “We geven  ook advies over partners,” voegt de oud-manager toe. “Ik weet uit ervaring dat je soms last kunt krijgen van tunnelvisie. Dan heb je je ontwerp al helemaal af, en dan ga je in gesprek met een nieuwe partner die zegt: ‘Waarom zou je het niet anders doen?’ Soms hebben ze een punt, soms niet. Dus op tijd de telefoon pakken en partners bellen: dat geef ik ze vaak mee.” 

Mijlpalen

Beide heren hebben hun eigen bijzondere mijlpalen ervaren bij TU/ecomotive. Voor Van Grinsven was dat de auto-onderdelen bij partnerbedrijven werden gemaakt. “Onze auto bestaat uit grote 3D-componenten, en het is mooi om te zien hoe die met een grote printer tot leven komen. Je hebt een maand lang naar dat onderdeel op je computerscherm gekeken, en dan is het eindelijk zo ver.” Een voorbeeld hiervan is het interieur, dat als één onderdeel werd geprint met een robotarm bij CEAD, een bedrijf in Delft. Momenteel werkt het team samen met 33 partners. 

Vonk herinnert zich dat het passend maken van de gehele puzzel hem vooral veel voldoening gaf. “Uiteindelijk moet alles samenkomen: mechanisch, elektrisch en qua ontwerp. De elektrische aandrijflijn moet bijvoorbeeld perfect aansluiten op het onderstel, en dat vereist samenwerking tussen twee totaal verschillende teams. Wanneer dat moment dan eindelijk daar is, is dat echt een geweldige ervaring.”

Uitdagingen

Het leven als teammanager gaat niet alleen over rozen. Naast de lange dagen, staan ze voor meer uitdagingen. Vonk: “Ik had soms moeite met het behartigen van de belangen van het team en onze partners. Ik wilde het team graag vooruit helpen, natuurlijk, maar tegelijkertijd zijn er verwachtingen vanuit de partners. We spraken bijvoorbeeld af om op beurzen of evenementen te staan, terwijl je je teamleden ook heel hard nodig hebt om de auto in elkaar te zetten.” 

Van Grinsven herkent dat. “Ook het schipperen tussen de verschillende disciplines binnen het team kan een enorme uitdaging zijn. We hebben een elektro-, mechanisch en designteam, en die teams hebben geregeld een compleet andere mening. Het ontwerpteam wil soms iets onmogelijks creëren, terwijl het mechanische team een ontwerp vaak zo eenvoudig mogelijk wil houden.  Een middenweg vinden is soms echt lastig.” Ook kan er gekibbel ontstaan rondom wie er aan de beurt is om aan de auto te sleutelen. Er zijn tussen de 10 en 20 studenten betrokken. “We hebben wel eens mensen naar huis moeten sturen. Dan stonden ze al twee uur te wachten om aan de slag te kunnen.” 

Teamwork

Ondanks alle struggles hebben de twee heren het voor elkaar gekregen om binnen de deadline een auto op te leveren. “Hebben we toch mooi gedaan,” zegt Vonk (lacht). “Niet alleen natuurlijk, maar met het hele team.” 

Beide teammanagers zijn het eens: het is prachtig om te zien dat studenten een groei doormaken. “In het begin weten sommigen nog niet precies wat ze doen, maar tegen het einde straalt het vertrouwen er vanaf”, merkt Van Grinsven op. Vonk knikt instemmend: “Het is fantastisch om te zien hoe ze, richting het einde van het jaar, een gefundeerde mening weten te vormen.” 

De garage als huiskamer

De twee teammanagers spreken elkaar nog regelmatig. En dat is geen uitzondering op de regel. “Oud-teamleden lopen regelmatig de deur plat bij TU/ecomotive”, zegt Vonk. “Het schept natuurlijk een band; je werkt maandenlang samen aan een project.” Van Grinsven voegt daaraan toe: “Je ontbijt, luncht en dineert samen. Het is bijna alsof de garage je nieuwe woonkamer is, en het team je familie.” 

Het team bezoekt de Dutch Design Week en de Electronic Fair in München. Daarnaast staan er bezoeken aan drie technische universiteiten op het programma in Zweden, Denemarken en Duitsland. Vervolgens brengt het team een bezoek aan verschillende autofabrikanten, waaronder Volvo. Een volle planning, maar met een helder doel. De studenten hopen autofabrikanten te inspireren om auto’s circulair te ontwerpen.

Tegelijkertijd is het nieuwe team twee weken geleden van start gegaan. Van Grinsven, die volgend jaar deelneemt aan de Raad van Advies, is positief: “Ik kan niet wachten om te zien hoe de volgende auto gaat worden!”

Samenwerking

Dit artikel is gemaakt in een samenwerking tussen 4TU.Federation en onze redactie. Innovation Origins is een onafhankelijk journalistiek platform dat zijn partners zorgvuldig uitkiest en uitsluitend samenwerkt met bedrijven en instellingen die achter onze missie staan: het verhaal van innovatie verspreiden. Op die manier kunnen wij onze lezers waardevolle verhalen aanbieden die volgens journalistieke richtlijnen tot stand zijn gekomen. Wil je meer weten over hoe Innovation Origins samenwerkt met andere bedrijven? Klik dan hier