Carbyon, een bedrijf dat baanbrekende DAC-technologie (Direct Air Capturing) ontwikkelt, heeft samengewerkt met vier ontwerpers om het uiterlijk en de functionaliteit van zijn CO₂-vangmachines te vernieuwen. Tijdens een gesprek met de ontwerpers, dat werd gepresenteerd door Beatrix Bos, project manager en impact creator bij Carbyon, werd benadrukt hoe design de publieke perceptie kan beïnvloeden en kan bijdragen aan de wereldwijde strijd tegen klimaatverandering. Toen de ontwerpers hun concepten presenteerden, werd duidelijk dat ze deze machines efficiënt en visueel boeiend wilden maken.
De kloof tussen technologie en design overbruggen
“We gaan CO₂ uit de lucht halen met mooie machines,” begint Beatrix Bos. “Dit concept is voor veel mensen nog ongewoon; bij Carbyon vergeten we dat wel eens.” Ze wees erop dat terwijl het bedrijf zich heeft gericht op technologische ontwikkeling, ze zich realiseerden hoe belangrijk het is hoe het publiek de machines ziet. Met dat in gedachten werkte Carbyon samen met ontwerpers om modulaire DAC machines te maken die effectief functioneren en esthetisch aanslaan bij mensen.
Bos reflecteerde op de kloof tussen de tech- en designwereld en benadrukte de noodzaak om die kloof te overbruggen. “Tijdens de Dutch Design Week zien we bijna geen regionale techbedrijven. Dat is vreemd, want design en technologie zouden samen moeten komen.” Om deze werelden dichter bij elkaar te brengen, werkte Carbyon samen met de Dutch Design Foundation om vier ontwerpers met verschillende perspectieven te engageren, die elk de uitdaging aangingen om een machine te ontwerpen die koolstof direct uit de lucht vangt.
Joris Zandbergen: luchtstroming visualiseren met ‘Airscapes’
De eerste ontwerper, Joris Zandbergen, presenteerde een concept met de naam Airscapes. Zijn visie is: de interne processen van CO₂-verwijdering blootleggen, waardoor het onzichtbare zichtbaar wordt. “Bij zonnepanelen is het moeilijk te zien wat ze doen, maar bij windturbines kun je de functie zien,” legt de ontwerper uit. Hij wilde dit principe toepassen op de machines van Carbyon door panelen te ontwerpen die bewegen als reactie op luchtstromen, zodat mensen de luchtstroom kunnen visualiseren.
Zijn ontwerp bestaat uit snelle, flexibele panelen die licht wiebelden als de machine in werking was. “De panelen zijn reflecterend, zodat je de bewegingen nog beter kunt zien en een soort dans met de wind creëert,” voegt hij toe. Zandbergens doel is om niet alleen functionaliteit, maar ook nieuwsgierigheid op te wekken bij voorbijgangers. Hij hoopt een tastbaar verband te creëren tussen de machine en het doel ervan door de in- en uitstroom van lucht zichtbaarder te maken.
Yotam Sion: machines transformeren in ‘Luchttorens
Yotam Sion liet zich voor zijn ontwerp inspireren door iconische bouwwerken zoals watertorens en noemde zijn concept Air Tower. Het idee was om de machines visueel prominent maar toch benaderbaar te maken en ze te veranderen in “vriendelijke reuzen” in het landschap. Sion ziet de CO₂-vangmachines als structuren die naar de hemel reiken, zoals een windmolen of een vuurtoren.
“Ik koos een witte kleur voor het ontwerp, als symbool voor schone lucht.” Sion stelde ook voor om de machines modulair en aanpasbaar te maken, door het gebruik van transparante of gekleurde panelen. Bij zijn ontwerp ging het niet alleen om het verwijderen van koolstof, maar ook om het creëren van een herkenbaar oriëntatiepunt dat in verschillende omgevingen kan opgaan of juist kan opvallen.
Sion vertelt dat sommige mensen zijn ontwerp vergeleken met iets uit een sciencefictionfilm, terwijl anderen het zagen als een meer vertrouwde en toegankelijke structuur. “Het is grappig dat het zulke verschillende associaties kan hebben, maar dat maakt het juist interessant,” aldus de ontwerper.
Lotte Wigman: een oase van koolstofafvang
Lotte Wigman benadert het project vanuit een ecologisch perspectief. Met haar ontwerp, AquaTerra Oasis, stelt ze zich voor dat de machines bijdragen aan lokale ecosystemen, vooral in droge omgevingen zoals woestijnen. “Een van de locaties waar we deze machines zouden kunnen plaatsen is de woestijn, waar veel energie en ruimte is,” legt Bos namens Wigman uit.
Haar concept was geïnspireerd op de DAC-machines, die ook water opvangen als bijproduct. Wigman gebruikt dit water om het land rond de machines te irrigeren en zo een oase in de woestijn te creëren. Ze liet zich inspireren door cirkelirrigatiesystemen, waarbij het water gelijkmatig rond een centraal punt wordt verdeeld. “Dit geeft de machine een natuurlijker gevoel, waardoor het iets wordt dat met de natuur samenwerkt in plaats van ertegen.”
Wigman richtte zich ook op het gebruik van natuurlijke materialen voor de buitenkant van de machine, waardoor deze harmonieuzer zou zijn met de omgeving. Haar ontwerp is erop gericht om koolstofafvanginstallaties om te vormen tot bloeiende ecosystemen die kunnen bijdragen aan de lokale biodiversiteit.
Joshua Holetz: machines vermengen met de natuur
Joshua Holetz concentreerde zich op hoe de machines konden opgaan in hun omgeving. Zijn ontwerp is geïnspireerd op organische vormen die in de natuur voorkomen, zoals het pantser van een gordeldier of de structuur van een kreeft. “Ik wilde dat de machine een natuurlijk onderdeel van de omgeving zou worden, niet iets vreemds,” legt Holetz uit.
Zijn ontwerp bestaat uit modulaire panelen die kunnen worden aangepast met lokale materialen zoals klei of gerecycled hout, waardoor elke machine uniek is voor zijn locatie. “Je zou zelfs kunnen samenwerken met lokale kunstenaars om specifieke ontwerpen te maken voor elke machine, zodat het kunstwerken worden.”
Holetz onderzocht een horizontaal modulair ontwerp dat kan worden aangepast aan de beschikbare ruimte. In stedelijke omgevingen zouden kleinere, compactere modules geïnstalleerd kunnen worden in parken, terwijl grotere installaties ingezet zouden kunnen worden in open gebieden zoals woestijnen. “Het doel is om de machine deel te laten uitmaken van het landschap of zelfs een nieuw landschap te creëren waar mensen met elkaar in contact kunnen komen.”
Een visie voor de toekomst
Beatrix Bos dacht na over de bijdragen van de ontwerpers toen de bijeenkomst werd afgesloten. “Dit project geeft ons een kijkje in de toekomst.”. Terwijl de machines nog in ontwikkeling zijn, is Carbyon van plan om design te blijven integreren in het proces, om ervoor te zorgen dat hun machines functioneel, visueel aantrekkelijk en milieubewust zijn.
Hoewel er misschien niet één winnaar zal zijn in deze ontwerpuitdaging, heeft de samenwerking een gesprek op gang gebracht dat vorm zal geven aan de toekomst van Carbyon’s direct air capture machines, waardoor ze symbolen worden van innovatie in de strijd tegen klimaatverandering.
De vier designproducten worden tentoongesteld in het Eindhovense Klokgebouw tijdens de Dutch Design Week, die loopt tot en met zondag 27 oktober.