Nieuwe rekenregels en verminderde subsidies bedreigen de Nederlandse plannen voor de ontwikkeling van groene waterstof, zo meldt het Financieele Dagblad (FD). De intentie om op grote schaal waterstoffabrieken op te zetten, met name door raffinaderijen, loopt gevaar doordat deze bedrijven nu minder financiële steun kunnen verwachten. De voorziene subsidie is afgebouwd tot slechts 40 procent van wat oorspronkelijk werd beloofd. Hierdoor is het voor grote raffinaderijen minder aantrekkelijk geworden om te investeren in groene waterstoffabrieken.
Deze terugschaling van de subsidie heeft volgens het FD vooral grote gevolgen omdat investeerders in Nederland al hadden gerekend op een bepaald niveau van financiële steun om de rendabiliteit van hun projecten te garanderen. Met de nieuwe beperkingen vallen deze verwachtingen in duigen.
Cruciaal voor de energietransitie
De productie van groene waterstof is echter cruciaal voor de energietransitie, omdat het industriële sectoren helpt die moeilijk van aardgas los te koppelen zijn. Voor zulke industrieën, evenals voor sectoren zoals transport, biedt waterstof een schonere vervanging voor aardgas.
Duitsland zet in op grootschalige productie
De aanpak van Nederland verschilt sterk van Duitsland, waar men veel meer inzet op grootschalige productie van waterstof, een strategie die juist noodzakelijk is om waterstofprojecten zowel haalbaar als betaalbaar te maken.