Zolang we bestaan, verwonderen we ons over de oneindige ruimte die het heelal heet. Onze voorouders brachten offers aan goden die ze dachten te vinden tussen de sterren, en nu werkt SpaceX er hard aan om de eerste mensen op Mars te zetten. Maar het onpeilbare duister kan ons nog iets anders, zeer kostbaars brengen: schaarse metalen. Mijnbouw in de ruimte zou weleens dé sleutel kunnen zijn tot het volbrengen van de energietransitie.
Een heldere avond, ver weg van de stad. Op wie heeft het uitzicht op de zwarte duisternis met ontelbaar veel lichtpuntjes geen magische invloed? Als klein meisje keek ik vaak omhoog. Of ik las boeken over zwarte gaten. Vooral de plaatjes waren betoverend. Ik dagdroomde geregeld over een carrière als astronaut, of over aliens in een ander sterrenstelsel.
Zo’n 25 jaar geleden had ik nog nooit gehoord van mijnbouw in de ruimte. De kinderen van nu zullen daar ongetwijfeld wel iets van meekrijgen, via hun ouders of het NOS Jeugdjournaal. Sommigen zullen dagdromen over ruimteschepen die ieder zo snel mogelijk een berg goud willen bemachtigen.
Sleutel voor de energietransitie
Goud is aantrekkelijk, maar er is momenteel vooral behoefte aan andere waardevolle metalen. De energietransitie leidt tot een toenemende vraag naar onder meer lithium, kobalt, nikkel en koper. Zo is er voor een elektrische auto bijvoorbeeld drie keer zoveel koper nodig als voor een traditionele auto met een verbrandingsmotor.
Waar halen we die metalen vandaan? Nou, nu vooral van landen waar we helemaal niet afhankelijk van willen zijn. Rusland produceert bijna de helft van het palladium wereldwijd: een edelmetaal dat onder meer wordt gebruikt in katalysatoren en dat belangrijk is voor de auto-industrie. Of wat dacht je van China? Het land behoort tot de grootste spelers van de wereld als het gaat om de winning van onder meer palladium en aluminium. Bedrijven wereldwijd staan bovendien klaar om kobalt en nikkel te delven op de bodem van de Stille Oceaan.
Tijdens het ontstaan van de aarde werden veel metalen door de zwaartekracht naar de kern getrokken, waardoor ze nu nog maar zelden in de aardkorst te vinden zijn. Op sommige planetoïden (stukken materie die zich evenals planeten en dwergplaneten in een baan om de zon bewegen), echter, liggen ze zeer dicht aan de oppervlakte. Er bestaan zelfs planetoïden die compleet uit metaal bestaan.
In de ruimte liggen de metalen, die we zo hard nodig hebben, dus voor het oprapen. We moeten ze alleen nog wel ‘even’ ophalen. Laten we ons een toekomstscenario voorstellen waarin we dat voor elkaar hebben gekregen. Hoe zou de wereld eruitzien, als… de ruimte ons voorziet in schaarse metalen? Is ruimtewinning dé oplossing waar we al zo lang op wachten?
Auto-industrie in een stroomversnelling
In ons scenario dalen de kosten van elektrische auto’s aanzienlijk: gemiddeld met een derde. Dit komt doordat we belangrijke metalen zoals lithium en nikkel uit de ruimte winnen. Voor een prikkie ben je de trotse bezitter van een Tesla.
Ook geeft mijnbouw in de ruimte de productie van waterstof een flinke boost. Electrolyzers, essentieel voor het opwekken van waterstof, worden op grote schaal ingezet. Het aantal bedrijven dat in Europa waterstof produceert is in tien jaar tijd vertwintigvoudigd.
Maar de voordelen reiken verder dan alleen elektrische auto’s en waterstof. Ruimte-mijnbouw leidt ook tot innovaties in andere sectoren, zoals de productie van duurzame materialen. Het resultaat is dat we de uitstoot van fossiele brandstoffen bijna hebben teruggebracht tot een nulpunt.
De brulaap komt terug
Een ding staat buiten kijf: de natuur op aarde heeft het flink te verduren gehad door mijnbouw op aarde. Het blijkt dat de omvang van de ontbossing in de mijnbouwgebieden zelf drie keer zo groot was als in niet-mijnbouwgebieden. Maar dankzij ruimtemijnbouw is de Amazone voor een groot deel hersteld. Diersoorten die met uitsterven bedreigd werden, zoals de jaguar en de tapir, floreren. Ook de bijzondere brulaap, die zeer afhankelijk is van een gezond ecosysteem, keert langzaam terug naar zijn oorspronkelijke leefgebied.
In de periode pre-ruimtewinning, kwam ongeveer twee derde van het kobalt uit Congo. Dit zilverblauwe mineraal hebben we bijvoorbeeld nodig voor de kathode in lithium-ion batterijen, die worden gebruikt in elektrische auto’s, smartphones en andere apparaten. Echter, de mijngebieden van Congo zorgden ook altijd voor ernstige vervuiling van lucht, water en bodem. Daarmee had het een aanzienlijke impact op de gezondheid van mijnwerkers en omringende gemeenschappen. Deze regio stond zelfs in de top tien van meest vervuilde plekken wereldwijd.
In de toekomst niet meer. De lucht- en waterkwaliteit is in ons scenario enorm verbeterd. Dit, in combinatie met andere maatregelen die het land heeft getroffen wat betreft veiligheid en infrastructuur, heeft ervoor gezorgd dat Congo steeds populairder wordt bij toeristen.
Van wie is de ruimte?
Echter is niet alles rozengeur en maneschijn. Ja, we zijn over de loop van de jaren minder afhankelijk geworden van landen als Rusland en China. Maar de ruimte heeft ook een nieuw spanningsveld gecreëerd. Daar, boven onze hoofden, ontvouwt zich een conflict dat doet denken aan de strijd om territorium op zee: in principe is het van niemand, maar daardoor juist van iedereen. De mensheid is verwikkeld in complexe discussies over eigendomsrechten en regelgeving. En die discussies lijken nog lang niet aan hun einde te komen.
Bovendien dient zich nog een probleem aan. We mogen dan wel blij zijn dat we hier in Europa geen vervuilende mijnbouw in onze achtertuin hebben; maar het milieuprobleem heeft zich slechts verplaatst. In de omloop van de aarde bevinden zich talloze resten van oude satellieten, rakettrappen en ander afval dat een groeiende bedreiging vormt voor de internationale ruimtevaart. Diverse bedrijven, groot en klein, richten zich op het ruimen van puin, maar we zijn er nog niet. Immers opereert niet iedereen in de ruimte met de beste intenties, net zoals er in de mode-industrie, helaas, genoeg bedrijven zijn die de grenzen van ethiek en verantwoordelijkheid opzoeken.
Oorlogje spelen
Waar ik ook weleens bang voor ben: de mensheid die oorlogje gaat spelen met ruimteschepen. Sterker nog: nu al vindt er volop geruzie plaats over de maan. Ik ben benieuwd of we in de toekomst onze neiging tot ‘landjepik’ kunnen bedwingen. Voor de energietransitie zou dat in ieder geval heel goed van pas komen.
Goed, het valt nog te bezien dat we het überhaupt eens kunnen worden over de noodzaak van een energietransitie, hier op aarde. Eerst maar eens zorgen dat ons grote, ronde, blauwe ruimteschip niet stuurloos door de ruimte drijft!