© Pixabay
Author profile picture

Wat kunnen ondernemers in de maakindustrie doen met alle data uit hun machines? Om antwoord op deze vraag te krijgen kunnen ze vanaf vandaag officieel terecht bij het Data Value Center Smart Industry (DVC-SI) op de Brainport Industries Campus. “Er lopen heel wat ondernemers rond die inzien dat data steeds belangrijker wordt in de digitale economie”, vertelt Gerard Blom, van de Brabantse Ontwikkelings Maatschappij, een van de partners in het DVC-SI. “Maar vaak hebben ze geen idee wat ze ermee aan moeten. Het ontbreekt aan kennis en ervaring.”

Om deze groep ondernemers toch een idee te geven wat er allemaal mogelijk is met data, organiseert het nieuwe centrum workshops, masterclasses en andere bijeenkomsten. “Bedrijven leven met de waan van de dag, tegelijkertijd zien ze wel dat de industrie verandert. Steeds meer gaat digitaal, verbonden en automatisch. Ze zien dat andere bedrijven hun onderhoud optimaliseren door data slim te gebruiken. Dat maakt anderen nieuwsgierig. Door die voorbeelden willen we ze uitdagen om zelf na te denken waar voor hun bedrijf de meerwaarde van data ligt.”

Want op de hoogte zijn van de mogelijkheden om vervolgens een oplossing te ‘shoppen’ bij een IT-bedrijf, heeft volgens Jan Wester van TNO, ook betrokken bij het Data Value Center, helemaal geen zin. “Het is niet langer een kwestie die je kunt uitbesteden aan een IT-bedrijf. Processen zijn te complex, om echt de meerwaarde van data voor je bedrijf te vinden zul je gekwalificeerde mensen in dienst moeten nemen. Dit is het begin van een nieuw tijdperk waar data onderdeel wordt van primaire bedrijfsprocessen.” Wester benadrukt dat het daarom voor bedrijven nodig is om eerst een stap terug te doen en zichzelf af te vragen waar ze behoefte aan hebben.

Plek om te experimenteren

Maar hoe weet je dat als ondernemer? Hiervoor biedt het DVC-SI een bedrijfsscan aan. “We willen ondernemers die een kans zien hiermee over de drempel trekken aan de slag te gaan of uitdagen de volgende stap te zetten.” Of dat nu gaat om ondernemers die nog helemaal niets met hun data doen of om mensen die data gebruiken om productie te automatiseren, maakt volgens hem niet uit. “We willen er zijn voor ieder kennis-niveau. Bedrijven gaan met een expert in gesprek die ze kan helpen de eerste stap te zetten. Of wanneer bedrijven al enige kennis in huis hebben, brengt een expert ze met de juiste partijen in contact”, legt Blom uit.

Vanuit het centrum zelf wordt op dit moment uitgezocht waar ondernemers behoefte aan hebben. Wester: “We kijken of we mkb’ers mee kunnen nemen in systemen en ketens. Want als de ‘grote broer’ het belangrijk vindt, wordt dat het vanzelf voor mkb’ers. Ook zoeken we aansluiting met de verschillende Smart Industry Fieldlabs om na te gaan welke vraag ondernemers hebben. Wij kunnen ze niet opleggen dat ze meer moeten doen met data.”

Uiteindelijk is het de bedoeling dat bedrijven die helder hebben wat ze nodig hebben, een veilige plek krijgen om te experimenteren.  “Een pré-competitieve plek waar ze kunnen uitvinden hoe ze data gaan inzetten. Wij willen in het centrum alle kennis samenbrengen”, legt Wester uit. Volgens hem wordt er vanuit hogescholen en universiteiten sterk gestuurd op samenwerking met het bedrijfsleven. “We doen een poging om te doorbreken dat alles apart gaat door zoveel mogelijk te bundelen. Juist omdat we straks weten waar bedrijven behoefte aan hebben, kunnen we het praktisch aanpakken en met concrete voorstellen komen.”

Omscholen en nieuw talent

Voor die kennisbundeling is Surf een belangrijke partner, met een landelijk netwerk en digitale ervaring. Binnen het centrum kunnen bedrijven rekenen op de expertise van onderzoekers, docenten en nieuw talent van JADS. Blom: “Het is voor veel bedrijven lastig om aan goed personeel te komen. Bij JADS wordt gekeken naar nieuwe opleidingen die data wetenschap en bedrijfsvoering combineren. Daarnaast hebben ze ook lesmateriaal om ondernemers bij te scholen op data-gebied. Maar we spreken ook met Fontys en Summa hoe ze een bijdrage kunnen leveren aan dit initiatief. Dat is het mooie van een locatie als BIC, waar onderwijs en bedrijfsleven samenkomen.”

Het DVC-SI is een samenwerking van Brabantse Ontwikkelings Maatschappij, Brainport Development, Brainport Industries, FME, Jheronimus Academy of Data Science, Koninklijke Metaalunie, Midpoint Brabant, REWIN, SURF en TNO, en wordt ondersteund door Provincie Noord-Brabant en het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat. Voor de komende twee jaar krijgt het centrum twee miljoen euro van provincie en rijk. “Dit geld is bedoeld om het centrum draaiende te krijgen. Na die periode moeten we zelf de broek ophouden, maar daar maak ik me vooralsnog geen zorgen over. Er liggen veel kansen op dit gebied die de BV Nederland goed zullen doen”, aldus Blom.