Author profile picture

Sla de krant open en je leest dat waterstof al onze problemen zal oplossen. Of het nu gaat om transport of energie. Waterstof is de oplossing. Maar een kleine waterstoffabriek in huis zoals ze hier in Duitsland voorstellen is nog ver weg, ziet ook Gijs van Wijk. Van Wijk is projectleider bij Thuisbaas waar ze huishoudens helpen hun huizen te verduurzamen.

“Die droom is natuurlijk mooi, maar voorlopig gaan we nog geen waterstof in huis krijgen. De productie van groene waterstof is deels afhankelijk van een overschot aan groene stroom. Het gaat steeds beter met die opwekking in Nederland, maar van een overschot is nog lang geen sprake.”

Ook de ontwikkeling van batterijtechnologie gaat volgens Van Wijk op dit moment zo hard dat waterstof als energiedrager in huis hier moeilijk tussen zal komen. “Waarom zouden we groene energie verspillen? Bij het omzetten naar waterstof gaat veel energie verloren. Lithiumaccu’s zijn nu nog erg duur, maar als iemand voor 1000 euro energie kan opslaan en overschotten aan de buren kan verkopen, zou zoiets best interessant kunnen zijn. Dat wordt denk ik de toekomst. Lokale energievoorzieningen per wijk.”

Smartgrid verdeelt energie in de wijk

Met zulke lokale energievoorzieningen wordt op verschillende plekken in Nederland getest. Eén van de eerste zogenaamde smartgrids vind je in de Amsterdamse drijvende woongemeenschap SchoonSchip. Dertig waterwoningen wisselen via een privaat netwerk onderling elektriciteit aan elkaar uit. Hier zorgt een slim energiesysteem – in de vorm van software – dat er voor iedereen altijd voldoende (duurzame) energie en warmte is. Overschotten worden verdeeld of lokaal opgeslagen in batterijen. Hierdoor heeft de duurzame woonwijk bijna geen stroom van het net nodig.

Anders dan bij deze pilot in Amsterdam, leveren huishoudens hun overtollige groene stroom terug aan het net. Via de salderingsregeling kunnen zij deze stroom tegen gunstige voorwaarden verkopen aan het net. Maar juist deze regeling staat de ontwikkeling van thuisopslag in de weg, zegt Van Wijk. “Op dit moment is dit de goedkoopste accu – tussen aanhalingstekens dan – die mensen hebben. Zo lang deze regeling bestaat, zijn veel minder mensen bereid te investeren in de thuisopslag van energie.”

Staat saldering innovatie in de weg?

Een lastige kwestie, zo stelt hij. “Want schaf je deze regeling in één keer af dan krabt een hele groep enthousiastelingen zich wel twee keer achter de oren voordat ze zonnepanelen nemen. Maar de ontwikkeling van thuisopslag van energie en warmte hangt wel nauw samen met de afbouw van deze regeling.”

Maar ondertussen wordt er wel volop geëxperimenteerd. Opslag van warmte en energie in zouten. In water en dus ook in waterstof. “Er loopt ook van alles. Dat is alleen maar goed. Opslag is het toverwoord. Als iedereen in Nederland morgen 20 zonnepanelen op zijn dak legt, ontploft het net. Maar ik denk dat deze ontwikkeling van bijvoorbeeld zoutbuffers nog zeker vijf tot tien jaar op zich laat wachten.”

Energieneutraal wonen

Maar ook zonder deze opslagmogelijkheden laat Thuisbaas zien dat het mogelijk is om energieneutraal te wonen. Jaarlijks helpt Van Wijk met zijn team zo’n honderd huishoudens. “Allemaal gaan ze van het gas. Dat is natuurlijk niets als je naar de totale transitie kijkt, daarom hopen we dat dit navolging krijgt. Maar het is ook mogelijk om slecht geïsoleerde huizen uit de jaren dertig energieneutraal te maken. Hierbij nemen we alles mee, want je kunt een huis wel helemaal dicht gaan isoleren, maar dan moet je ook een goed ventilatiesysteem aanleggen. Dat is bijna niet te doen in oude woningen. Bovendien drukt de productie van isolatiemateriaal flink op het klimaat. Daarom is het goed om de ‘standaard’ isolatie te doen – spouwmuren, vloeren en kozijnen – en verder vooral te kijken naar zelf meer energie opwekken.”

Hierin kiest bijna iedereen standaard voor zonnepanelen, maar Van Wijk ziet ook wel iets in windmolens. “Waarom niet? Het heeft wel iets charmants vind ik. Maar de opbrengst is ruim drie keer lager. Windmolens hebben pas echt zin als ze meters de lucht in gaan. Die ruimte heb je niet in de stad.”

Zelf woont Van Wijk ook energieneutraal “Ik had de luxe om een eigen huis te bouwen”, zegt hij. Zijn dak ligt vol met zonnepanelen die behalve het opwekken van elektriciteit, ook warmte verzamelen. Zogenaamde PVT-panelen. “Dit werkt met speciale lamellen die warmte uit de lucht halen. Dit is dezelfde soort warmtepomp die normaal gesproken warmte haalt uit bodemwater, maar nu haalt het systeem de warmte van het dak.”

Nieuwe lichting warmtepompen

Volgens Van Wijk staan de ontwikkelingen op dit gebied niet stil. Zo wordt er gewerkt aan een warmtepomp die CO2 als koelmiddel gebruikt. Het voordeel hiervan is dat dit systeem veel hogere temperaturen kan leveren dan de huidige warmtepompen. “Hierdoor hoef je radiatoren niet te vervangen of het huis goed te isoleren om het ook in de winter aangenaam te maken. Maar deze warmtepompen werken onder hogere druk en zijn hierdoor erg duur. Ook is het vermogen maar 4,5kw – een gemiddeld huishouden heeft zo’n 8-10Kw nodig.”

Zelf ziet Van Wijk veel potentie in warmtepompen op lucht. “Eigenlijk is een airco ook een warmtepomp. Wij kennen het vooral van koelen in de zomer, maar in sommige ruimtes waar je niet constant aanwezig bent – zoals hotelkamers – wordt dit nu al gebruikt om te verwarmen. Het enige nadeel is het geluid, maar als de propellors groter worden, wordt het geluid ook minder.”