© Kennispark Twente
Author profile picture

Kennispark Twente richtte zich midden jaren tachtig als eerste Nederlandse sciencepark op de combinatie van R&D en ondernemerschap. Het bleek een schot in de roos. Talloze spin-offs vonden er hun weg naar de markt, waaronder Demcon, Xsens, Takeaway en Booking. Het leidde tot veel positieve effecten voor de regio. Maar hoewel Kennispark nog steeds tot de top van de Nederlandse campussen behoort, is het park toe aan een opknapbeurt. De doelen zijn helder: het creëren van een omgeving waar talent graag wil werken, aanvullende faciliteiten die nieuwe innovaties mogelijk maken, een scherpere focus op medische technologie, een betere verhouding tussen kennisbedrijven en overige bedrijvigheid en meer ontmoetingsplaatsen voor studenten en bedrijven. Deze keuzes moeten leiden tot honderden extra banen en het aantrekken van talent.

“Makkelijk wordt het zeker niet”, zegt Anne-Wil Lucas, oud-Kamerlid en sinds 2018 gebiedsdirecteur van Kennispark Twente over de modernisering. “Maar we zitten op de goede weg.” Eén van de problemen waar zij tegenaan loopt, is de versnippering van het vastgoedbezit. “Er zijn op het sciencepark ongeveer 60 verschillende vastgoedeigenaren waarvan 58 particuliere beleggers. Dat maakt overleg over de herinrichting van het park een flinke klus. Gelukkig zien de meeste vastgoedeigenaren wel het voordeel van een innovatiecampus versus een ‘gewoon bedrijventerrein’, maar we moeten hen wel in beweging zien te krijgen om met hun pand aan de slag te gaan.”

Voor de oorzaak van het versnipperd eigendom moeten we volgens haar terug naar de beginjaren van de campus, toen er nog niet zoveel ervaring was met de ontwikkeling van scienceparken. Het gevolg daarvan was dat de regie bij het vestigingsbeleid minder strak was en dat zich in de loop der jaren veel bedrijven gevestigd hebben die er eigenlijk niet thuishoren. Denk aan advocaten, consultancybureaus, communicatiebureaus en zelfs een orthodontist. 

Lucas: “Dat is op zich helemaal geen ramp, maar de verhouding is zoek. Er zijn ongeveer 400 bedrijven op Kennispark waarvan 150 technologiebedrijven, en 250 dus niet. Het zou mooi zijn als die verhouding de komende jaren wordt omgedraaid. Want juist die concentratie van technologiebedrijven zo dicht op de universiteit zorgt voor kruisbestuiving en nieuwe innovaties.”

Anne-Wil Lucas © Kennispark Twente

Waar het in het verleden volgens Lucas aan ontbrak, waren afspraken met bedrijven over parkmanagement of het bijdragen aan een campusorganisatie. Lucas: “Wat dat betreft hebben we als oudste science park dus nu een beetje last van de wet van de remmende voorsprong. Andere parken die na ons kwamen, hebben wel een streng vestigingsbeleid en een verplichte bijdrage aan parkmanagement. Dat maakt het stimuleren van de samenwerking wel wat makkelijker. Wij proberen nu de vastgoedeigenaren en ondernemers vrijwillig aan te haken en bij te laten dragen aan de gebiedsvisie.”

Mirjam Bult, vicevoorzitter van het College van Bestuur van Universiteit Twente, deelt die wens. “Ik denk dat we heel trots mogen zijn op waar we als Twente nu staan, maar feit is dat de wereld verandert en dat betekent dat ook wij ons constant verder moeten ontwikkelen.”

Twee prioriteiten voor de universiteit en Kennispark springen er voor Bult uit:

  1. De mix kan beter tussen kennisbedrijven aan de ene kant en vrijetijdsvoorzieningen, woningen en andere bedrijvigheid aan de andere kant.
  2. Het economisch profiel van Kennispark moet worden aangescherpt.

Het stedenbouwkundig plan

Bij het eerste punt biedt het stedenbouwkundig plan van de gemeente Enschede een goede aanzet. Deze gebiedsontwikkeling kan in de komende tien jaar voor ruim 1800 nieuwe banen zorgen op Kennispark en nog eens 800 indirecte banen in de regio, zo verwacht de gemeente Enschede. “Kennispark Twente is een echte innovatiecampus en levert een grote bijdrage aan de ambities van de regio, provincie en Rijk op het gebied van de innovatieve toekomstbestendige economie”, zegt wethouder June Nods. “Dit is iets om als stad enorm trots op te zijn, maar we mogen het niet voor lief nemen. We moeten nu investeren om ook in de toekomst hier als stad en regio de vruchten van te kunnen plukken. Het stedenbouwkundig plan is hierin een belangrijke stap.”

Het plan voorziet onder andere in het meer fysiek laten samensmelten van de universiteit aan de ene kant van de Hengelosestraat en Kennispark aan de andere kant. “Dat moet meer het gevoel geven van één grote innovatiecampus”, zegt Bult.

“De Hengelosestraat is geen grote weg, maar toch groot genoeg om als barrière te werken. De uitwisseling tussen bedrijven en studenten is daardoor suboptimaal.” Een goed voorbeeld van hoe het beter kan, is volgens Bult het gebouw ‘The Gallery’ aan de universiteitszijde. “Dat is een hightech-gebouw waar studenten en startup-ondernemers door elkaar heenlopen. Precies zoals we het graag zien.”

Wat volgens Bult en Lucas ook goed zou zijn, is als er meer restaurants en cafés komen waar studenten en bedrijven elkaar op een natuurlijke manier treffen. Hetzelfde geldt voor woningen. “Dat type voorzieningen zorgt voor reuring en ontmoetingen”, zegt Lucas. En die ontmoetingen zijn weer essentieel voor innovatie. “Uit onderzoek weten we dat als mensen verder dan 40 meter van elkaar af zitten, de kans op ontmoeting gedurende de dag heel klein is. Je moet dus actief plekken creëren waar mensen naartoe lopen en elkaar tegen kunnen komen.”

“Vaak leiden toevallige ontmoetingen tussen bedrijven onderling en tussen onderzoekers en bedrijven tot kruisbestuiving en nieuwe samenwerkingen. Verbinden en ontmoeten is dan ook een van de leidende principes voor de komende jaren. Het stedenbouwkundig plan voorziet in al die aspecten.”

Volgens dit plan zal er de komende twintig jaar zeker 100 miljoen euro worden geïnvesteerd in Kennispark. Er komt onder andere een nieuw hoofdkantoor voor technologiebedrijf Demcon, het qua omzet en werknemers grootste bedrijf op het park.

Scherper kiezen

Artist’s impression © Kennispark Twente

Met betrekking tot Bults tweede punt moet er volgens haar worden gewerkt aan een scherper profiel met een focus op de medische technologie. “Specialisatie is van groot belang omdat scienceparken nou eenmaal wereldwijd met elkaar in concurrentie zijn. Als je bedrijven wilt behouden, studenten aan je wilt binden en internationaal toptalent wilt aantrekken, dan is specialisatie belangrijk.”

Dit is een punt waar ook René Buck, directeur van het economisch adviesbureau Buck Consultants International, op hamert. Hij heeft voor de gemeente Enschede vorig jaar een rapport opgesteld. Een van de belangrijkste conclusies is dat “Twente nog te veel dingen tegelijkertijd wil doen.”

Bucks voorstel is dat Twente zich concentreert op drie gebieden: medische technologie, robotica en organ-on-a-chip. Dat laatste is een technologie waar Twente in voorop loopt. Kort gezegd is het een techniek waarbij de werking van organen wordt nagebootst door een levensecht kunstorgaantje op een chip te creëren. Daarmee ontstaat er een testomgeving waarbinnen onder andere medicijnen getest worden en ziekteprocessen in beeld gebracht kunnen worden. Ook zijn dierproeven op termijn wellicht overbodig.

Buck: “Een focus op deze drie gebieden betekent uiteraard niet dat je andere sectoren moet uitsluiten. Het gaat er om die domeinen te versterken waar je echt goed in bent. Als dat lukt, kun je dat vervolgens weer gebruiken als reclame naar de rest van de wereld.”

“We moeten nu investeren om ook in de toekomst als stad en regio de vruchten te kunnen plukken.”

Buck heeft in zijn rapport verschillende groeiscenario’s doorgerekend. In het ‘plus-scenario’ groeit de kennisintensieve werkgelegenheid op Kennispark Twente met 1.820 (+75%) banen naar 4.250 in 2030. De extra ruimte die nodig is om dat te faciliteren, zit al in de planning, schrijft Buck in het rapport. Maar er zijn wel forse investeringen voor nodig, óók van de overheid. “Als Kennispark Twente de komende jaren de gestelde ambities wil waarmaken, zal serieus aan de slag moeten worden gegaan met de gestelde randvoorwaarden in het Plus-scenario.”

Een van die randvoorwaarden is het bieden van voldoende laboratoriumruimte voor groeibedrijven. De plannen voor de MedTech Factory, waar biomedische startups van de universiteit ruimte kunnen huren voor verder onderzoek en het naar de markt brengen van hun producten, is hierin een belangrijke stap. De inrichting van dit lab gaat volgens Lucas ongeveer 10 miljoen euro kosten, waarvoor nu subsidieaanvragen lopen uit EU-middelen.

Lucas: “Een dergelijke faciliteit gaat ervoor zorgen dat de spin-outs van de universiteit een plek hebben om hun bedrijf te laten groeien, maar het gaat ook zorgen voor startups van buiten Twente die zich hier komen vestigen. Die beweging zien we nu al.”

Grote internationale bedrijven

TPRC2 © Kennispark Twente

Een tweede kenmerk van Twente ten opzichte van bijvoorbeeld Eindhoven (Brainport) of Zuid-Limburg (Chemelot) is dat er relatief weinig grote bedrijven gevestigd zijn. “Eindhoven heeft NXP, Philips en ASML. Chemelot heeft DSM en Sabic. Het zou mooi zijn als Twente naast bedrijven als Demcon en Xsens nog een paar vestigingen van grote internationale bedrijven zou hebben.” Een mooie acquisitie is wat dat betreft de komst van het Duitse Fraunhofer instituut naar Twente met een onderzoeksafdeling op het gebied van productietechnologieën voor slimme producten. “Meer daarvan graag”, zegt Buck.

Boele de Bie, general manager van sensortechnoloog in motion tracking Xsens, is het daar helemaal mee eens. “Die grote bedrijven zijn belangrijk. Niet alleen omdat ze kennis meebrengen, ze zorgen ook voor een betere toegang tot investeerders. Wij hebben als Xsens het geluk van een sterke Amerikaanse partner, maar veel andere jonge bedrijven hebben dat niet, en dat maakt het moeilijk de sprong te maken van een MKB-bedrijf naar een echt groot bedrijf van internationale naam.”

Waar Buck wijst op een gebrek aan hele grote bedrijven, is Demcon – het grootste bedrijf op Kennispark met in totaal 750 werknemers en naar verwachting 1000 in 2025 – hard op weg die positie voor zich op te eisen. Deze Twentse wereldspeler zoekt juist de kracht in het Twentse netwerk en heeft daarom ook hoge verwachtingen van de ontwikkelingen rond Kennispark. CEO Dennis Schipper: “Wij zien de campus als voedingsbodem voor een levendige hightech-community rond de Demcon Group. Het gaat om spontaan ontmoeten en verbinden. Ik ben dan ook een groot voorstander van het slaan van zoveel mogelijk bruggen tussen de universiteit en het sciencepark. Hoe sterker en hoe beter het ecosysteem, des te meer ruimte geeft dat Demcon om start-ups en scale-ups te helpen met een mix aan ervaring op het gebied van innovatie en ondernemerschap.” 

De Demcon Campus moet straks ruimte bieden voor verdere groei in een inspirerende werkomgeving en zal volgens Schipper bijdragen aan versterking van de Twentse economie. Daarmee wil hij “teruggeven aan de regio” wat hij zelf met zijn onderneming vele jaren heeft ontvangen. “Wij kunnen laten zien dat het hier gebeurt. Dat morgen hier vandaag al begint.” Schipper heeft er alle vertrouwen in dat ondernemers en universiteit de krachten zullen bundelen om het park stap voor stap te vernieuwen. “Een van de sectoren waar ik veel van verwacht is verduurzaming en groene energie. Denk aan waterstof en accutechnologie.” Op dat terrein wordt ook nauw samengewerkt met de universiteit van Münster.

Artist’s impression © Kennispark Twente

Xsens heeft bewust voor Twente gekozen en heeft er grote plannen, zegt general manager De Bie. “We staan op het punt een nieuw gebouw in gebruik te nemen en tot 2025 moeten er zeker nog een paar bijkomen. Het doel is een soort mini-campus binnen het grotere geheel.” Wel zou er wat hem betreft af en toe wat groter gedacht mogen worden. Ook ziet hij nog volop kansen voor meer onderlinge samenwerking. “Ik ben door eerdere functies de situatie gewend uit Eindhoven, waar je eerst samen een taart bakt en die daarna verdeelt.” 

Ook de high tech toptalenten van Xsens, afkomstig vanuit de hele wereld, bevalt het goed in Twente. “De woonkosten zijn laag, het leefklimaat is goed én voor ons is het best gunstig dat er minder gelijksoortige technologiebedrijven in de omgeving zitten. De kans dat werknemers worden weggekaapt, is dan kleiner.”

Ook de locatie – iets verder weg van Schiphol en de Randstad – is volgens hem uitstekend. “Voor Amerikanen of Chinezen maken dat uurtje extra reistijd niks uit. En Twente heeft weer het voordeel dat je sneller in een aantal Duitse steden bent, zoals Berlijn of Düsseldorf.”  

Xsens © Kennispark Twente

Net als Demcon wijst De Bie verder als pluspunt op het ecosysteem van bedrijven en kennisinstituten. Er is een goede samenwerking met de Universiteit Twente en andere regionale kennisbedrijven zoals internetexpert TRIMM en revalidatiecentrum Roessingh met hun Novalab en hun innovatieve revalidatietechnologieën. Xsens is volgens De Bie mede daardoor in 20 jaar tijd uitgegroeid tot een van de grootste bedrijven op Kennispark met ongeveer 150 personeelsleden en een omzet van 25 miljoen euro. Het komende jaar wil het techbedrijf nog eens 80 nieuwe toptalenten aantrekken.

De mens niet uit het oog verliezen

Bult wil er graag nog een keer op wijzen dat Kennispark Twente vooral een plek is om trots op te zijn. Een van haar lievelingsontwikkelingen is wat ze in de internationale wereld ‘Citizen Science’ noemen: burgerwetenschap. “Klassiek is het zo dat je op een sciencepark drie partijen bij elkaar brengt: onderwijs, overheid en bedrijven. Bij Citizen Science komt daar een vierde partij bij: de burger die meer betrokken wordt bij het onderzoek en de productontwikkeling.”

Een aantal Twentse voorbeelden waren dit jaar te zien in de tv-serie “We gaan het maken” van BNNVARA. Daarin namen onderzoekers van de Universiteit Twente contact op met mensen met een bepaalde handicap die hulp nodig hadden. In de serie zat onder andere een jongen met een spraakprobleem die door wetenschappers geholpen werd met een speciaal voor hem ontwikkelde spraakcomputer. In een andere aflevering ging Hellen van Rees, mode- en textielontwerper en onderzoeker bij hogeschool Saxion aan de slag met een op maat gesneden jas voor Nynke met een spierziekte. “Het zijn dit soort projecten waar ik echt gelukkig van word”, zegt Bult. “Zeker als dan ook nog blijkt dat er een grotere markt voor zo’n product is.”

Ook Lucas is positief over wat Kennispark kan bijdragen aan de grote maatschappelijke uitdagingen van de toekomst. “Juist in de Covid-tijd zagen we waar Kennispark goed in is: snel de samenwerking met elkaar zoeken en tot vernieuwende oplossingen komen. Zo werd in samenwerking met het TechMed Center en Demcon gewerkt aan beademingsapparatuur voor Covid-patiënten, werkten Micronit en ECsens samen aan sneltesten en werd de CoronaMelder-App getest in Twente onder begeleiding van de Universiteit Twente. Elkaar kennen en regelmatig tegenkomen maakt samenwerking makkelijker en brengt innovaties dus binnen handbereik. Door Kennispark ook echt in te richten als een innovatiecampus waar die ontmoeting centraal staat, kunnen we dat proces nog beter faciliteren.”