Jan Mengelers at EIT Graduation Day Nov 2018, © EIT
Author profile picture

De ingenieur van de toekomst is meer dan alleen een heel goede bèta. Hij of zij moet weten hoe technologie te combineren is met maatschappelijke behoeften. Dat zegt ir. Jan Mengelers, bestuursvoorzitter van de Technische Universiteit Eindhoven, die een van de keynotes was op de recente EIT Digital Master School Graduation Day. “Deze nieuwe afgestudeerden moeten rolmodellen zijn.”

De Graduation Day is het officiële studie-einde voor de 246 afgestudeerden van de EIT Digital Master School. Ze hebben een tweejarige masteropleiding gedaan aan twee technische topuniversiteiten in Europa. Het traject legt de nadruk op  innovatie en ondernemerschap “om de leidende rol van Europa in de mondiale digitale economie te helpen waarborgen”.

Rolmodel

Tijdens de Masters hebben de EIT Digital studenten de opdracht om samen te werken tijdens pressure-cooker evenementen zoals de Kick-Off en Summer School, waar ze een business case moeten kraken met studenten uit verschillende disciplines, achtergronden, religies, culturen en perspectieven. “Dit traject geeft hen een voordeel ten opzichte van anderen met internationale ervaring,” zegt Mengelers. “Hun opleiding biedt de basis voor een carrière in de Europese samenleving. Als ze in internationale bedrijven gaan werken, kunnen ze direct hun ervaringen in het samenwerken met internationale mensen toepassen. Het is hun taak om het rolmodel voor dit soort integraties te zijn. De eerste stap voor de nieuwe afgestudeerden is om direct aan de slag te gaan met wat ze hebben geleerd – bewijs jezelf vanuit wat je opgestoken hebt, maak jezelf waardevol.”

“Ingenieurs van de toekomst moeten de technologische ontwikkeling niet alleen benaderen vanuit het perspectief van de technologie, maar ook vanuit het perspectief van gebruikers en systemen”

Ingenieurs van de toekomst

Voor Mengelers is het belangrijk dat de ingenieurs zich realiseren dat technologie niet alleen staat. “Technologie en haar rol in de maatschappij zal steeds complexer worden. Ingenieurs van de toekomst moeten technologische ontwikkelingen niet alleen benaderen vanuit het perspectief van de technologie, maar ook vanuit het perspectief van gebruikers en systemen. Onze studenten zullen moeten worden uitgerust met zowel diepgaande kennis als vaardigheden om in een diverse en snel veranderende wereld te kunnen opereren. Ze moeten in multidisciplinaire teams kunnen werken, een systeemperspectief hebben en oplossings- en innovatiegedreven zijn. Ze moeten ook rekening houden met technologische, maatschappelijke en ethische contexten, waaronder regelgeving, beleid en markten. Ingenieurs van de toekomst hebben een brede, open en coöperatieve mentaliteit nodig om de doelstellingen van de Verenigde Naties op het gebied van duurzame ontwikkeling te helpen behalen, bij te dragen aan de technologische revolutie en op een verantwoorde en op duurzame wijze impact te creëren voor de samenleving. Dit impliceert reflectie, analyse en deelname aan academische en publieke debatten over technologie en de impact ervan.”

Vaardigheden in de sociale wetenschappen

Het beroep van ingenieur is dus aan het veranderen, benadrukt de universiteitsvoorzitter. De ingenieur van morgen zal niet hetzelfde zijn als de ingenieur die opgeleid is voor het bedrijfsleven van vandaag. “Het betekent niet dat de een beter is dan de ander. De toekomstige ingenieurs zijn meer systeemintegratoren. Dat is niet eenvoudig. Je moet goed zijn in meerdere sectoren. Op basis van technologie moeten de ingenieurs zien hoe technologie zich met de maatschappij verbindt. Dit betekent dat ingenieurs ook vaardigheden moeten hebben in de sociale en geesteswetenschappen. Ze hoeven geen socioloog of psycholoog te zijn, maar ze moeten de context van de sociale wetenschappen begrijpen. Anders kun je in de toekomst niet meer als ingenieur opereren.”

“Ingenieurs hoeven geen socioloog of psycholoog te zijn, maar ze moeten de context van de sociale wetenschappen begrijpen. Anders kun je in de toekomst niet meer als ingenieur opereren.”

Ondernemerschap

Naast de sociale context moeten de ingenieurs van morgen ook ondernemend zijn. Dat is wat Mengelers hoort uit de industrie. De Technische Universiteit Eindhoven, meer dan zestig jaar geleden bedacht aan de keukentafel van de CEO’s van de grote multinationals rond Eindhoven, heeft een geschiedenis van nauwe industriële samenwerking. “In de markt is er behoefte aan ingenieurs die zich in een ondernemende omgeving kunnen bewegen, net als afgestudeerden van de EIT Digital Master School. Het bedrijfsleven is tegenwoordig complexer. Daarom wil de industrie een multidisciplinaire aanpak van hun bedrijf – ze hebben behoefte aan mensen met diepgaande technische kennis en een ondernemende laag daar bovenop. Ze willen systeemintegratoren die het grote geheel en de impact op meerdere gebieden kunnen overzien.”

Paradox

Deze behoefte creëert echter ook een paradox. De behoefte aan deep-tech engineers 4.0 groeit, maar de capaciteit van universiteiten om deze mensen te leveren is beperkt. Onlangs stelde Mengelers dat de TU Eindhoven – net als de TU Delft – problemen had met het managen van de groeiende vraag van studenten naar een aantal technische bacheloropleidingen. De toename van het aantal aanmeldingen voor deze opleidingen heeft vier oorzaken, legt Mengelers uit. “Een daarvan is dat de aanvullende programma’s nu allemaal in het Engels zijn, een ander is het relatief lage collegegeld in Nederland en daarnaast speelt de sterke reputatie van hoogwaardig wetenschappelijk onderwijs in Europa en Nederland een rol en de vierde reden is de baangarantie in de regio Eindhoven. Dit is aantrekkelijk voor internationale studenten. Wereldwijd zijn zo’n tien miljoen mensen op zoek naar een wetenschappelijke opleiding aan universiteiten.”

Ook het aantal studenten dat zich aanmeldt voor een masteropleiding neemt toe, aldus de voorzitter van de universiteit. Masterstudenten hebben meer ruimte, infrastructuur en coaching nodig. “Dat bepaalt hoe je met de beschikbare ruimte moet omgaan. Masterstudenten hebben behoefte aan meer begeleiding in onderzoeksvaardigheden en meer laboratoriumfaciliteiten om te experimenteren.”

Europese academische samenwerking

De paradox is niet eenvoudig op te lossen. Mengelers zegt dat als de Nederlandse overheid niet meer middelen ter beschikking stelt, de universiteit gedwongen zal worden de instroom verder te beperken. “We willen niet bezuinigen op de kwaliteit. Onze stakeholders uit de industrie steunen ons daarin. Zij willen niet dat wij kwantiteit boven kwaliteit stellen.”

Zou een samenwerking met andere Europese universiteiten deze druk kunnen verlichten? “In theorie wel. Maar het is een lange weg. Je moet dan je werkmethoden en -niveaus harmoniseren met andere universiteiten. Er is op dit moment geen afgestemd beleid voor het oplossen van capaciteitsproblemen aan één universiteit binnen een Europese samenwerking. De Franse president Emmanuel Macron wil dat de universiteiten tegen 2020 samenwerken in een netwerk van universiteiten. We werken nu in Eurotech Universities, een netwerk van zes toonaangevende Europese universiteiten voor technologie en wetenschap, die daartoe al wel uitgerust zijn. Dat is een begin. De EIT Digital Academy is ook een goed voorbeeld van samenwerking tussen universiteiten. Zo’n kader is eenvoudiger dan een volledige samenwerking op meerdere niveaus. Toch is het ook heel nuttig om onszelf te definiëren als een internationale universiteit. Ik denk dat het goed is dat buitenlandse universiteiten met ons verbonden zijn. Ik kan het alleen maar toejuichen dat er meer internationale studenten komen.”

Jan Mengelers EIT Day
Jan Mengelers op EIT Day

(Dit is de vertaalde bewerking van een eerder gepubliceerd artikel op EITdigital.eu)