© RaskerArt
Author profile picture

Het is deze week een combinatie van berichten die tot het meest gelezen onderwerp leidde. En allemaal hadden ze te maken met de mogelijke rol die waterstof kan spelen in de energietransitie. Alle reden om nog eens in deze geloofsdiscussie te duiken.

Eerst was het de Eindhovense wethouder Rik Thijs die zijn twijfels uitte: “Ik sluit mijn ogen niet voor de ontwikkelingen van bijvoorbeeld waterstof, maar zie die de komende jaren nog niet als grootschalige oplossing voor onze wijken.” Vervolgens was er het nieuws dat een Duitse wetenschapper een oplossing aandraagt voor het probleem dat waterstof metalen aantast. En tenslotte was er nog meer goed nieuws: een consortium in Friesland en Groningen gaat waterstof gebruiken als buffer tegen overbelasting van het stroomnet.

Dat alles moeten we ook zien tegen de achtergrond van het continue debat rond de vraag of waterstof ooit echt een oplossing voor het energieprobleem kan opleveren. Onze columnist Jan Wouters vatte het mooi samen door te wijzen op de gelaagdheid van het debat, althans in de mobiliteitssector: voor personenvervoer of korte transportafstanden zal waterstof waarschijnlijk niet snel kunnen concurreren met de accu-auto, maar “waterstof als energiedrager heeft grote voordelen bij voer-, vaar-, of vliegtuigen, waarbij erg veel energie meegenomen moet worden.”

Hydrozine

DENS, de Helmondse oud-winnaar van een IO Gerard & Anton Award, komt daarbij met een interessante ontwikkeling. DENS heeft een aggregaat ontwikkeld dat gebruik maakt van ‘hydrozine’, dat 53 gram waterstof per liter bevat. Daarmee kan het grote hoeveelheden waterstof veilig opslaan. In het aggregaat wordt uit de hydrozine à la minute weer waterstof opgewekt en direct in een brandstofcel omgezet naar schone elektrische energie. “Door deze slimme en veilige manier van waterstofopslag en transport halen we de drempels van waterstof onder druk weg en bieden we een gebruiksvriendelijkheid die gelijk is aan die van een conventioneel aggregaat’, zegt CEO Max Aerts van DENS.

DENS is lang op zoek geweest naar de juiste batterij- en elektronica-partner, omdat er maar weinig bedrijven de gecertificeerde techniek kunnen leveren waar DENS naar op zoek was. Deze week is die partner gevonden: Urban Mobility Systems (UMS), een expert op het gebied van elektrificatie-oplossingen voor industriële voertuigen en binnenstedelijk personen- en goederenvervoer. Aerts: “Door een integratie met het batterijsysteem van UMS wordt het aggregaat een efficiënt hybride systeem, waardoor er nooit onnodig brandstof wordt verbruikt, zoals bij dieselaggregaten wel vaak het geval is.”

Waterstof in plaats van aardgas?

Zit de toekomst van waterstof dus in afgeleide producten, zoals hydrozine? Niet per se, zegt onderzoeker Marcel Weeda van TNO. Zijn studie ‘Waterstof als optie voor een klimaatneutrale warmtevoorziening in de bestaande bouw’ van begin dit jaar laat zien dat mogelijk zelfs de verzuchting van wethouder Rik Thijs niet nodig is. TNO doet op heel veel deelterreinen onderzoek naar de mogelijke toepassingen van waterstof in de energietransitie; Weeda richtte zich specifiek op waterstof als alternatief voor aardgas in bestaande bouwomgevingen: precies het probleem waar Rik Thijs een oplossing voor zoekt.

Maar voordat de wethouder te vroeg gaat juichen: grootschalige inzet van waterstof is op korte termijn niet te verwachten. Klimaatneutrale (‘groene’) waterstof is nog nauwelijks beschikbaar en er is nog weinig ervaring met het gebruik ervan voor het verwarmen van huizen en gebouwen. In de komende jaren moet volgens Weeda de aandacht daarom vooral uitgaan naar een beperkt aantal pilot- en demoprojecten om kennis en ervaring op te doen over het maximaal veilig en efficiënt toepassen van waterstof in de bestaande gebouwde omgeving.

© TNO

Het voordeel van waterstof is dat het als gasvormige energiedrager een vrij directe vervanger kan zijn van aardgas en gebruik kan maken van de huidige gasinfrastructuur, zegt Weeda. “Uit onderzoek komt naar voren dat het gasnet in beginsel geschikt is voor waterstof.” Nader onderzoek moet dan van geval tot geval uitwijzen of dat inderdaad zo is.

Er zijn volgens TNO diverse manieren waarop waterstof een rol kan spelen bij de invulling van de warmtevraag in de bestaande bouw. “Het kan worden geleverd op individueel woningniveau waar je het inzet in een hoogrendementsketel die geschikt is voor waterstof, of in een hybride warmtepomp.” Op termijn wordt ook inzet in kleine installaties voor warmtekrachtkoppeling (micro-WKK) mogelijk. Daarnaast kan inzet van waterstof ook plaatsvinden via collectieve warmtesystemen.

Beperkte kosten

De kosten van aanpassingen voor waterstof van het gasnet en in de woning zijn naar verwachting beperkt. “Naast beperkte meerkosten voor een HR-ketel die geschikt is voor waterstof, zullen er in de woning kosten zijn voor het controleren en het eventueel aanpassen van inpandig leidingwerk, en kosten voor eventuele waterstofsensoren.” Weeda verwacht dat het “geen duizenden euro’s per woning worden”. Ook de kosten voor aanpassing van het gasnet, inclusief vervanging van gasmeters, lijken beperkt en worden door TNO geschat op een paar honderd euro per woning.

Voor Rik Thijs en zijn bijna 400 collega-wethouders in Nederland is het dus vooral wachten tot er voldoende groene waterstof beschikbaar komt. In de tussentijd pleit TNO voor pilots en vooral zuinig energiegebruik. “Ook als er een duidelijke rol is voor waterstof bij het realiseren van 100% aardgasvrije wijken, blijft het van belang om de warmtevraag zoveel mogelijk te reduceren door isolatie, en het zoveel mogelijk direct inzetten van elektriciteit voor verwarming, bij voorkeur via een warmtepomp.”