© European Commission
Author profile picture

Zweden blijft het meest innovatieve land van Europa. Het wordt dit jaar gevolgd door Finland, Denemarken en Nederland. Luxemburg is net als deze landen in 2020 ook een “innovation leader“. De Europese voorsprong op de VS en China is nog steeds zichtbaar, maar wordt wel kleiner. De terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk uit de EU eerder dit jaar heeft een klein effect gehad op de gemiddelde innovatieprestaties van de EU “maar heeft geen invloed gehad op de relatieve prestaties van de lidstaten of de prestaties van de EU in de wereld”, aldus de Europese Commissie.

Meer details over het innovatie scorebord op ons Engelstalige platform

Elk jaar publiceert de EU het zogenaamde Europees innovatiescorebord. Het analyseert de innovatieprestaties van de afzonderlijke EU-landen, ook in vergelijking met andere EU-landen en internationaal. Zo kan iedereen zien wat de sterktes en zwaktes zijn van de verschillende landen en ook op welke gebieden er nog ruimte is voor verbetering.

Het innovatiescorebord 2020 laat zien dat de EU in internationaal verband steeds sneller groeit en dat de afzonderlijke landen van de Europese Unie steeds dichter bij elkaar komen. De gemiddelde innovatieprestaties van de EU zijn sinds 2012 met 8,9% gestegen. De grootste stijgingen vonden plaats in Litouwen, Malta, Letland, Portugal en Griekenland.

Voor Nederland gelden vooral de aantrekkelijke onderzoeksystemen en een innovatievriendelijke omgeving als de sterkste innovatiedimensies. Nederland scoort vooral goed op buitenlandse PhD-studenten, internationale wetenschappelijke (co-)publicaties, publiek-private co-publicaties en initiatieven rond levenslang leren. Bedrijfsinvesteringen, Sales-effecten en Intellectuele middelen zijn de zwakste innovatiedimensies in ons land.

Nederland vertoont het grootste positieve verschil met de Europese gemiddelden wat betreft de netto-instroom van buitenlandse directe investeringen en de topondernemingen die geld aan Onderzoek en Innovatie besteden. de grootste negatieve verschillen met de rest van Europa zitten in het aandeel van de werkgelegenheid in de industrie, de oprichting van ondernemingen en het aandeel van de werkgelegenheid in de hightechindustrie, ook binnen het mkb.

Volgens de auteurs had de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk uit de EU weliswaar enige invloed op de gemiddelde innovatieprestaties van de EU, maar de relatieve prestaties van de EU-landen ten opzichte van de wereldwijde prestaties van de EU werden er niet door beïnvloed.

Uit een internationale vergelijking blijkt dat de EU voor het tweede opeenvolgende jaar een voorsprong heeft op de Verenigde Staten. De voorsprong is echter iets kleiner geworden, net als de voorsprong op China, Brazilië, Rusland en Zuid-Afrika. Er is ook een prestatievoordeel ten opzichte van India. Anderzijds is de prestatiekloof tussen de EU en Zuid-Korea, Australië en Japan sinds 2012 groter geworden.