Als Auke in beeld verschijnt, neemt hij een slok van zijn blikje cola en begint meteen te vertellen: “De laatste weken ben ik heel druk bezig met een roman. Het speelt zich af in de toekomst, voorbij het fossiele tijdperk waarin we nu nog deels leven. Het wordt een soort terugblik op hoe we het hebben aangepakt om van die fossiele brandstoffen af te komen. Daar gaat momenteel veel van mijn denkwerk naartoe. Maar het is ontzettend gaaf om te doen en ik ben heel benieuwd naar het resultaat. En of mensen het willen lezen natuurlijk.”
Maar de roman bewaart hij voor een later moment. Vandaag wil Auke het over onze landbouw hebben. Hij heeft wel een idee hoe we af kunnen komen van de saaie uitgestrekte velden. En hoe we deze kunnen veranderen in mooie landschappen waar mensen meer plezier uithalen. Ook niet onbelangrijk: het is volgens Auke nog beter voor de aarde ook. Hoe hij dit voor elkaar wil krijgen?
Van schaalvergroting naar precisielandbouw
Met zelfsturende robots, drones en andere sensoren. Oftewel precisielandbouw of ‘pixelcropping’, zoals Auke het zelf liever noemt. “Nu heeft de landbouw steeds minder mensen nodig voor steeds meer grond en opbrengst. Machines worden groter, in de VS heb je gevaartes die meer dan 15 meter breed zijn om het land om te ploegen of zaadjes te planten. Het zijn echt spectaculaire machines. Hiermee kunnen boeren grote stukken land in één keer bewerken, wel zo gemakkelijk”, legt Auke uit.
Deze schaalvergroting van de technologie bepaalt volgens hem hoe de landbouw eruit ziet. “Hierdoor is de monocultuur in de landbouw ontstaan. Voor boeren was het natuurlijk handig om met die grote machines vierkante stukken grond te hebben in plaats van ‘random’ stroken. Ruilverkaveling heeft dit opgelost, maar het heeft wel voor een saai landschap met weinig diversiteit gezorgd.”
Van saaie monocultuur naar divers landschap
“Eigenlijk wil ik het weer omdraaien. Met pixelcropping zijn reusachtige machines die over exacte vierkanten rijden niet meer nodig. Zelfsturende robots kunnen preciezer te werk gaan, zijn veel lichter, dus drukken ze de bodem minder plat en kunnen om paden of stukken bos heen werken.”
“Laat mooie bloemen, planten of bomen om deze landbouwstroken groeien. Zo ga je ook de verschraling van de bodem tegen. Zet plantensoorten neer die van elkaars aanwezigheid profiteren en vogels, andere dieren en insecten aantrekken. Dat is niet alleen goed voor de biodiversiteit, maar zo kunnen mensen ook nog eens meer genieten van de natuur.”
Auke denkt dat pixelcropping ook op grote schaal toepasbaar is: “Boeren kunnen met robots en allerlei sensoren de bodem en hun verschillende gewassen per vierkante meter – soms zelfs kleinere vakken – in de gaten houden. Ze weten daarom precies waar ze extra kunstmest in de grond moeten stoppen of wanneer een plant extra water nodig heeft. Zo gaat de opbrengst iets omhoog, gaan minder grondstoffen verloren en is voor dezelfde oogst minder grond nodig. Je kunt zo afstappen van die saaie monocultuur en tegelijkertijd genoeg voedsel voor iedereen blijven verbouwen.”
Van zorgrobot naar landbouwrobot
Dat dit niet van de een op de andere dag gaat, beseft hij ook. “Kijk hoe lang het heeft geduurd voordat we het idee van de elektrische auto hebben geaccepteerd. Rond pixelcropping zie je op kleine schaal wel een aantal projecten, maar de techniek is nog relatief duur. Alleen maak ik me daar niet zo’n zorgen om. Dat zou weleens heel snel kunnen veranderen.”
“Dat heeft met het volgende te maken: Ik roep het bijna iedere keer wel, batterijen voor dit soort voertuigen worden steeds beter, lichter en goedkoper. Datzelfde geldt voor de software en hardware die je nodig hebt voor zelfrijdende robots. Een tijdje geleden was het nog heel bijzonder, maar tegenwoordig kun je met opensourcesoftware al een heleboel doen. Kijk naar de voetbal- of zorgrobots die objecten ontwijken en een 3D-kaart van hun omgeving vormen, ze zijn al een heel eind. Die opensource-software kun je ook op de landbouw toepassen, want of de robot nu een blikje moet aangeven of een plant moet oppakken, het principe blijft hetzelfde.”
Lees ook ons dossier over robotica
Die snelle ontwikkeling komt, volgens Auke ook door de engines in games. “In games rijden ook gewoon auto’s rond die reageren op wat er in de virtuele wereld gebeurt. Dit wordt heel snel uitgerekend en weergegeven op je scherm. Maar of dit nu virtueel of in de echte wereld gebeurt, maakt voor die berekeningen weinig uit. Computers worden krachtiger en berekeningen gaan sneller. De laatste jaren reageren in-game voertuigen steeds realistischer”, zegt Auke.
Van studentenproject naar ontwikkelingen die direct invloed hebben
Of wat te denken van computerborden als Nvidea Jetson, Rasberry Pi en Arduino? “Deze borden worden steeds krachtiger en de mogelijkheden uitgebreider. Voor weinig geld heb je de mogelijkheid om een zelfrijdende landbouwrobot in elkaar te zetten. Dat was tien jaar geleden echt nog niet zo.”
Al deze ontwikkelingen maken precisielandbouw uitermate geschikt als studentenproject. Hiervoor is Auke bezig een samenwerking op te zetten met de Roboticsafdeling op de TU/e, Avans, de Wageningen Universiteit en NEON. “Ik wil de aarde beter en mooier maken. Elektrisch vervoer zorgt voor minder CO2, dat vind ik al heel mooi. Maar hier snijdt het mes aan twee kanten. We kunnen het landgebruik verminderen, de biodiversiteit verbeteren en een mooier landschap aanleggen. Ik ben door dit idee gegrepen en wil met studenten uitzoeken hoe ze betere en slimmere robots kunnen maken. Misschien in een competitie zoals de Solar Challenge in Australië of via een soort prijsvraag. Ik denk dat deze generatie het gaaf zou vinden om aan ontwikkelingen te werken die direct invloed hebben. Let maar op: binnen vijf jaar krijgt pixelcropping voet aan de grond!”